Week 25

Welkom!
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom!

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
  • Huiswerkcontrole
  • Toets bespreken
  • Herhalen werkwoordspelling 

Slide 2 - Tekstslide

Voltooid deelwoord
Zij heeft op de deur .....
A
gebonst
B
gebonsd

Slide 3 - Quizvraag

Voltooid deelwoord
de club heeft teveel geld aan die speler .....
A
besteedt
B
besteed
C
besteedde
D
besteet

Slide 4 - Quizvraag

(houden)........ jij van spruitjes?
A
houd
B
houdt
C
hout
D
houden

Slide 5 - Quizvraag

Werkwoordspelling
A
Hij heeft de boel belazerd.
B
Hij heeft de boel belazert.

Slide 6 - Quizvraag

Het gebeur... regelmatig dat men fouten maakt in werkwoordspelling.
A
gebeurd
B
gebeurt
C
gebeurdt
D
gebeurdde

Slide 7 - Quizvraag

(Worden) je broer ook zo gek van dat wachten?
A
Word
B
Wordt

Slide 8 - Quizvraag

werkwoordspelling (tt)
Hij (besteden) veel tijd aan werkwoordspelling.
A
besteed
B
besteedt
C
besteden

Slide 9 - Quizvraag

Is het onderstreepte werkwoord de persoonsvorm tegenwoordige tijd (pv tt) voltooid deelwoord (vd) of het onvoltooid deelwoord (od) ?

Dat is nog nooit gebeurd!
_______
A
pv tt
B
vd
C
od

Slide 10 - Quizvraag

pvtt - pvvt - infinitief - voltooid deelwoord - onvoltooid deelwoord - bijvoeglijk naamwoord?

Ik antwoord graag op al jouw vragen. antwoord =?
A
pvtt
B
pvvt
C
vd
D
od

Slide 11 - Quizvraag

pvtt - pvvt - infinitief - voltooid deelwoord - onvoltooid deelwoord - bijvoeglijk naamwoord?

Het meisje liep zingend door de straat. zingend =?
A
infinitief
B
vd
C
od
D
bn

Slide 12 - Quizvraag

pvtt - pvvt - infinitief - voltooid deelwoord - onvoltooid deelwoord - bijvoeglijk naamwoord - gebiedende wijs?

Hij heeft mij ingelicht over de lastige zaak. ingelicht =?
A
pvtt
B
pvvt
C
vd
D
inf

Slide 13 - Quizvraag

Spel correct: Sabine en Clarine zijn naar de training ...................... (fietsen).

En voltooid of onvoltooid deelwoord?
A
gefietst - OD
B
gefietsd - OD
C
gefietst - VD
D
gefietsd - VD

Slide 14 - Quizvraag

Spel

Slide 15 - Tekstslide