2TL H1 getallen 2 wetenschappelijke notatie

Leerdoel
Leren wat de wetenschappelijke notatie is en deze gebruiken.
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Leerdoel
Leren wat de wetenschappelijke notatie is en deze gebruiken.

Slide 1 - Tekstslide

7 x 1 000 = 

6,1 x 100 000 = 

4,721 x 1 000 000 = 

Slide 2 - Tekstslide

Machten van 10
101=10
102=100
103=1000
104=10000
105=100000
106=1000000

Slide 3 - Tekstslide

7 x

 6,1 x 

4,721 x 
103
105
106

Slide 4 - Tekstslide

Aantekening
Van wetenschappelijke notatie naar volledig uitschrijven:
exponent geeft aan hoeveel plaatsen de komma moet verschuiven (of nuller erachter zetten).

Slide 5 - Tekstslide


1,65108

Slide 6 - Open vraag


7,996×102

Slide 7 - Open vraag

4 500 000 000 =
A
4,51011
B
4,51010
C
4,5109
D
4,5108

Slide 8 - Quizvraag

Schrijven als wetenschappelijke notatie
Noteer het eerste getal.
Schrijf een komma (tenzij alle andere getallen 0 zijn)
Noteer alle andere getallen achter de komma (behalve de laatse nullen)
schrijf x 
Kijk hoeveel plaatsen de komma op moet schuiven om het volledige getal weer te krijgen, dit is het exponent wat je opschrijft
10...

Slide 9 - Tekstslide

Noteer in wetenschappelijke notatie: 1480
A
1,480103
B
14,80102
C
0,148104
D
1,48103

Slide 10 - Quizvraag

Noteer in de wetenschappelijke notatie:
78003
A
78,003103
B
7,83104
C
7,8003104
D
78,3103

Slide 11 - Quizvraag

Machten van 10
101=10
102=100
103=1000
104=10000
105=100000
106=1000000
100=
101=
102=

Slide 12 - Tekstslide

0,0005 = 5 x 0,0001 
0,0005=5104

Slide 13 - Tekstslide

Stappenplan
Kleine getallen in wetenschappelijke notatie schrijven
1) neem het eerste cijfer over wat geen 0 is.
2) schrijf een komma
3) schrijf de andere getallen (behalve de laatste nullen) erachter
4) schrijf x
5) tel het aantal nullen vooraan van je originele getal, dat is je exponent.
10...

Slide 14 - Tekstslide

0,00850
A
0,85×103
B
8,50×103
C
8,5×103
D
8,5×103

Slide 15 - Quizvraag

0,000 009 64
A
0,964×106
B
9,64×106
C
96,4×105
D
9,64×105

Slide 16 - Quizvraag

Schrijf voluit
8,177×107

Slide 17 - Open vraag

Schrijf voluit
3,1155×103

Slide 18 - Open vraag

Zelfstandig werken
Maak de opdracht op BM

timer
1:00

Slide 19 - Tekstslide