De Demografische Transitie: Veranderingen in Bevolkingsgroei

De Demografische Transitie: Veranderingen in Bevolkingsgroei
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

De Demografische Transitie: Veranderingen in Bevolkingsgroei

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel van de Les
Aan het einde van de les kunnen studenten het demografische transitie model uitleggen en voorbeelden noemen van landen in elke fase.

Slide 2 - Tekstslide

Deze dia geeft het doel van de les weer. Leg uit dat studenten aan het einde van de les een begrip moeten hebben van de verschillende stadia van het demografische transitie model.
Wat weet jij al over bevolkingsgroei?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het Demografische Transitie Model?
Het Demografische Transitie Model is een model dat de veranderingen in de bevolkingsgroei van landen over de tijd beschrijft.

Slide 4 - Tekstslide

Begin met een korte definitie van wat het Demografische Transitie Model is. Leg uit dat het model de veranderingen in bevolkingsgroei over de tijd beschrijft.
Fase 1: Hoog Geboorte- en Sterftecijfer
In fase 1, hebben landen hoge geboorte- en sterftecijfers. Voorbeelden van landen in deze fase zijn Niger en Afghanistan.

Slide 5 - Tekstslide

Leg uit dat fase 1 gekenmerkt wordt door hoge geboorte- en sterftecijfers. Geef specifieke voorbeelden van landen in deze fase en vraag de klas welke factoren zouden kunnen bijdragen aan deze hoge cijfers.
Vraag
Wat zijn enkele factoren die kunnen bijdragen aan hoge geboorte- en sterftecijfers in fase 1?

Slide 6 - Tekstslide

Stel deze vraag en geef studenten de tijd om na te denken. Laat daarna studenten hun antwoorden delen met hun buurman of buurvrouw.
Fase 2: Hoog Geboortecijfer en Dalend Sterftecijfer
In fase 2, dalen de sterftecijfers terwijl de geboortecijfers hoog blijven. Voorbeelden van landen in deze fase zijn India en Mexico.

Slide 7 - Tekstslide

Leg uit dat fase 2 gekenmerkt wordt door dalende sterftecijfers en nog steeds hoge geboortecijfers. Geef specifieke voorbeelden van landen in deze fase en vraag de klas welke factoren zouden kunnen bijdragen aan deze veranderingen in geboorte- en sterftecijfers.
Vraag
Wat zijn enkele factoren die kunnen bijdragen aan dalende sterftecijfers in fase 2?

Slide 8 - Tekstslide

Stel deze vraag en geef studenten de tijd om na te denken. Laat daarna studenten hun antwoorden delen met hun buurman of buurvrouw.
Fase 3: Dalend Geboortecijfer en Sterftecijfer
In fase 3, dalen de geboortecijfers terwijl de sterftecijfers laag blijven. Voorbeelden van landen in deze fase zijn Brazilië en China.

Slide 9 - Tekstslide

Leg uit dat fase 3 gekenmerkt wordt door dalende geboortecijfers en lage sterftecijfers. Geef specifieke voorbeelden van landen in deze fase en vraag de klas welke factoren zouden kunnen bijdragen aan deze veranderingen in geboorte- en sterftecijfers.
Vraag
Wat zijn enkele factoren die kunnen bijdragen aan dalende geboortecijfers in fase 3?

Slide 10 - Tekstslide

Stel deze vraag en geef studenten de tijd om na te denken. Laat daarna studenten hun antwoorden delen met hun buurman of buurvrouw.
Fase 4: Laag Geboorte- en Sterftecijfer
In fase 4, hebben landen lage geboorte- en sterftecijfers. Voorbeelden van landen in deze fase zijn Nederland en Japan.

Slide 11 - Tekstslide

Leg uit dat fase 4 gekenmerkt wordt door lage geboorte- en sterftecijfers. Geef specifieke voorbeelden van landen in deze fase en vraag de klas welke uitdagingen deze landen kunnen tegenkomen als hun bevolking vergrijst.
Vraag
Wat zijn enkele uitdagingen voor landen in fase 4 met een vergrijzende bevolking?

Slide 12 - Tekstslide

Stel deze vraag en geef studenten de tijd om na te denken. Laat daarna studenten hun antwoorden delen met hun buurman of buurvrouw.
Fase 5: Afname van de Bevolking
Een aantal landen bevindt zich in fase 5, waarin de bevolking afneemt. Voorbeelden van landen in deze fase zijn Duitsland en Japan.

Slide 13 - Tekstslide

Leg uit dat fase 5 gekenmerkt wordt door een afname van de bevolking. Geef specifieke voorbeelden van landen in deze fase en vraag de klas welke factoren kunnen bijdragen aan deze afname.
Vraag
Wat zijn enkele factoren die kunnen bijdragen aan een afname van de bevolking in fase 5?

Slide 14 - Tekstslide

Stel deze vraag en geef studenten de tijd om na te denken. Laat daarna studenten hun antwoorden delen met hun buurman of buurvrouw.
Conclusie
Het Demografische Transitie Model helpt ons te begrijpen hoe de bevolkingsgroei van landen in de loop van de tijd verandert. Het kan ons ook helpen te begrijpen welke uitdagingen landen kunnen tegenkomen op basis van hun bevolkingsgroei.

Slide 15 - Tekstslide

Vat de belangrijkste punten van de les samen en leg uit dat het demografische transitie model belangrijk is voor ons begrip van de bevolkingsgroei en de uitdagingen die landen mogelijk tegenkomen.
Quiz
Test je kennis! Welke fase van het Demografische Transitie Model wordt gekenmerkt door een afname van de bevolking?

Slide 16 - Tekstslide

Gebruik deze dia om een quiz te geven over de belangrijkste kenmerken van het Demografische Transitie Model. Gebruik dit als een kans om te beoordelen wat studenten hebben geleerd.
Quiz Antwoord
Fase 5 wordt gekenmerkt door een afname van de bevolking.

Slide 17 - Tekstslide

Geef het antwoord op de quizvraag en leg uit waarom dit het juiste antwoord is.
Bronvermelding
De informatie op deze dia's is gebaseerd op 'Demographic Transition Model' van The World Factbook van de CIA.

Slide 18 - Tekstslide

Vermeld de bron van de informatie die in de les wordt gebruikt. Dit kan studenten helpen de informatie te verifiëren en beter te begrijpen.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 19 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 20 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 21 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.