8.1 Revoluties en 8.2 Gezag en Representatie

De klassenvertegenwoordiger
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

De klassenvertegenwoordiger

Slide 1 - Tekstslide

Bij een klassenvertegenwoordiger is er dus sprake van....

Slide 2 - Open vraag

De vertegenwoordiging van een groep in (politieke) organisaties door een of enkele betrokkenen die namens de groep optreden noemen we:
A
Gezag
B
Representatie
C
Klassenvertegenwoordiger

Slide 3 - Quizvraag

Een goede vertegenwoordiger?

Slide 4 - Tekstslide

Een klassenvertegenwoordiger is representatief voor de klas als
A
zijn of haar standpunten overeenkomen met die van de groep die hij/zij vertegenwoordigt.
B
zijn of haar standpunten NIET overeenkomen met die van de groep die hij/zij vertegenwoordigt.
C
hij of zij als vertegenwoordiger namens de klas optreedt.
D
hij of zij vooral zijn of haar eigen belang nastreeft.

Slide 5 - Quizvraag

Wat zou jij doen als de representativiteit van een klassenvertegenwoordiger slecht is?

Slide 6 - Open vraag

Zou jij je nog iets aantrekken van een klassenvertegenwoordiger die qua representativiteit slecht is?
A
Nee
B
Ja
C
Nee en ik zou een andere klassenvertegenwoordiger willen kiezen.

Slide 7 - Quizvraag

Revoluties
Lees § 8.1 
timer
2:30

Slide 8 - Tekstslide

H4mw1

Slide 9 - Tekstslide

Het volk kwam in opstand omdat ze de macht van de vorsten en adel niet rechtvaardig of wettig vonden.
A
de vorsten kregen hierdoor minder macht
B
de vorsten kregen hierdoor meer macht
C
de vorsten kregen hierdoor minder gezag
D
de vorsten kregen hierdoor meer gezag

Slide 10 - Quizvraag

Lees § 8.2
timer
4:00

Slide 11 - Tekstslide

Gezag betekent
A
macht die als legitiem beschouwd wordt
B
macht die niet als legitiem beschouwd wordt
C
plaatsvervanger van God zijn op aarde
D
dat de beslissingen die genomen worden niet geaccepteerd worden.

Slide 12 - Quizvraag

Het vermogen om hupbronnen in te zetten om bepaalde doelstellingen te bereiken en de handelingsmogelijkheden van anderen te beperken of te vergroten noemen we...
timer
1:00

Slide 13 - Open vraag

De Revoluties en het opeisen van macht door het volk worden vooral duidelijk in het:
A
Vormingsvraagstuk
B
Welvaartsvraagstuk
C
Bindingsvraagstuk
D
Verhoudingsvraagstuk

Slide 14 - Quizvraag

Waarvan is sprake als de burgers zich niet herkennen in de politieke besluiten die genomen worden?
A
dan is er sprake van een dictatuur.
B
dan is er een gebrek aan representativiteit
C
dan is er een gebrek aan representatie
D
dan is de macht niet legitiem

Slide 15 - Quizvraag

Hier nog een keer beginnen

Slide 16 - Tekstslide

Representativiteit
Representativiteit kan in het politieke systeem op verschillende punten betrekking hebben zoals:
Achtergrondkenmerken
Standpunten
Besluiten

Pas dit aan op p. 140 in je boek.

Slide 17 - Tekstslide

1 Er wordt in de TK erg veel gedebatteerd over bezuinigingen in de ouderenzorg terwijl veel Nederlanders die bezuinigingen helemaal niet willen.
Deze uitspraak heeft te maken met:
A
Representatie
B
Representativiteit

Slide 18 - Quizvraag

Vraag 1 representativiteit, omdat het hier gaat om de mate waarin standpunten overeenkomen.

Slide 19 - Tekstslide

2 Omdat er veel vluchtelingen in Nederland wonen vind ik dat zij ook in de TK moeten zitten. Zo krijgen vluchtelingen in NL ook een stem.
Deze uitspraak heeft te maken met:
A
Representatie
B
Representativiteit

Slide 20 - Quizvraag

3 Ik vind het een goede zaak dat koning Willem-Alexander namens Nederland op staatsbezoek gaat.
Deze uitspraak heeft te maken met:
A
Representatie
B
Representativiteit

Slide 21 - Quizvraag

Vraag 2 representativiteit, omdat er gesproken wordt over de mate waarin achtergrondkenmerken overeenkomen.

Slide 22 - Tekstslide

3 representatie, omdat de koning ons representeert in het buitenland. Het gaat hier niet over of de standpunten, achtergrondkenmerken of besluiten wel of niet overeenkomen. 

Slide 23 - Tekstslide

4 Standpunten mbt dierenleed worden veel te weinig besproken in de TK terwijl er veel Nederlanders tegen dierenleed zijn.
Deze uitspraak heeft te maken met:
A
Representatie
B
Representativiteit

Slide 24 - Quizvraag

5 representativiteit, omdat het bij deze uitspraak gaat over de standpunten en de mate waarin die standpunten vertegenwoordigd worden. 

Slide 25 - Tekstslide

6 Vanmiddag hebben we op school gekozen voor een klassenvertegenwoordiger die onze klas gaat vertegenwoordigen in de leerlingenraad.
Deze uitspraak heeft te maken met:
A
Representatie
B
Representativiteit

Slide 26 - Quizvraag

 6 representatie, het gaat er hier ook om dat er een vertegenwoordiger is die in dit geval de klas vertegenwoordigt in de leerlingenraad. 

Slide 27 - Tekstslide

Wat heeft groepsvorming met representatie te maken?
timer
1:00

Slide 28 - Open vraag

Hoe kan een kiesstelsel voor meer representatie en voor meer representativiteit zorgen?
timer
2:30

Slide 29 - Open vraag

Wat betekent volkssoevereiniteit? Is daar in NL ook sprake van?
timer
2:00

Slide 30 - Open vraag

Representativiteit kan betrekking hebben op
A
achtergrondkenmerken en standpunten
B
achtergrondkenmerken en groepen
C
standpunten en besluiten
D
A en C zijn juist

Slide 31 - Quizvraag

De politiek in NL is representatief voor NL.
A
Eens met deze uitspraak
B
Oneens met deze uitspraak.

Slide 32 - Quizvraag

Hier mag je uitleggen waarom jij dat vindt.

Slide 33 - Open vraag

Let op
Bij representatie treedt/treden een bepaald (gekozen) persoon/bepaalde (gekozen) personen op namens de groep.

Bij representativiteit zijn de standpunten of achtergrondkernmerken en de besluiten van die personen representatief voor die van de groep waaruit ze gekozen zijn.

Slide 34 - Tekstslide