12.3 Soorten veranderen

12.3 Soorten veranderen
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

12.3 Soorten veranderen

Slide 1 - Tekstslide

Welkom!
Programma 12.3
1. Huiswerk (weektaak)
2. Huiswerk 12.2 bespreken
3. Herhaling
4. Lesdoelen 12.3
5. Theorie 12.3
6. Vragen/ Evaluatie

Slide 2 - Tekstslide

Huiswerk
Weektaak = 12.3 lezen/maken

Aanbeveling: Begrippenlijst maken. 

Slide 3 - Tekstslide

Huiswerk over 12.2
Vragen?

Slide 4 - Tekstslide

Even herhalen...

Slide 5 - Tekstslide

Dominante overerving
Als je homozygoot voor de ziekte of heterozygoot bent, dan heb je de ziekte.

Slide 6 - Tekstslide

Een man en een vrouw hebben allebei de ziekte van Huntington (dominante overerving). Ze hebben al een gezonde dochter samen gekregen. Hoe groot is de kans dat hun volgende kind ook gezond is?
A
100%
B
50%
C
25%
D
0%

Slide 7 - Quizvraag

Twee ouders zijn drager van een recessief overervende ziekte. Zij zijn in verwachting van een kind. Hoe groot is de kans dat dit kind ook drager is?
A
100%
B
50%
C
25%
D
0%

Slide 8 - Quizvraag

Uitleg vraag
Allelen: F= gezond en f=ziek, want recessief overervend en drager mogelijk.
P-generatie fenotype: drager x drager= heterozygoot x heterozygoot
P-generatie genotype: Ff x Ff
F1 (nakomelingen) genotype: FF, Ff, Ff en ff
Antwoord: drager als Ff; dit is 2 op de 4, dus 50%.


Slide 9 - Tekstslide

12.3 Leerdoelen
  • Je weet hoe lang er al leven is op aarde.
  • Je kunt benoemen waaraan je kunt zien dat soorten aan elkaar verwant zijn. 
  • Je kunt oorzaken benoemen waardoor soorten veranderen.
  • Je kunt uitleggen hoe nieuwe soorten ontstaan.

Slide 10 - Tekstslide

12.3 Begrippenlijst
  • Cyanobacteriën-ozonlaag
  • Verwantschapsschema-gemeenschappelijke voorouder-verwant-ongewervelden-gewervelden 
  • variatie in eigenschappen-erfelijke eigenschappen-erfelijke variatie-DNA-Mutatie-natuurlijke selectie-survival of the fittest
  • Variatie-erfelijke variatie-natuurlijke selectie-isolatie-nieuwe soorten

Slide 11 - Tekstslide

EVOLUTIE
De ontwikkeling op aarde waarbij soorten (langzaam) veranderen  en er nieuwe soorten ontstaan 

Slide 12 - Tekstslide

Hoelang is er al leven
 op aarde?
De aarde is ong.  4.5 miljard jaar oud 

-> Geen leven op aarde
-> Geen zuurstof in lucht, maar mengsel van gassen uit vulkanen. 


Slide 13 - Tekstslide

Hoelang is er al leven op aarde?
1e organismen: cyanobcterién (blauwalg),  ontstonden 3,5 miljard jaar geleden in water
en kunnen (net als planten) zuurstof maken.
daarna: 
algen en dieren in water (geen leven op land)
en toen:
UV-straling is te schadelijk voor het leven op aarde. Door zuurstof (van de cyanobacterien) ontstaat er ozon (door reactie met UV). Hierdoor bescherming tegen UV. Nu leven op aarde mogelijk!

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Minder UV-straling
-> ook leven op land
1e planten:  algen, daaruit andere groepen.

1e dieren: ongewervelden; kwallen, zeesterren. Later duizendpoten, insecten. 
Toen mét wervelkolom; vissen, amfibieën, reptielen, vogels, zoogdieren (wij!)

Slide 16 - Tekstslide

Cyanobacteriën waren de eerste organismen op aarde. Waarom waren ze zo belangrijk voor het ontstaan van andere organismen?
A
Ze produceren zuurstof
B
Ze produceren zonlicht
C
Ze produceren koolstofdioxide
D
Ze produceren water

Slide 17 - Quizvraag

Waardoor werd leven op land mogelijk?
A
De temperatuur ging omlaag
B
Er kwam genoeg zuurstof in de lucht
C
De dieren kregen poten
D
Er kwam minder UV-straling op de grond

Slide 18 - Quizvraag

Wat betekent survival of the fittest?

Slide 19 - Open vraag

Hoe oud schatten wetenschappers onze aarde?

Slide 20 - Open vraag

Verwantschap
Verwantschapsschema:
schema met afstamming van verworven soorten en hun uitgestorven voorouders  

Gemeenschappelijke voorouder: soort waaruit verschillende soorten zich ontwikkeld hebben  
- soorten met recent gemeensch.voorouder staan dicht bij elkaar in schema: zijn verwant
Verwant:
Dieren die verwant zijn, tonen veel overeenkomstige kenmerken, door recente gemeensch.voorouder. 

Slide 21 - Tekstslide

Ongewervelden (zonder wervelkolom) vs Gewervelden (mét wervelkolom).
Verwantschap tussen gewervelden - er zijn steeds nieuwe kenmerken ontstaan

Slide 22 - Tekstslide

Leg in je eigen woorden uit wat 'verwant' betekent.

Slide 23 - Open vraag



Soort B toont het meeste verwantschap met
soort: A of C?
A
A
B
C

Slide 24 - Quizvraag

Vissen behoren tot de .....
A
gewervelden
B
ongewervelden

Slide 25 - Quizvraag

Kijk goed naar de afbeelding. Je ziet hier ...
A
ongewervelden, holtedieren
B
gewervelden, weekdieren
C
gewervelden, stekelhuidigen
D
ongewervelden, sponzen

Slide 26 - Quizvraag

Waardoor veranderen soorten?
Evolutie = veranderen van soorten en ontstaan van nieuwe soorten
Evolutietheorie
 theorie die dit verklaart. Opgesteld door Charles Darwin 

'Hoe kan het dat soorten veranderen en de ene soort uit de andere soort is ontstaan?'

Slide 27 - Tekstslide

Darwin 1809 - 1882
On the origin of species 1859
Survival of the fittest

Slide 28 - Tekstslide

Ontstaan van nieuwe soorten

Slide 29 - Tekstslide

Natuurlijke selectie
Survival of the fittest: de best passende varianten overleven en planten zich voort.
Door isolatie kunnen nieuwe soorten ontstaan.

Slide 30 - Tekstslide

Soorten kunnen veranderen als..
1. er variatie in eigenschappen als gevolg van mutaties in het DNA optreedt

2. de eigenschappen die variëren, erfelijk zijn
3. er natuurlijke selectie op deze eigenschappen plaatsvindt

<- filmpje 2.5 min. 

Slide 31 - Tekstslide

Hoe onstaan nieuwe soorten?


filmpje
= 2 min. 

Slide 32 - Tekstslide

Het proces waarbij organismen zich aanpassen aan hun omgeving noem je...?
A
Ecologie
B
Charles Darwin
C
Survival of the fittest
D
Evolutie

Slide 33 - Quizvraag

natuurlijke selectie 
de aarde bevat miljoenen soorten 
Radioactiviteit
scheiding tussen organismen van een soort 
Mutageen
Aanpassing
Ras
Evolutie

Slide 34 - Sleepvraag

Stel, je moeder vraagt tijdens het eten vanavond: "Wat heb jij geleerd bij biologie?" Wat vertel je haar dan?
Schrijf niet alleen het begrip, maar ook de uitleg op.

Slide 35 - Open vraag

Welke vraag heb jij nog?

Slide 36 - Woordweb

Slide 37 - Video

Weektaak = 12.3 lezen/maken.
succes :) 

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Video