Poëzie 7 januari Rashan

Poëzie
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Poëzie

Slide 1 - Tekstslide

Wat is poëzie?
betekenis/ boodschap
taal
klank
beeld
stijl
vorm
gesloten/
open
essentie
kunst
esthetiek
uitpakken
poezie
stromin-gen en context
eigen kenmer-ken
+
=
inhoud

Slide 2 - Tekstslide

Bewegende poëzie

Tonnus Oosterhoff-  Kritiek 

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Link

Definitie rijm

"Rijm is klankovereenkomst tussen beklemtoonde lettergrepen die niet te ver van elkaar liggen."

Kan op verschillende plekken in de zin voorkomen!

Slide 5 - Tekstslide

Eindrijm - rijmschema's
  • aaaa bbbb: slagrijm
  • aabb ccdd: gepaard rijm
  • abab cdcd: gekruist rijm
  • abba cddc: omarmend rijm
  • abcb: gebroken rijm
  • abcabc: verspringend rijm

Slide 6 - Tekstslide

Rijm
Mannelijk rijm: woud - koud
Vrouwelijk rijm: kopen - lopen
Glijdend rijm: hinderen - kinderen
Dubbel rijm: winkelbel - hinkelspel
Rijk rijm: exact zelfde woord of klank: avondlicht - in de avond ligt.

Slide 7 - Tekstslide

kabbelen - babbelen
A
mannelijk
B
vrouwelijk
C
glijdend
D
dubbel

Slide 8 - Quizvraag

blijken - kijken
A
mannelijk
B
vrouwelijk
C
glijdend
D
dubbel

Slide 9 - Quizvraag

verstaan - gedaan
A
mannelijk
B
vrouwelijk
C
glijdend
D
dubbel

Slide 10 - Quizvraag

Analyse-opdracht
We lezen zo een gedicht.

Let ondertussen vast op het volgende:
• Waarover gaat dit gedicht?
• Wat is het rijmschema?
• Van welk type rijm is sprake: mannelijk, vrouwelijk, glijdend, dubbel, rijk?
• Wat heeft het rijmschema en het type rijm te maken met de inhoud van het gedicht?

Slide 11 - Tekstslide

Het huwelijk - Willem Elsschot
Toen hij bespeurde hoe de nevel van de tijd
in d'ogen van zijn vrouw de vonken uit kwam doven,
haar wangen had verweerd, haar voorhoofd had doorkloven
toen wendde hij zich af en vrat zich op van spijt.

Hij vloekte en ging te keer en trok zich bij de baard
en mat haar met de blik, maar kon niet meer begeren,
hij zag de grootse zonde in duivelsplicht verkeren
en hoe zij tot hem opkeek als een stervend paard.

Slide 12 - Tekstslide

Maar sterven deed zij niet, al zoog zijn helse mond
het merg uit haar gebeente, dat haar toch bleef dragen.
Zij dorst niet spreken meer, niet vragen of niet klagen,
en rilde waar zij stond, maar leefde en bleef gezond.

Hij dacht: ik sla haar dood en steek het huis in brand.
Ik moet de schimmel van mijn stramme voeten wassen
en rennen door het vuur en door het water plassen
tot bij een ander lief in enig ander land.

Slide 13 - Tekstslide

Maar doodslaan deed hij niet, want tussen droom en daad
staan wetten in de weg en praktische bezwaren,
en ook weemoedigheid, die niemand kan verklaren,
en die des avonds komt, wanneer men slapen gaat.

Zo gingen jaren heen. De kindren werden groot
en zagen dat de man die zij hun vader heetten,
bewegingloos en zwijgend bij het vuur gezeten,
een godvergeten en vervaarlijke aanblik bood

Slide 14 - Tekstslide

Opdracht

De vragen zijn:
• Waarover gaat dit gedicht?
• Wat is het rijmschema?
• Van welk type rijm is sprake: mannelijk, vrouwelijk, glijdend, dubbel, rijk?
• Wat heeft het rijmschema en het type rijm te maken met de inhoud van het gedicht?



Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide