Lezing Verwoestende krachten

Verwoestende krachten
1 / 31
volgende
Slide 1: Woordweb
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Verwoestende krachten

Slide 1 - Woordweb

Natuurkracht
Criteria voor niveau rood:
Je beschrijft wat wind is.
Je beschrijft dat wind van hoge naar lage druk stroomt. 
Je beschrijft wat de schaal van Beaufort is. 
Je beschrijft wat de richting en kracht van wind doet. 
Je legt uit hoe hoge en lagedrukgebieden ontstaan. 
Je beschrijft wat de overheersende windrichting is in Nederland.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Slide 4 - Link



Slide 5 - Tekstslide

A: Warme lucht stijgt op.
B: Lucht stroomt van hogedrukgebied naar lagedrukgebied.
A
A en B zijn juist
B
A en B zijn onjuist
C
A is juist en B is onjuist
D
A is onjuist en B is juist

Slide 6 - Quizvraag

Uit welke richting komt de wind in Nederland meestal?
A
Noordwesten
B
Zuidwesten
C
Noordoosten
D
Zuidoosten

Slide 7 - Quizvraag

Gebergten worden afgebroken
Criteria voor niveau rood:
Je legt het verschil uit tussen verwering en erosie.
Je beschrijft voorbeelden van verwering en erosie.
Je beschrijft voorbeelden van verschillende soorten verweringsmateriaal.
Je beschrijft verschillende soorten vervoer. 
Je legt het verband uit tussen verweringsmateriaal en soorten vervoer. 

Slide 8 - Tekstslide

Erosie
Afslijting
Wind, stromend water en ijs

Verwering
Afbrokkeling
Temperatuur, ijs (weer&klimaat) en de vegetatie

Slide 9 - Tekstslide

EROSIE
Riviererosie ​
Gletsjererosie
Kusterosie
Winderosie 

Slide 10 - Tekstslide

VERWERING
 Mechanische verwering
Scheikundige- of chemische verwering
Biologische verwering

Slide 11 - Tekstslide

Welke vorm van verwering
zie je op de foto?
A
Chemische verwering
B
Mechanische verwering
C
Biologische verwering

Slide 12 - Quizvraag

Welke vorm van verwering zie je op de foto?
A
Chemische verwering
B
Mechanische verwering
C
Biologische verwering

Slide 13 - Quizvraag

Wat komt eerst: verwering of erosie?

Slide 14 - Open vraag

Slide 15 - Video

Vervoer verweringsmateriaal
Verweringsmateriaal kan worden getransporteerd door rivieren, gletsjers, zeeën en wind. 
(verweringsmateriaal is het schuurmiddel)

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Het neerleggen van verweringsmateriaal heet ook wel
A
Erosie
B
Verwering
C
Sedimentatie
D
Gletsjer

Slide 18 - Quizvraag

Rampen
Criteria voor niveau rood:
Je deelt rampen in in natuurrampen en menselijke rampen.
Je beschrijft voorbeelden van beide soorten rampen. 

Slide 19 - Tekstslide

Natuurrampen
  • Veroorzaakt door een natuurverschijnsel.
  • Denk aan bijvoorbeeld aardbevingen en vulkaanuitbarstingen. 
  • Er is vaak veel schade en er vallen soms veel slachtoffers.

Slide 20 - Tekstslide

Menselijke rampen
  • Een ramp veroorzaakt door de mens zelf.  
  • Ook hierbij is vaak veel schade en vallen er slachtoffers.  
  • Het verschil; het kan voorkomen worden.

Slide 21 - Tekstslide

Endogene krachten


Dit zijn krachten van binnenuit de aarde. Voorbeelden hiervan zijn vulkanisme en aardbevingen.

Exogene krachten


 Dit zijn krachten die van buitenaf het uiterlijk van de aarde veranderen. Voorbeelden hierbij zijn verwering en erosie

Slide 22 - Tekstslide

Wat is een verschil tussen menselijke rampen en natuurrampen?

Slide 23 - Open vraag

Wonen met lef
Criteria voor niveau rood:
Je beschrijft risico's om dichtbij een vulkaan te wonen.
Je beschrijft waarom er toch mensen bij een vulkaan wonen. 
Je beschrijft hoe een tsunami ontstaat.
Je beschrijft waarom mensen soms op dezelfde plek weer nieuwe huizen bouwen.
Je beschrijft dat het nodig is dat mensen uit een gebied vertrekken als er een cycloon aankomt.
Je beschrijft hoe lastig het is om een evacuatie te organiseren. 

Slide 24 - Tekstslide

Vulkanisme
  • Gevaarlijk wanneer de vulkaan nog actief is en er een kans op uitbarsten is.
  • Men gaat er toch wonen vanwege de vruchtbare grond.
  • Alarmsysteem

Slide 25 - Tekstslide

Tsunami
  • Een tsunami ontstaat door een zeebeving (aardbeving in zee) waardoor er gigantische golven ontstaan.
  • Grote schade, huizen, auto's en bomen worden meegesleurd.

Slide 26 - Tekstslide

Cycloon (orkaan)
  • Tropische storm met windkracht 12. 
  • Storm neemt huizen, bomen en auto's mee. 
  • Er zijn verschillende categorieën.
  • Door weersvoorspellingen kan men er voor zorgen dat er geevacueerd worden. 

Slide 27 - Tekstslide

Waarom gaan er toch mensen aan de voet van een vulkaan wonen?

Slide 28 - Open vraag

Wat is een tsunami?
A
Zeer explosieve vulkaan
B
Puinlawine
C
Vloedgolf als gevolg van aardbeving
D
Een trog

Slide 29 - Quizvraag

Wat is een orkaan?
A
een hevige storm
B
harde wind
C
keiharde regen
D
een hagelbui

Slide 30 - Quizvraag

Slide 31 - Tekstslide