Het christendom is pas ontstaan na de dood van Jezus. Jezus zelf was joods, en hij leerde zijn volgelingen van elkaar en van God te houden en om goed te leven. Dit deed hij vaak door middel van korte verhalen die we ook wel '
parabels' of '
gelijkenissen' noemen. Dit zijn verhalen die op het eerste gezicht over het dagelijks leven gaan, maar die belangrijke religieuze, morele (over goed en fout), of filosofische boodschappen bevatten. Om de boodschap uit het verhaal te halen moet het door de luisteraar worden geïnterpreteerd.