Kleurencirkel + opdracht (PPT)

KLEURENLEER
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
Beeldende vormingMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

KLEURENLEER

Slide 1 - Tekstslide

LEERDOEL
Aan het einde van deze les weet en herken je wat: 
  • Primaire kleuren zijn
  • Secundaire kleuren zijn
  • Tertiaire kleuren zijn 
  • een licht-donkercontrast is
  • een warm-koudcontrast is
  • een complementair contrast is
  • kleur-tegen-kleurcontrast is


Slide 2 - Tekstslide

KLEURENLEER

Een kleurencirkel is een manier om zichtbaar te maken hoe de primaire kleuren, secundaire kleuren en tertiaire kleuren in elkaar overlopen.


  • Johannes Itten ontwikkelde deze kleurencirkel in 1930. Het is samengesteld uit 12 zuivere kleuren.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

De primaire kleuren zijn: 
Blauw - Rood - Geel

Slide 5 - Tekstslide

KLEURENCIRKEL
1. Primaire kleuren
2. Secundaire kleuren
3. Tertiare kleuren
1
2
3
KLEUR

Slide 6 - Tekstslide

Secundaire kleuren
  • Twee primaire kleuren met elkaar mengen
  • Oranje, groen en paars zijn secundaire kleuren. 

Secundair
Secundair
Secundair

Slide 7 - Tekstslide

Tertiaire kleuren
Tertiaire kleuren zijn de kleuren die ontstaan door het mengen van 1 primaire kleur met 1 secundaire kleur of met zwart of wit. 

Blauw met groen geeft bijvoorbeeld blauwgroen. Rood met wit geeft roze

Slide 8 - Tekstslide

Kleur-tegen-kleur contrast
Warm-koud contrast
Licht-donker contrast
Complementair contrast

Slide 9 - Tekstslide

Warm-koud contrast
Je kunt de kleuren uit de kleurencirkel verdelen in koude en warme kleuren. 

Warme kleuren zijn: 
rood, geel, oranje, roze
Koude kleuren zijn: 
blauw, paars en groen

Slide 10 - Tekstslide

Warme kleuren

Slide 11 - Tekstslide

Koude kleuren

Slide 12 - Tekstslide

Warme en koude kleuren
Warme kleuren: 
  • Zijn warm en gezellig.
  • Lijken dichterbij.
  • Vormen een contrast met koude kleuren. 

Koude kleuren:
  • Zijn koel en rustig. 
  • Lijken verder weg.
  • Vormen een contrast met warme kleuren. 

    Slide 13 - Tekstslide

    Complementair contrast
    Deze kleuren versterken elkaar, ze staan recht tegenover elkaar in de kleurencirkel.

    de complementaire contrasten zijn: 
    paars-geel 
    rood-groen
    blauw-oranje

    Slide 14 - Tekstslide

    Complementair contrast

    Slide 15 - Tekstslide

    Kleur tegen kleurcontrast
    dit contrast is het sterkst wanneer je felle, pure kleurvlakken tegen elkaar aan zet, zonder omtreklijnen

    Slide 16 - Tekstslide


    Licht-donkercontrast= Tegenstelling met lichte en donkere kleuren. Zwart en wit vormen het grootste licht-donkercontrast.

    Slide 17 - Tekstslide

    Licht - donker
    contrast

    Slide 18 - Tekstslide

    LICHT -DONKERCONTRAST:
    Verschillen tussen licht –en donker. 

    Slide 19 - Tekstslide

    Quiz time!
    Quiz time!

    Slide 20 - Tekstslide

    In de driehoek in het midden staan de:
    A
    Primaire kleuren
    B
    Tertiaire kleuren
    C
    Secundaire kleuren

    Slide 21 - Quizvraag

    Rood, geel en blauw noemen we
    A
    Felle kleuren
    B
    Primaire kleuren
    C
    Eerste kleuren
    D
    Echte kleuren

    Slide 22 - Quizvraag

    secundaire kleuren zijn:
    A
    rood, blauw en groen
    B
    als je alle primaire kleuren mengt
    C
    als je twee primaire kleuren mengt
    D
    als je drie primaire kleuren mengt

    Slide 23 - Quizvraag

    Bekijk afbeelding 1
    Op afbeelding 1 zie je
    een voorbeeld van:
    A
    Secundaire kleuren
    B
    Complementaire kleuren
    C
    Onverzadigde kleuren
    D
    Primaire kleuren

    Slide 24 - Quizvraag

    Dit is een warme kleur
    A
    Juist
    B
    Onjuist

    Slide 25 - Quizvraag

    Dit is een warme kleur
    A
    Juist
    B
    Onjuist

    Slide 26 - Quizvraag


    Is dit een warm of koud kleurig schilderij?
    A
    Warme kleuren
    B
    Koude kleuren

    Slide 27 - Quizvraag

    Welke kleuren heeft de kunstenaar gebruikt?
    A
    primaire, secundaire, tertiaire, wit, zwart, goud
    B
    primaire, secundaire, wit, zwart, goud
    C
    primaire , tertiaire, wit, zwart, goud
    D
    secundaire, tertiaire, wit, zwart, goud

    Slide 28 - Quizvraag



    In de afbeelding hiernaast
    zie je ...
    A
    een licht donkercontrast
    B
    twee primaire kleuren
    C
    twee secundaire kleuren
    D
    een complementair contrast

    Slide 29 - Quizvraag


    Welke kleuren zie je hier vooral en wat voor kleuren zijn dit?

    A
    ROOD en GEEL. Dit zijn secundaire kleuren.
    B
    ROOD en GEEL. Dit zijn primaire kleuren.
    C
    ROOD en ZWART. Dit zijn tertiaire kleuren.
    D
    ROOD en ROZE. Dit zijn tertiaire kleuren.

    Slide 30 - Quizvraag



    8. Welk kleurcontrast zie je in het schilderij?
    A
    complementair kleurcontrast
    B
    warm-koudcontrast
    C
    kleur-kleurcontrast
    D
    licht-donkercontrast

    Slide 31 - Quizvraag

    Op deze afbeelding zie je, voornamelijk,
    een voorbeeld van
    A
    kleur-tegen-kleur contrast
    B
    kwaliteitscontrast
    C
    complementair kleurcontrast
    D
    kwantiteitscontrast

    Slide 32 - Quizvraag

    Welk
    Kleurcontrast
    zie je hier?
    A
    Complementair Kleurcontrast
    B
    Warm-koud kleurcontrast
    C
    Licht-donker Kleurcontrast
    D
    Kleur-tegen-Kleur contrast

    Slide 33 - Quizvraag

    Bij een complementair kleurcontrast staat er altijd een primaire kleur tegenover een secundaire kleur.
    A
    Waar
    B
    Niet waar

    Slide 34 - Quizvraag

    Einde

    Slide 35 - Tekstslide

    Je weet nu wat:
    • Primaire kleuren zijn
    • Secundaire kleuren zijn
    • Tertiaire kleuren zijn
    • een licht-donkercontrast is
    • een warm-koudcontrast is
    • een complementair contrast is
    • kleur-tegen-kleurcontrast is

    Slide 36 - Tekstslide

    Opdracht :
    - Maak de opdracht die klaarstaat in SOM

    • Vul op de stippellijntjes de juiste antwoorden in
    • Plak de juiste afbeeldingen bij de pijltjes
    • Je mag samenwerken, maar iedereen levert deze opdracht zelf in
    • Inleveren via het inleverbakje op SOM

    Slide 37 - Tekstslide

    Slide 38 - Tekstslide

    inleveren op SOM
    SOM > vakken > tekenen > inleverbakje werkstuk kleurencirkel

    Slide 39 - Tekstslide

    Slide 40 - Tekstslide