1B hoofdstuk 6

Hoofdstuk 6
Quiz
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 6
Quiz

Slide 1 - Tekstslide

Wat past niet bij een stedelijk gebied
A
Er wonen veel mensen
B
Gebouwen staan dicht op elkaar
C
Er zijn weinig voorzieningen
D
Er is veel werk

Slide 2 - Quizvraag

Er zijn veel voorzieningen in een stedelijk gebied

Slide 3 - Tekstslide

Als er steeds meer mensen naar de stad trekken heet dat:
A
Grondgebruik
B
Verstedelijking
C
Randstad
D
Burgerij

Slide 4 - Quizvraag

Verstedelijking is dat mensen naar de stad trekken

Slide 5 - Tekstslide

Grondgebruik gaat over hoe de grond wordt gebruikt

Slide 6 - Tekstslide

De randstad is een stedelijk gebied in Nederland

Slide 7 - Tekstslide


De burgerij waren alle burgers van een stad in de middeleeuwen

Slide 8 - Tekstslide

Wat zorgde voor het ontstaan van steden
A
Verbeteringen in de landbouw
B
Het ontstaan van markten
C
Ambachtslieden gingen bij markten wonen
D
Handelaren verkochten door wat boeren over hadden

Slide 9 - Quizvraag

Allemaal goed!
Verbeteringen in landbouw
↓ 
Boeren eten over
↓ 
Handelaren beginnen te handelen
↓ 
Markten ontstaan
↓ 
Ambachtslieden gaan bij marktplaatsen wonen


Slide 10 - Tekstslide

Wat is geen voorbeeld van een ambacht
A
Bakker
B
Boer
C
Smid
D
Kleermaker

Slide 11 - Quizvraag

Een ambacht is het maken van dingen met je handen of kleine gereedschappen


Een boer maakt niks met zijn handen

Slide 12 - Tekstslide

Wat was hanze
A
Een vereniging voor ambachtslieden
B
Het hoofd van het stadsbestuur
C
Een kort zeilschip om handel in te vervoeren
D
Een groep handelaren die samenwerkte

Slide 13 - Quizvraag

Hanze was een groep handelaren die samenwerkte
Een vereniging voor ambachtslieden heet een gilde
Het hoofd van het stadsbestuur heet een schout
Een kort zeilschip werd door Hanze handelaren gebruikt maar heette een kogge

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Welke zin over de middeleeuwen is geen feit?
A
Huizen waren van hout, klei en heel soms steen
B
Het leven in de stad was smerig
C
Vuilnis werd op straat of in de gracht gegooid
D
Dieren liepen los rond

Slide 16 - Quizvraag

Het leven in de stad was smerig is geen feit maar een mening

Slide 17 - Tekstslide

Welke uitspraak over de tijd na Karel de Grote (na 1300) klopt niet?
A
Burgers konden zelf wetten maken
B
Koningen kregen meer macht
C
Er was een overgang naar een centraal bestuur
D
Edelen kregen minder macht

Slide 18 - Quizvraag

Burgers konden zelf geen wetten maken
Koningen kregen meer macht en maakten wetten
Er was een overgang naar een centraal bestuur
Andere edelen kregen minder macht

Slide 19 - Tekstslide

Welke uitspraak over Vinex-wijken klopt
A
Je vindt ze in de historische stadskern
B
Het bestaat uit kleine huizen met weinig groen
C
Het zijn de nieuwste en modernste wijken
D
Ze zijn tussen 1960 en 1990 gebouwd

Slide 20 - Quizvraag

Vinex-wijken zijn de nieuwste en modernste wijken

Vinex-wijken zijn aangewezen voor nieuwbouwwoningen door de regering

Slide 21 - Tekstslide

De historische stadskern heet de binnenstad
Wijken om de oude binnenstad heen hebben vaak kleine huizen met weinig groen
Tussen 1960 en 1990 zijn er veel flats en huizen gebouwd, dit heet ook wel hoogbouw en laagbouw
Tussen 1960 en 1990 zijn er veel flats en huizen gebouwd, dit heet ook wel hoogbouw en laagbouw
De historische stadskern heet de binnenstad
Wijken om de oude binnenstad heen hebben vaak kleine huizen met weinig groen.

Slide 22 - Tekstslide

Welke stellingen over bevolkingsdichtheid kloppen
A
Bevolkingsdichtheid is het aantal inwoners per vierkante kilometer (km2)
B
De randstad is dunner bevolkt dan Friesland
C
In een dichtbevolkt gebied zijn veel wegen
D
Er zijn veel forenzen in een dichtbevolkt gebied

Slide 23 - Quizvraag

De randstad is niet dunner bevolkt dan Friesland

Bevolkingsdichtheid is het aantal inwoners per m2
In een dichtbevolkt gebied zijn veel wegen
Forenzen zijn mensen die van huis naar werk reizen
Er zijn meer forenzen in een dichtbevolkt gebied

Slide 24 - Tekstslide