Formatieve toets klas 1 thema 1

Formatieve toets theorie thema 1
Als je deze toets maakt ontdek je wat je al wel en niet weet/begrijpt van de theorie van thema 1.
De luisterfragmenten zitten hier niet in, die kan je oefenen met je  werkboek
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
MuziekMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Formatieve toets theorie thema 1
Als je deze toets maakt ontdek je wat je al wel en niet weet/begrijpt van de theorie van thema 1.
De luisterfragmenten zitten hier niet in, die kan je oefenen met je  werkboek

Slide 1 - Tekstslide

Wat is ritme?
A
Hoe snel de muziek gaat
B
Opeenvolging van korte en lange tonen
C
de lengte van een noot
D
Hoe hoog de muziek gaat

Slide 2 - Quizvraag

Wat is melodie?
A
Opeenvolging van lange en korte tonen
B
Het deuntje dat je zingt
C
Hoe snel een liedje gaat
D
Opeenvolging van hoge en lage tonen

Slide 3 - Quizvraag

Wat is in een band de bezetting?
A
de indeling van de studiecellen: wie speelt waar
B
sommige instrumenten kunnen er niet bij: plek is al bezet
C
de plek waar elke muzikant zit/staat
D
de muzikanten/zangers die samen een muziekgroep vormen

Slide 4 - Quizvraag

Wat betekent 'a capella'?
A
zingen in de kapel
B
zingen met begeleiding van instrumenten
C
zingen zonder instru-mentale begeleiding
D
spelen zonder te zingen

Slide 5 - Quizvraag

Wie kan in een band de baspartij spelen?
A
de zanger
B
het keyboard
C
de basgitaar
D
het drumstel

Slide 6 - Quizvraag

Wie verzorgt in een band het ritme?
A
de zanger
B
het keyboard
C
de basgitaar
D
het drumstel

Slide 7 - Quizvraag

Wie zorgt in een band voor de melodie?
A
de zanger
B
het keyboard
C
de basgitaar
D
de saxofoon

Slide 8 - Quizvraag

Wat is (in de muziek) een motief?

Slide 9 - Open vraag

Wat is het verschil tussen éénstemmig en meerstemmig?

Slide 10 - Open vraag

Slide 11 - Tekstslide

Hoger of lager dan de ezelsbruggetjes?
doortellen of terugtellen in het alfabet                  

Slide 12 - Tekstslide

Nog hoger of lager?
Hulplijntjes

Slide 13 - Tekstslide

Hoe heet deze noot?
A
a
B
b
C
c
D
d

Slide 14 - Quizvraag

Hoe heet deze noot?
A
c
B
d
C
e
D
f

Slide 15 - Quizvraag

Hoe heet deze noot?
A
f
B
a
C
c
D
e

Slide 16 - Quizvraag

Hoe heet deze noot?
A
e
B
f
C
g
D
a

Slide 17 - Quizvraag

Hoe heet deze noot?
A
c
B
d
C
e
D
f

Slide 18 - Quizvraag

Hoe heet deze noot?
A
f
B
e
C
d
D
c

Slide 19 - Quizvraag

Slide 20 - Tekstslide

Welke noot maakt de maat vol?
A
hele noot
B
halve noot
C
kwartnoot
D
achtste noot

Slide 21 - Quizvraag

Welke noot maakt de maat vol?
A
hele noot
B
halve noot
C
kwart noot
D
achtste noot

Slide 22 - Quizvraag

Hoeveel maatstrepen horen er in de notenbalk?
A
6
B
7
C
8
D
9

Slide 23 - Quizvraag

Wat is het verschil tussen een couplet en een refrein?
A
In een refrein zingen meerdere mensen, in een couplet maar 1
B
de coupletten hebben steeds een andere tekst, de refreinen niet
C
de coupletten hebben steeds een andere melodie
D
de refreinen hebben steeds een andere melodie

Slide 24 - Quizvraag

Hoe heb je deze formatieve toets over de theorie gemaakt?
A
Ik heb te veel fouten gemaakt: moet nog goed leren
B
ik heb weinig fouten gemaakt
C
ik denk dat ik net een voldoende zou hebben
D
ik had alles goed

Slide 25 - Quizvraag