Hoofdstuk 1: Het begin van de Koude Oorlog

De Koude Oorlog


1. Het begin van de Koude Oorlog

1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3,4

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

De Koude Oorlog


1. Het begin van de Koude Oorlog

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je herkennen en uitleggen op welke manier de Koude Oorlog ontstond.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Communisme

Noteer de belangrijkste kenmerken van het communisme. (minimaal 3, maximaal 5)
De volgende begrippen leg je in eigen woorden uit:
planeconomie, dictatuur.
Bekende voorbeelden.
Symbolen.

Kapitalisme

Noteer de belangrijkste kenmerken van het kapitalisme. (minimaal 3, maximaal 5)
De volgende begrippen leg je in eigen woorden uit:
vrijemarkteconomie, democratie.
Bekende voorbeelden.
Symbolen.
timer
10:00
Gebruik stencil Hoofdstuk 1 Het begin van de Koude Oorlog + internet.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video


Russische Revolutie
1917


  • Communisten grijpen de macht
  • Tsaar wordt afgezet (en later vermoord)
  • Geen privé-bezittingen
  • Alle macht naar de arbeiders en boeren
  • Vrede sluiten met de Duitsers (Vrede van Brest-Litovsk, 1918)


Slide 7 - Tekstslide

Communisme
Er staat: ‘Kameraad Lenin reinigt de aarde van het kwaad’. Een poster uit 1920.

Deze tekening is gemaakt door Viktor Deni.  Was Deni een aanhanger van Lenin of een tegenstander van de communisten? Waaraan kun je dat zien?


Slide 8 - Tekstslide

Passen de uitspraken bij het communisme?
Hieronder lees je een aantal dingen die mensen zeggen over het communisme. Past het er wel of niet bij?
Wel communisme
Geen communisme
"Er is een groot verschil tussen arme en rijke mensen."
"Ik mag zelf bepalen wat er wordt gemaakt in mijn fabriek."
"Ik krijg als boer even veel betaald als een dokter."
" Elke vijf jaar word er besloten wat we moeten maken in de fabriek."

Slide 9 - Sleepvraag

Leerdoel
Aan het eind van deze les:
  • weet je welke kenmerken bij het communisme horen en welke bij het kapitalisme.
  • kun je uitleggen hoe en wanneer de VS en SU bondgenoten werden.


Slide 10 - Tekstslide

De tekenaar is een
1
2
3
aanhanger Lenin
tegenstander communisme
4
de Russische tsaar
kapitalist
de Russische kerk
Lenin

Slide 11 - Sleepvraag

Sovjet-Unie

  • Sinds 1922 de officiële naam voor Rusland 

  • Dictatuur

  • Eén partij heeft alle macht

  • Bedrijven in handen van de staat, de staat bepaalt wat er wordt geproduceerd

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Communisme
kapitalisme

Slide 14 - Sleepvraag

Positie van de Sovjet-Unie tussen 1917-1941
  • Moeizame relatie met andere landen

  • Enige communistische land ter wereld

  • Liet bondgenoten in de steek tijdens de Eerste Wereldoorlog

  • Erg gesloten land

  • Niet-democratisch 

  • Niet-aanvalsverdrag tussen Stalin en Hitler (augustus 1939)

Slide 15 - Tekstslide

Positie van de Sovjet-Unie tussen 1941-1945

  • Operatie Barbarossa: Duitsland valt de Sovjet-Unie tóch aan

  • "Een vijand van Hitler is een vriend van ons"

  • Bondgenoot van Groot-Brittannië en de Verenigde Staten

  • Doel: verslaan Hitler

Slide 16 - Tekstslide

Sovjet-Unie
frabrieken en grond zijn van de staat
vrijemarkt-economie
groot verschil tussen arm en rijk
communisme
loon naar behoefte
gelijkheid
meer partijen
democratie

Slide 17 - Sleepvraag

Hoe werd de Sovjet-Unie een bondgenoot van de VS tijdens de Tweede Wereldoorlog?
A
De SU werd aangevallen door Duitsland
B
De Russische Revolutie
C
de VS werden aangevallen door Japan in 1941
D
Het niet-aanvalsverdrag van 1939 tussen SU en Duitsland

Slide 18 - Quizvraag

VS
SU
dictatuur
democratie
vrijheid
gelijkheid
kapitalisme
communisme

Slide 19 - Sleepvraag

Slide 20 - Tekstslide


Conferentie van Jalta
februari 1945






Slide 21 - Tekstslide

De grote drie

Franklin Delano Roosevelt
President van de Verenigde Staten
Jozef Stalin
Leider van de Sovjet-Unie
Winston Churchill
Minister-President van Groot-Brittannië

Slide 22 - Tekstslide

Conferentie van Jalta (februari 1945)
  • Churchill (GB), Roosevelt (VS) en Stalin (SU)

  • Hoe zien Europa en de wereld er na de oorlog uit?

  • Wie heeft macht en invloed in Europa?

  • Wat doen we met Duitsland én de Duitsers?

Slide 23 - Tekstslide

Conferentie van Jalta (afspraken) (1)
  • Oprichting van de Verenigde Naties (VN)

  • Democratische (door het volk gekozen) regeringen in Europa

  • Stalin wordt bondgenoot in de oorlog tegen Japan

  • Straffen van oorlogsmisdadigers


Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Conferentie van Potsdam (afspraken)

  • Denazificatie en democratiseren van Duitsland

  • Invloedssferen

  • Bezettingszones: Duitsland en Berlijn worden verdeeld in 4 zones

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Invloedssferen

Verdeling van Europa:

  • Gebied dat jij hebt veroverd op de Duitsers, daar heb jij invloed

  • Jij mag bepalen wat in dat gebied gebeurt (economie, politiek)

  • Vergeet dit ook niet: De ander mag niet ingrijpen in dat gebied, ook al zie je er van alles gebeuren waarmee je het niet eens bent.

Slide 28 - Tekstslide

Gevolgen

  • Er wordt niet meer gepraat

  • Steeds minder vertrouwen tussen de landen

  • Geen oplossing voor Duitsland en Berlijn

  • Ontstaan van twee machtsblokken in Europa

  • Vergeet dit ook niet: De grens van deze twee blokken loopt dwars door Duitsland (en Europa)

Slide 29 - Tekstslide

Amerikaanse buitenlandse politiek na 1945

  • Beschermen van vrijheid en democratie (Trumanleer)


  • Actief helpen bij de wederopbouw van Europa (Marshallplan)

  • Vergeet dit ook niet: met het Marshallplan wilden de Amerikanen ook voorkomen dat Europa voor het communisme zou kiezen.

Slide 30 - Tekstslide

Twee groepen:
In de wereld ontstaan door de Koude Oorlog twee groepen:

Het Oostblok (de Sovjet - Unie + bondgenoten)

Het Westblok ( de Westerse landen met de Verenigde - Staten als belangrijkste)

Slide 31 - Tekstslide

Begrippen uit hoofdstuk 1:
  • Communisme
  • Kapitalisme
  • vrijemarkteconomie
  • Grote Drie
  • Ijzeren Gordijn
  • Invloedssfeer
  • Koude Oorlog
  • Marshallplan
  • Planeconomie
  • Trumanleer
  • Oostblok
  • Westblok
  • Wapenwedloop

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

De westerse landen vertrouwden de Sovjet-Unie niet en de mensen in het Westen waren bang voor de communisten. In de Sovjet-Unie was dat andersom: zij vertrouwden het kapitalistische Westen niet.

 

Hiernaast staan vijf zinnen over de periode 1917-1940.

Welke zinnen geven een reden waarom het kapitalistische Westen de Sovjet-Unie niet vertrouwde?

  1. De Russische communisten lieten tijdens de Eerste Wereldoorlog hun bondgenoten Groot-Brittannië en Frankrijk in de steek en sloten vrede met Duitsland.
  2. Groot-Brittannië en Frankrijk lieten Hitler zes jaar lang zijn gang gaan.
  3. Stalin sloot een verdrag met Hitler om Polen onderling te verdelen.
  4. Westerse landen vochten mee in de Russische burgeroorlog om de communisten ten val te brengen.
  5. De communisten namen na de Russische Revolutie de bezittingen van buitenlanders in beslag.

Slide 34 - Tekstslide

Hiernaast staan vijf zinnen over de periode 1917-1940.

Welke zinnen geven een reden waarom de communisten in de Sovjet-Unie het kapitalistische Westen niet vertrouwden?
  1. De Russische communisten lieten tijdens de Eerste Wereldoorlog hun bondgenoten Groot-Brittannië en Frankrijk in de steek en sloten vrede met Duitsland.
  2. Groot-Brittannië en Frankrijk lieten Hitler zes jaar lang zijn gang gaan.
  3. Stalin sloot een verdrag met Hitler om Polen onderling te verdelen.
  4. Westerse landen vochten mee in de Russische burgeroorlog om de communisten ten val te brengen.
  5. De communisten namen na de Russische Revolutie de bezittingen van buitenlanders in beslag.

Slide 35 - Tekstslide