Communiceren: zender, ontvanger, boodschap

Communiceren
Bij communiceren heb je altijd minimaal 2 mensen nodig. Een zender en een ontvanger
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Communiceren
Bij communiceren heb je altijd minimaal 2 mensen nodig. Een zender en een ontvanger

Slide 1 - Tekstslide

De zender 
De zender is degene die een boodschap (dat wat hij/zij zegt) overbrengt. 

Slide 2 - Tekstslide

De ontvanger
De ontvanger is degene die de boodschap ontvangt, dus degene die luistert

Slide 3 - Tekstslide

De boodschap
De boodschap is dat wat zender en ontvanger met elkaar uitwisselen. 

Slide 4 - Tekstslide

In schema

Slide 5 - Tekstslide

Spreken voor een groep
Als je een presentatie houdt, is er feitelijk maar één zender en één (of meerdere) ontvangers

Slide 6 - Tekstslide

Gesprek
Bij een gesprek wisselen zender en ontvanger steeds van rol. De ene keer ben je zender (als je praat), de andere keer ben je de ontvanger (als je luistert) 

Slide 7 - Tekstslide

Wie is hier de zender?
A
het meisje met de rode trui
B
het meisje met de blauwe trui
C
allebei

Slide 8 - Quizvraag

Wie is hier de ontvanger?
A
de man bij het bord
B
de mensen die luisteren
C
allebei

Slide 9 - Quizvraag

Een goed gesprek
Als je een gesprek voert ben je dus afwisselend zender en ontvanger. Als je ontvanger bent, moet je goed luisteren, en reageren op wat de zender zegt. Anders is het geen gesprek, maar voer je twee monologen.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Link

Een goed gesprek
Een goed gesprek bestaat uit:
1. luisteren naar wat de ander te vertellen heeft
2. reageren op wat de ander verteld heeft
3. zelf iets vertellen wat te maken heeft met wat de ander heeft verteld.

Slide 12 - Tekstslide

Opdracht
Gesprekspartner 1: Je hebt iets meegemaakt op je stage. Dat kan iets leuks zijn, maar ook iets vervelends of iets wat je moeilijk vond. 
Gesprekspartner 2: Je luistert naar wat de ander vertelt, laat merken dat je hebt geluisterd en vult eventueel aan met je eigen ervaringen op je stage.

Slide 13 - Tekstslide

Wat heb ik geleerd?
-Je hebt geleerd wat een zender, een ontvanger en een boodschap is. 
- Je hebt geleerd dat een gesprek meer is dan afwisselend luisteren en zelf praten

Slide 14 - Tekstslide

Gespreksdoelen
Bij een gesprek is het belangrijk dat je weet wat je doel is bij het spreken. Hierover gaan we het de volgende les hebben.

Slide 15 - Tekstslide