Les 25 Deel B spannende verhalen

Thema 6 Toekomst
                                                    Hoofdstuk 6 spannende verhalen
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Thema 6 Toekomst
                                                    Hoofdstuk 6 spannende verhalen

Slide 1 - Tekstslide

Programma
Terugblik
Doel
Theorie
Opdracht
Zelfstandige verwerking
Evaluatie

Slide 2 - Tekstslide

Terugblik
Wat hebben we vorige week geleerd?

Slide 3 - Tekstslide

Doel:
Aan het eind van deze les:

* weet je wat fictie is
* weet je wat ik-perspectief is
* weet je wat een cliffhanger is
* weet je wat chronologische en niet-chronologisch is
* weet je wat een flashback is

Slide 4 - Tekstslide

Wat is fictie?

Slide 5 - Woordweb

Fictie
* Verzamelnaam voor verzonnen verhalen
* schrijver gebruikt zijn fantasie voor de verhaallijn
* Schrijver verzint personages met eigen karaktereigenschappen. Dit kan lijken op de werkelijkheid, maar hoeft niet. 

Slide 6 - Tekstslide

Fictie of non-fictie?

Slide 7 - Tekstslide

Een stripboek over Donald Duck
A
Fictie
B
Non-fictie

Slide 8 - Quizvraag


A
fictie
B
non-fictie

Slide 9 - Quizvraag

Een wetenschappelijk artikel
A
Fictie
B
Non-fictie

Slide 10 - Quizvraag

'Game of Thrones' is een voorbeeld van non-fictie.
A
juist
B
onjuist

Slide 11 - Quizvraag

Perspectief (vanuit wie het verhaal wordt verteld/bekeken)

 ik-perspectief (ik-vorm)
  • Verteller heeft de hoofdrol
  • Als lezer lees je mee met de ik-persoon, je maakt mee wat hij/bij beleeft, voelt en denkt.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Cliffhanger
* Bij een cliffhanger stopt het verhaal precies op het moment dat je wilt weten wat er aan de hand is, of hoe het verder gaat.
* De schrijver probeert je nieuwsgierig te maken naar de afloop en bepaalt als lezer wanneer je weer iets te weten mag komen.

Slide 14 - Tekstslide

Chronologisch verteld
verhaal dat verteld wordt zonder grote tijdsprongen

Slide 15 - Tekstslide

Niet-chronologisch verteld
verhaal met grote tijdsprongen
Dan in het heden, dan weer in het verleden

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Een flashback
  • Een tijdsprong terug in de tijd heet een terugblik, ofwel flashback.
  • Een flashback onderbreekt het verhaal een poosje.
  • Schrijvers gebruiken een flashback om een belangrijke gebeurtenis uit het verleden te laten zien.

Slide 18 - Tekstslide

Als de schrijver stopt met zijn verhaal op een spannend moment.
gebeurtenissen in een verhaal volgen elkaar op
heden en verleden lopen door elkaar
Terugblik
Cliffhanger
Chronologisch
Niet chronologisch
flashback

Slide 19 - Sleepvraag

Lees de tekst!

Slide 20 - Tekstslide

Welk perspectief wordt in het verhaal 'Voor vrienden door het vuur' gebruikt?
A
Ik-perspectief
B
verhaal-perspectief

Slide 21 - Quizvraag

Zelfstandige verwerking
* Werken in het boek
* Oefenen IVIO 

Slide 22 - Tekstslide

Evaluatie
Wat heb ik geleerd vandaag?
Op welk niveau heb ik vandaag gewerkt?

Slide 23 - Tekstslide