5A, la compréhénsion écrite + répéter grammaire A chapitre 5

5A, la compréhension écrite 
+ répéter grammaire A 
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

5A, la compréhension écrite 
+ répéter grammaire A 

Slide 1 - Tekstslide

Qu'est-ce qu'on va faire?
  • La compréhension écrite
  • Répéter grammaire A 
  • Poser des questions 

Slide 2 - Tekstslide

La compréhension écrite
Voor een overzicht van de verschillende vraagsoorten met een bijpassende aanpak: 

--> digitaal lesmateriaal 
--> naslag 
--> 5 vwo Tuyaux
--> Eindexamen Frans (37,38,39,40,41,42)

Slide 3 - Tekstslide

Globale aanpak
Of je nu een open vraag of een meerkeuzevraag beantwoordt, begin altijd als volgt.
1. Lees de titel, de inleiding, de bron van de tekst en bekijk de illustraties
2. Bepaal het onderwerp, de deelonderwerpen en de hoofdgedachte
3. Lees de examenvraag 
4. Bepaal je leesdoel en de bijbehorende strategie

Slide 4 - Tekstslide

Meerkeuzevraag 
Ongeveer 2/3 van het examen bestaat uit meerkeuzevragen
Aanpak:
1. Lees de vraag (alleen de vraag)
2. Bepaal in welk tekstgedeelte je het antwoord op de vraag moet zoeken, lees dit stukje nauwkeurig door
3. Probeer zelf een antwoord te formuleren op de vraag in het Nederlands 
4. Lees de antwoordopties nauwkeurig door, kies het antwoord dat het meest op jouw eigen geformuleerde antwoord lijkt 
5. Kun je geen antwoord vinden tussen de gegeven mogelijkheden? 
--> eliminatiemethode; streep de antwoorden die sowieso fout zijn door 

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Waar gaat de tekst over denk je?

Slide 7 - Open vraag

Lees de vraag (alleen de vraag). Wat betekent de vraag ? (invullen op de volgende slide)

Slide 8 - Tekstslide

Traduis: Quelle est l'idée novatrice de l'anneau de la Mémoire selon le texte?

Slide 9 - Open vraag

Slide 10 - Tekstslide

Noteer de eerste twee woorden van de zin waaruit je antwoord blijkt

Slide 11 - Open vraag

Slide 12 - Tekstslide

Formuleer het antwoord op de vraag in het Nederlands

Slide 13 - Open vraag

Lees de verschillende antwoordmogelijkheden en vul je antwoord in op de volgende dia 

Slide 14 - Tekstslide

Tekst 1, vraag 1
A
qui est entièrement construit en métal doré
B
qui joint les noms des soldats alliés et allemands tués au combat
C
qui mentionne les noms des anciennes colonies françaises
D
qui mesure des centaines de mètres de circonférence

Slide 15 - Quizvraag

Le concept innovateur 

Ainsi, pour la première fois 

Slide 16 - Tekstslide

Bekijk tekst 2 en lees de titel.

Wat is dit voor tekst ? Wat betekent de titel? 

invullen bij de volgende slide

Slide 17 - Tekstslide

Wat is dit voor tekst en wat betekent de titel?

Slide 18 - Open vraag

Lees de vraag. Wat betekent de vraag? invullen op de volgende slide 

Slide 19 - Tekstslide

Wat betekent de vraag?

Slide 20 - Open vraag

Lees tekst 2 en formuleer zelf een antwoord op de vraag in het Nederlands 

Invullen bij de volgende slide

Slide 21 - Tekstslide

Dans quel but Anne Malassagne a - t- elle écrit une lettre au magazine Le Point?

Slide 22 - Open vraag

Kies het juiste antwoord. Invullen op de volgende slide

Slide 23 - Tekstslide

Dans quel but Anne Malassagne a - elle - écrit une letter au magazine Le Point?
A
critiquer le goût de la facilité de ses compatriotes
B
encourager ses compatriotes à faire plus de voyages à l'étranger
C
montrer à ses compatriotes qu'ils ont de quoi être bien contents
D
signaler à ses compatriotes qu'ils surestiment l'art de vivre à la française

Slide 24 - Quizvraag

Slide 25 - Tekstslide

Wat vind je van deze aanpak bij het lezen van een examentekst?

Slide 26 - Woordweb

Répéter l'emploi du passé composé et de l'imparfait 

Slide 27 - Tekstslide

Nous ... souvent à la plage.
A
sommes allés
B
allions

Slide 28 - Quizvraag

L'année dernière, elle ... de chercher un boulot.
A
a choisi
B
choisissait

Slide 29 - Quizvraag

Chaque année, on ... des croissants à la boulangerie près du camping en France.
A
achetait
B
a acheté

Slide 30 - Quizvraag

Hier, mon ami ... à New York.
A
est arrivé
B
arrivait

Slide 31 - Quizvraag

D'abord j'ai fait les devoirs, ensuite ... un livre.
A
j'ai lu
B
je lisais

Slide 32 - Quizvraag

Il y a des questions?

Slide 33 - Tekstslide