5.1 De renaissance

5.1 Tijd van ontdekkers en hervormers
De Renaissance 
Kenmerkende Aspecten:
- Het veranderende mens- en wereldbeeld van de renaissance en het begin van een nieuwe wetenschappelijke belangstelling.
- De hernieuwde oriëntatie op het erfgoed van de klassieke oudheid.
1 / 43
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

5.1 Tijd van ontdekkers en hervormers
De Renaissance 
Kenmerkende Aspecten:
- Het veranderende mens- en wereldbeeld van de renaissance en het begin van een nieuwe wetenschappelijke belangstelling.
- De hernieuwde oriëntatie op het erfgoed van de klassieke oudheid.

Slide 1 - Tekstslide

Wat zijn kenmerkende aspecten?
Ontwikkelingen of verschijnselen die typisch zijn voor een bepaalde periode in de geschiedenis. 
Vaak gaan ze over politieke, sociale, culturele of economische ontwikkelingen in een bepaald tijdvak.

Slide 2 - Tekstslide

kenmerkende aspecten
je kunt hierbij bijvoorbeeld denken aan
  • Van welk middel van bestaan mensen leefden (economie: landbouw, handel, ambacht, industrie)
  • Welke godsdienst mensen hadden (religie / cultuur: meerder goden of één,: Christendom, Islam)
  • Hoe een gebied werd bestuurd ( politiek: Monarchie. dictatuur, democratie)
  • Wat de normen en waarden van mensen waren in een bepaalde periode (cultuur)



Slide 3 - Tekstslide

voorbeeld:

De industriële revolutie en het ontstaan van een industriële samenleving in de westerse wereld  is een kenmerkend aspect van de tijd van Burgers en stoommachines (1800-1900)

Slide 4 - Tekstslide

breekpunten in de geschiedenis
Door de kenmerkende aspecten van verschillende periodes te bestuderen kun je zien of er sprake is van
-verandering ( een nieuw geloof, een ander bestuur, nieuwe ideeën etc.)
- of continuïteit (dat wat er niet veranderd)

Slide 5 - Tekstslide

Renaissance (15e en 16e eeuw)
  • In de 15e eeuw begon de renaissance in Italië.
  • Mensen kregen opnieuw interesse voor gebouwen, kunst en wetenschap uit de oudheid.
  • Letterlijk: wedergeboorte van de oudheid. (tijd van Grieken en Romeinen)

Slide 6 - Tekstslide

6.5 Renaissance of middeleeuwen?
Renaissance of middeleeuwen?

Slide 7 - Tekstslide

De vorige afbeelding past bij..
A
Middeleeuwen
B
Renaissance

Slide 8 - Quizvraag

Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je uitleggen:
  • Welk mens- wereldbeeld ontstond in Italië 
  • Hoe kunstenaars en geleerden de klassieke oudheid gingen navolgen.
  • Hoe de renaissance werd verspreid

Slide 9 - Tekstslide

Wat weet jij eigenlijk van Renaissance?

Slide 10 - Woordweb

Typisch Middeleeuwse kunst 
Kunst in de Renaissance

Slide 11 - Tekstslide

Oorzaken Nieuw mens- en wereldbeeld
Noord-Italiaanse stadstaten maakten een enorme groei door:
  • Economie: Groeiende handel met Midden-Oosten en rijke Vlaamse handelssteden.
  • Politiek: Noord-Italiaanse stadstaten worden machtig en autonoom

  • De rijke Italiaanse handelaren De Medici en hun kunstenaars kregen een nieuw mens- en wereldbeeld: kijk op het leven van mensen en de wereld om hen heen.  

  • mentaliteit veranderde  van in de Middeleeuwen: Memento Mori (gedenk te sterven)  -->naar Renaissance: Carpe diem (pluk de dag) 
  • 'Waarom in Italië?'

Slide 12 - Tekstslide

wat past het beste bij de nieuwe mentaliteit "carpe diem"
A
Leven in armoede
B
genieten van rijkdom en schoonheid
C
Leven in dienst van het geloof
D
Bescheidenheid

Slide 13 - Quizvraag

overblijfselen

Slide 14 - Tekstslide

Val Constantinopel 1453

Slide 15 - Tekstslide

In het oosten is de Grieks-Romeinse cultuur niet verdwenen
Na de val van Constantinopel vluchtten geleerden naar Italië en namen oude geschriften mee

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Noem een oorzaak van het ontstaan van de renaissance in Italië.

Slide 18 - Open vraag

Navolging van de oudheid

  • Nieuwe belangstelling voor  klassieke erfgoed (nalatenschap).= Renaissance (wedergeboorte)  
  • Architectuur en kunst op basis van de klassieke vormentaal.
  • De Italiaanse kunstenaars bestudeerden het klassieke erfgoed om de klassieke kunst te evenaren en te overtreffen.
  • Veel opdrachten aan kunstenaars door Katholieke Kerk  ( Sint Pieter )

Beeldhouwers onderzochten de anatomie, houdingen en gezichtsuitdrukkingen van mensen om personages levensecht te kunnen uitbeelden. Een hoogtepunt werd het werk van Michelangelo. Zijn gebeeldhouwde figuren zagen er mooier en volmaakter uit dan echte mensen. Het idee dat ze een verbeterde versie van de natuur creëerden, maakte dat beeldhouwers en schilders niet meer werden gezien als ambachtslieden, maar als kunstenaars die boven gewone mensen verheven waren. 

Slide 19 - Tekstslide

A of B renaissance?( vraag hierna)
A
B

Slide 20 - Tekstslide

A of b renaissance?
A
linker plaatje
B
rechter plaatje

Slide 21 - Quizvraag

kenmerken renaissance kunst
  1. Realistisch
  2. Aandacht voor persoonlijke emotie
  3. Voor het vermaak
  4. Meer aandacht voor kleuren, diepte en perspectief
  5. Onderwerpen gericht op de Oudheid / in de stijl van de Oudheid 

Slide 22 - Tekstslide

De ontdekking van het perspectief droeg ook bij aan een vernieuwing in de schilderkunst. Renaissanceschilders als Leonardo da Vinci maakten realistische, schijnbaar driedimensionale schilderijen. Ze bestudeerden de natuur om deze zo perfect mogelijk af te beelden. Leonardo sneed in lijken om te zien hoe het menselijk lichaam in elkaar zat en maakte honderden gedetailleerde tekeningen van skeletten en lichaamsdelen. Dit soort onderzoek was een voorbeeld van de nieuwe wetenschappelijke belangstelling die begon te ontstaan.
Wat is in dit schilderij typisch renaissance?
 

Slide 23 - Tekstslide

Wat is in het schilderij (laatste avondmaal) opvallend renaissance
A
Emotie
B
Realisme
C
diepte

Slide 24 - Quizvraag

Het orgineel:
rond 120 na Chr.
De kopie:
rond 1580 na Chr.

Slide 25 - Tekstslide





Sint-Pietersbasiliek, Rome

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide




Leonardo da Vinci



Homo universalis (Universele mens)

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Humanisme
  • Geleerden gingen ook de oudheid bestuderen. Schrijvers en denkers zagen klassieke auteurs als geestverwanten. 
 
  • Schrijvers en denkers noemden zich humanisten: geleerden die vanaf omstreeks 1500 klassieke teksten bestudeerden. 
  • Humanisten wilden de wereld verklaren op een rationele manier
  • stellen de mens (human) centraal (i.p.v. God)
Bouwmeester Brunelleschi 
Deze muurschildering toont hoe bouwmeester Filippo Brunelleschi een model van de San Lorenzokerk aan financier Cosimo de Medici geeft. In het ontwerp van de kerk gebruikte Brunelleschi de klassieke vormentaal: zuilen, ronde bogen en kroonlijsten. Hij kende de klassieke erfenis goed. Rond 1400 was hij naar Rome gereisd om de ruïnes van antieke gebouwen te bestuderen. Hij groef de resten uit, nam hun maten op en tekende ze na.

Slide 37 - Tekstslide

Omstreeks 1500 begon een nieuw tijdperk, waarvoor drie historische begrippen worden gebruikt. Geef aan:
– welke begrippen dat zijn en
– welke verandering daarmee wordt uitgedrukt ten opzichte van de middeleeuwen.

Slide 38 - Open vraag

Geleerden die klassieke teksten bestudeerden, noemde zich humanisten. Geef aan:
a wat ze met die naam bedoelden en
b wat ze met hun studie wilden bereiken.

Slide 39 - Open vraag

Verspreiding over Europa
In de 16e eeuw werd de renaissance over Europa verspreid. Het ontwikkelde zich daar anders dan in Italië: het richtte zich niet op een klassiek verleden, maar op de wedergeboorte van het oorspronkelijke christendom. 
  • De belangrijkste vertegenwoordiger van dit christelijk humanisme was Erasmus. Hij zocht het zuivere christendom en uitte zijn kritiek op misstanden in het boek Lof der zotheid (1511). Hij ontdekte dat de Vulgaat (= officiële Bijbel) vol vertaalfouten stond 

Slide 40 - Tekstslide

Beschrijf het mens- en wereldbeeld:
- van de middeleeuwers in het algemeen en
- van de elite in Italiaanse steden in de 15e en 16e eeuw.

Slide 41 - Open vraag

a Noem een beeldelement waarmee het schilderij overeenkomt met middeleeuwse schilderijen.
b Noem een beeldelement waarmee het schilderij afwijkt van middeleeuwse schilderijen.

Slide 42 - Open vraag

Leg uit dat de afbeelding past bij beide kenmerkende aspecten van deze paragraaf.

Slide 43 - Open vraag