Paragraaf 2 - Water in natte gebieden

Huiswerk:
1 / 20
volgende
Slide 1: Open vraag
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Huiswerk:

Slide 1 - Open vraag

Lesdoel
In deze les zie je hoe water problemen kan veroorzaken, bij ons, dicht bij huis, en ook in de wereld.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Opdracht: weten we het nog?
- Hoe gaat de grote en de kleine waterkringloop?  

- Hoeveel % van het water op aarde bestaat uit zoet water?

Slide 4 - Tekstslide

Nuttige neerslag
= neerslag - verdamping

Alles wat overblijft voor de mensen dieren en planten om te gebruiken na verdamping

Slide 5 - Tekstslide

Toch kan het mis gaan...

Is de nuttige neerslag dan ook wel eens niet nuttig?

Waar ligt de grens?

Slide 6 - Tekstslide

Normaal stroomt water weg via de rivieren. Waar gaat het dan nu mis?
Natuurlijke oorzaken:

  1. Door piekafvoer: grootste hoeveelheid water na een regenperiode of piekafvoer door smeltwater in het voorjaar.

Slide 7 - Tekstslide

2. Door stormen/orkanen kunnen er grote hoeveelheden zeewater naar de kust geduwd worden.
Dan stroomt het zeewater via de rivier het land binnen, (landopwaarts).

Slide 8 - Tekstslide

En de mens dan?
Oorzaken door de mens:
  • Het kappen van de bossen 
    vermindert infiltratie.
  • Infiltratie betekent dat de grond het water opneemt.

Slide 9 - Tekstslide

Overstromingen door:
kappen van bomen

Daardoor:
stroomt water meteen naar de rivier en
stijgt rivierwater snel.

Slide 10 - Tekstslide

Bescherming
Mensen beschermen zich
tegen overstromingen door
* dijken aan te leggen
* huizen op palen te bouwen 
* terpen te bouwen 
of in de hoger gelegen gebieden te gaan wonen

Slide 11 - Tekstslide

Is er voldoende water?
Dit wordt gedaan door de waterbalans
Hoeveel water komt er binnen en hoeveel gaat er weer weg. 

Slide 12 - Tekstslide

Uit hoeveel procent bestaat het aardoppervlak uit water?
A
40% water, 60% land
B
50% water, 50% land
C
60% water, 40% land
D
70% water, 30% land

Slide 13 - Quizvraag

Hoe noemen we de neerslag die beschikbaar is voor gebruik?
A
Stijgingsregen
B
Neerslagverdeling
C
Nuttige neerslag
D
Piekafvoer

Slide 14 - Quizvraag

De hoeveelheid water op aarde verandert
A
Waar
B
Niet waar
C
Soms

Slide 15 - Quizvraag

Als de piekafvoer hoog is er kans op overstromingen.
A
goed
B
fout
C
alleen in het voorjaar
D
alleen in het najaar

Slide 16 - Quizvraag

Als regenwater door de bodem sijpelt, heet dat...
A
condensatie
B
infiltratie
C
sedimentatie
D
irrigatie

Slide 17 - Quizvraag

De waterkringloop wordt aangedreven door ...
A
Rivieren
B
Gletsjers
C
Verdamping
D
De zon

Slide 18 - Quizvraag

Als neerslag infiltreert in de grond hoe heet dit water dan?
A
oppervlaktewater
B
grondwater
C
brak water
D
infiltratiewater

Slide 19 - Quizvraag

Huiswerk
Lees paragraaf 4.2 (blz 70 + 71)

Maak opdrachten 1 t/m 9 (wb blz 94 + 95)

EN

Lees paragraaf 4.3 (blz 72 + 73)
Maak opdrachten 1 t/m 8 + 10 (wb blz 96 + 97)

Slide 20 - Tekstslide