Burgerschap Les 2 Periode 3 gezondheid en vitaliteit



Burgerschap


Gezonde voeding
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les



Burgerschap


Gezonde voeding

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

STUDIEPLANNER
  • Voor iedere les staan een aantal opdrachten
  • Meestal is hier tijdens de les tijd voor
  • Opdrachten inleveren week 8 > CUM LAUDE
  •  EINDOPDRACHT = FLYER MAKEN
    (info volgt nog) 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdrachten periode 1 / 2
Opdrachten P1 en/of P2  NIET ingeleverd?

Burgerschap is vereist om je DIPLOMA te halen!

Tot 13-02 mogelijkheid tot inleveren bij Isabelle

Daarna herkansen eind schooljaar OP school

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Samen bespreken
Opdracht 3
- Ontbijt iedereen? 
- Waarom is ontbijten belangrijk?
- Wat voor ontbijt kreeg je als kind? 
- Was je een makkelijke of moeilijke eter?
- Eet je bewust sommige producten wel/ niet? Welke?
Wanneer zin in ongezonde tussendoortjes? Hoe kan dit? 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Duurzame voeding

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat is duurzaamheid?

Slide 7 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat is duurzaamheid?
“Ontwikkeling die aansluit op de behoeften van het heden zonder het vermogen van toekomstige generaties om in hun eigen behoeften te voorzien in gevaar te brengen

Slide 8 - Tekstslide

Duurzaamheid is een breed begrip, maar het komt er in het kort op neer dat in een duurzame wereld mens (people), milieu (planet) en economie (profit) met elkaar in evenwicht zijn, zodat we de aarde niet uitputten.
De Wereldcommissie voor milieu en ontwikkeling omschrijft duurzaamheid als “ontwikkeling die aansluit op de behoeften van het heden zonder het vermogen van toekomstige generaties om in hun eigen behoeften te voorzien in gevaar te brengen”. Kortom: de aarde zo gebruiken dat de toekomstige generaties er ook nog plezier van kunnen hebben. Bij duurzaamheid kan de aarde ook op langere termijn het totaal van onze consumptie dragen.

De economie moet in 2050 duurzaam, klimaatneutraal, circulair en inclusief zijn. Daarom kan geen enkel bedrijf meer om duurzaam ondernemen heen. En dit is goed nieuws want duurzaam ondernemen levert niet alleen milieu- en maatschappelijk rendement op maar ook financiële winst. Bedrijven die duurzaam ondernemen innoveren, maken hun bedrijf toekomstbestendig en zijn aantrekkelijk voor huidig en toekomstig personeel. Maar wat is duurzaam ondernemen precies en hoe breng je het in de praktijk?
Bij duurzaam ondernemen draait het om het creëren van waarde op sociaal, ecologisch en economisch gebied. We noemen dit ook wel de 3P’s: people, planet, profit (of prosperity). Als je duurzaam onderneemt, probeer je een balans te vinden tussen deze drie aspecten. Dat is niet mogelijk zonder in alle bedrijfsactiviteiten en -processen rekening te houden met duurzaamheid. Bij elke beslissing moet de impact op de 3P’s worden meegenomen. Dat betekent ook dat álle betrokkenen binnen en buiten de organisatie rekening moeten houden met duurzaamheid. Én dat je als bedrijf verantwoording aflegt.

Wat is duurzaamheid?
Wat houd de term ‘duurzaamheid’ nu precies is? De officiële definitie (uit 1987!) luidt: “Duurzame ontwikkeling is ontwikkeling die aansluit op de behoeften van het heden zonder het vermogen van toekomstige generaties om in hun eigen behoeften te voorzien in gevaar te brengen”. Dat is een hele mond vol. Eigenlijk komt het er dus op neer dat we zorgen dat we zo met onze aarde omgaan dat deze onze kinderen én de generaties daarna in hun behoeften kan blijven voorzien. Duurzaamheid = zorgen dat de aarde bewoonbaar blijft. En dat is best belangrijk!

Duurzaam ondernemen
Steeds vaker horen we bedrijven zeggen dat ze duurzaam of maatschappelijk verantwoord ondernemen (mvo). Dat is mooi! Duurzame ondernemers willen naast geld verdienen ook voor mens en milieu zorgen. Winst gaat dus niet meer ten koste van de aarde en er wordt rekening gehouden met CO2 uitstoot en ook met de werknemers in het bedrijf.
Duurzaam wonen
Bij vtwonen ligt de nadruk vooral op duurzaam wonen. Want ook in huis kun je al veel doen om iets duurzamer te leven. Denk aan energie besparen of zelf energie opwekken en je kunt je huis ook energiezuiniger maken. Isoleer het beter, schaf een energiezuinige cv-ketel aan of stap over op een warmtepomp. Zo kom je al snel aan een beter energielabel en dus een groener, duurzamer huis. En het mooie is: dat scheelt ook in je portemonnee! Wil je aan de slag met een duurzamer of slimmer huis? Dan is het futureproof nummer van vtverbouwen onmisbaar.
Duurzame spullen kopen
Houd jij rekening met duurzaamheid bij het aanschaffen van spullen? Duurzaam wonen betekent ook dat je kritisch bent op spullen die je aanschaft. Heb je het echt nodig, of ziet het er gewoon leuk uit? Vaak kopen we veel meer dan we echt nodig hebben. Wil je toch graag iets nieuws? Let er dan op hoe het geproduceerd is. Is het product gemaakt van goede, eerlijke materialen? En wordt het op een milieuvriendelijke manier gemaakt en getransporteerd?
Receycle je spullen
Heel veel spullen kun je receyclen en weer een nieuw leven geven. Materialen, meubels en natuurlijk je woonaccessoires. Maak er bijvoorbeeld iemand anders blij mee, schilder een meubelstuk met krijtverf voor een hele nieuwe look, of breng het naar de kringloop.
Wat doe jij zelf aan duurzaamheid?

Slide 9 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Duurzame voeding is heel belangrijk
0100

Slide 10 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Vandaag
15-30 min gezamenlijk - duurzame voeding

Resterende tijd aan opdrachten werken

Les 2 - opdracht 3
Les 3 opdracht 1 t/m 3

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is jouw voedselafdruk?
Doe de test!

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht!
Je mag kiezen:
  • Zoek binnen 2  minuten zoveel mogelijk apps/sites op die voedselverspilling tegengaan
  • Zoek binnen 2 minuten zoveel mogelijk goede ideetjes om restjes te gebruiken/ voedselverspilling tegen te gaan
timer
2:00

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Duurzaam eten in 7 stappen
1. Verspil zo min mogelijk voedsel
2. Eet minder rood en bewerkt vlees
3. Neem niet meer zuivel en kaas dan je nodig hebt
4. Eet niet meer dan je nodig hebt en vermijd snacks en snoep
5. Drink zo min mogelijk suikerhoudende dranken en alcohol
6. Ga voor volkoren graanproducten, groente en fruit
7. Let bij groente en fruit op herkomst en seizoen

Slide 15 - Tekstslide

Duurzaam eten in 7 stappen
1. Verspil zo min mogelijk voedsel
Als je slim koopt, kookt en bewaart, hoef je minder voedsel weg te gooien. Het eten is dan niet voor niets geproduceerd. Een boodschappenlijstje en een weekmenu maken, helpt om slim inkopen te doen. Op maat koken gaat makkelijk met een keukenweegschaal, maatbeker of Eetmaatje. En door voedsel op de juiste plek te bewaren, blijft het langer goed. Producten met een verlopen THT-datum, zoals zuivel, hoef je niet meteen weg te gooien. Kijk, ruik en proef een beetje om de kwaliteit te beoordelen.
2. Eet minder rood en bewerkt vlees
Vlees heeft een hoge milieu-impact. Vooral rood vlees (rund, varken, geit en schaap) is heel belastend voor het milieu. Vervang rood en bewerkt vlees daarom door peulvruchten zoals bonen, linzen of kikkererwten, ongezouten noten of ei. Je kunt ook een keer duurzame vis kiezen met een MSC- of ASC-keurmerk. Vervang vleeswaren op brood door geroosterde groente, hummus of ander plantaardig broodbeleg.
3. Neem niet meer zuivel en kaas dan je nodig hebt
Voor je gezondheid is het gunstig om elke dag enkele porties zuivel te nemen (ca. 300 - 450 ml melk/yoghurt) en zo’n 40 gram kaas (ca. 2 belegde boterhammen). Meer is niet nodig. Vooral veel kaas eten zorgt voor een hoge milieubelasting. Beleg je boterham daarom regelmatig met groente, fruit, hummus of pindakaas/notenspread.
4. Eet niet meer dan je nodig hebt en vermijd snacks en snoep
Als iedereen die te veel eet, minder gaat eten, levert dit veel winst op voor het milieu. Eet dus niet meer dan je nodig hebt. Vermijd vooral ongezonde producten die veel calorieën bevatten zoals gefrituurde snacks, chips, koekjes, gebak, snoep en ijs. Kijk hier hoeveel je nodig hebt, of vul de Eetmeter in.
5. Drink zo min mogelijk suikerhoudende dranken en alcohol
Frisdranken, vruchtensappen en alcohol hebben een hoge klimaatbelasting en zijn niet goed voor je gezondheid. Drink daarom vooral water en thee en koffie zonder suiker. Kraanwater is het minst belastend voor het milieu. Bij koffie en thee kun je letten op de keurmerken Fairtrade (Max Havelaar), UTZ en Rainforest Alliance.
6. Ga voor volkoren graanproducten, groente en fruit
Geef bij het samenstellen van je maaltijd de voorkeur aan plantaardige producten. Denk aan volkoren graanproducten, groente, fruit, aardappelen, peulvruchten, dagelijks een handje noten en plantaardige oliën. De meeste plantaardige producten hebben een lage klimaatbelasting.
7. Let bij groente en fruit op herkomst en seizoen
Groente en fruit hebben een lage milieudruk. Als je seizoensproducten neemt en let op de herkomst, ben je helemaal groen bezig. Kies voor groenten die het hele jaar een lage milieudruk hebben. Denk aan broccoli, rode kool, prei, rode biet, ui, wortelen, witlof en bleekselderij. Producten van buiten Europa die met het vliegtuig komen, hebben een hogere klimaatimpact. Dat geldt ook voor groenten uit verwarmde kassen. Kijk in dit overzicht voor groente en fruit van het seizoen.
Wil je weten hoe duurzaam jij nu eet? Doe de Voedselafdruk-test en ontdek het in 15 vragen.

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!
Les 2 opdracht 3

Les 3 opdracht 1 t/m 3

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies