20230622 Assessorentraining combigroep Zwolle dagdeel 2

Training assessoren: Het vervolg... 
www.lessonup.io
Code invoeren
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
AssessorentrainingMBOStudiejaar 4

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Training assessoren: Het vervolg... 
www.lessonup.io
Code invoeren

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Programma
1. Opening
2. Opfrissen
3. Uitleg STARR
4. Oefenen STARR en LSD
5. Toepassen STARR examensituatie
6. Wat weet je al? Feedback op film
7. Evaluatie en afronding

Slide 2 - Tekstslide

Trainer 2 - 15.02 uur

Chat wordt beheerd door de assessor die op dat moment niet presenteert. 
Doel van deze training
Objectieve afname van het assessment, Proeve van bekwaamheid en examengesprek in de BBL, door assessoren uit de voedingsmiddelensector. Lochem



  • Uniforme afname
  • Twee assessoren waarvan 1 deskundig op inhoud 
  • Objectief (geen eigen leidinggevende of praktijkopleider)

Slide 3 - Tekstslide

Trainer 2 - 15.20 uur
* Andere afspraken i.v.m. Covid
Ff rondje nader kennismaken

Slide 4 - Tekstslide

IJsbreker 11 – Ga over de streep / links of rechts van de kamer als…
Maak twee gebieden waar mensen naartoe kunnen lopen. Spreek vervolgens vragen en stellingen uit die beantwoord kunnen worden door naar een van deze gebieden te lopen (of over de streep te stappen). Ja = Oversteken, Nee = Blijven staan!

De vragenlijst met 100 ja-neevragen
  1. Ben je bang in het donker?
  2. Ben je blij met je naam?
  3. Ben je een avondmens?
  4. Ben je een optimist?
  5. Ben je egoïstisch?
  6. Ben je flexibel?
  7. Ben je gelukkig?
  8. Ben je geworden wat je wilde worden als kind?
  9. Ben je impulsief wat betreft je beslissingen?
  10. Ben je nieuwsgierig van aard?
  11. Ben je ooit naar de eerste hulp geweest?
  12. Ben je trots op jezelf?
  13. Ben je verslaafd aan je smartphone?
  14. Ben je voor de doodstraf?
  15. Ben je wel eens op een blind date geweest?
  16. Ben je weleens onbedoeld verliefd geworden?
  17. Bestaat eeuwige liefde?
  18. Voorbeeldvraag: bestaat eeuwige liefde?
  19. Bewaar je goede herinneringen aan je eerste kus?
  20. Denk je dat er op een dag buitenaardse wezens landen?
  21. Denk jij dat mensen van nature goedaardig ijn?
  22. Geloof je dat er buitenaardse wezen bestaan?
  23. Geloof je in god?
  24. Geloof je in leven na de dood?
  25. Geloof je in liefde op het eerste gezicht?
  26. Geloof je in toeval?
  27. Had je vroeger een favoriete leraar?
  28. Heb je afgelopen week iets nieuws geleerd?
  29. Heb je bepaalde karaktereigenschappen van je ouders overgenomen?
  30. Heb je deze week nog een complimentje gegeven?
  31. Heb je een droomhuis?
  32. Heb je een favoriete maaltijd?
  33. Heb je een favoriete tv-programma?
  34. Heb je een heimlijk genoegen?
  35. Heb je een persoonlijke held?
  36. Heb je een rare eigenschap?
  37. Heb je een stopwoord?
  38. Heb je een tatoeage?
  39. Heb je een zwakte?
  40. Heb je jezelf opgezocht in Google?
  41. Heb je liever een jaar geen tv of een jaar geen snacks?
  42. Heb je liever je grootste vraag beantwoord of je grootste wens vervuld?
  43. Heb je ooit bewust eens de vriendschap met iemand beëindigd?
  44. Heb je ooit iets gedaan waarmee je in de problemen kwam?
  45. Heb je vaak dagdromen?
  46. Heb je wel eens een leugentje om bestwil verteld?
  47. Heb je wel eens een slechte recensie geschreven?
  48. Heb je wel eens gehuild van geluk?
  49. Heb je wel eens geschaamd?
  50. Heb je wel eens iemand geslagen?
  51. Huil je makkelijk in het bijzijn van anderen?
  52. Is er een emoji die op je lijkt?
  53. Is er een situatie denkbaar waarbij abortus toegestaan zou moeten zijn?
  54. Is er iemand naar wiens advies je altijd luistert?
  55. Is er iets dat je zo belangrijk vindt, dat je er je leven voor zou riskeren?
  56. Is het gras altijd groener aan de overkant?
  57. Is vriendschap genoeg reden om getrouwd te blijven?
  58. Is wereldvrede mogelijk?
  59. Kies je je vrienden uit?
  60. Kijk je veel naar mensen van het andere geslacht?
  61. Kijk je wel eens naar de natuur?
  62. Koop je vaak cadeautje of bloemen voor iemand anders?
  63. Kun je een beetje dansen?
  64. Kun je goed gekke bekken trekken?
  65. Kun je goed koken?
  66. Kun je goed tegen verveling?
  67. Kun je tegen alleen zijn?
  68. Lees je wel eens een boek?
  69. Maakt het voor je uit wat anderen van de vinden?
  70. Mediteer je wel eens?
  71. Moet het dragen van boerka's toegestaan zijn?
  72. Moet zwarte piet verboden worden?
  73. Neem je vaak het initiatief?
  74. Slaap je goed?
  75. Speel je online games?
  76. Sta je open voor verandering?
  77. Vier je graag je verjaardag?
  78. Vind je dat mensen een tweede kans verdienen?
  79. Vind je het leuk om voor anderen voor te lezen?
  80. Vind je privacy belangrijk?
  81. Voel jij je jonger dan je daadwerkelijk bent?
  82. volg je het nieuws?
  83. Was je als kind gelukkig?
  84. Was je goed op school?
  85. Wil je altijd winnen?
  86. Wil je door anderen leuk of aardig gevonden worden?
  87. Word je makkelijk verliefd op iemand anders?
  88. Word je snel boos?
  89. Zijn er bedrijven of merken die je boycot?
  90. Zijn er dingen waartegen je praat?
  91. Zijn er zaken die mensen niet van je weten?
  92. Zing je soms onder de douche?
  93. Zou je gelukkig kunnen zijn zonder geld?
  94. Zou je graag beroemd willen zijn?
  95. Zou je iets uit het verleden willen goedmaken?
  96. Zou je in een ander land willen wonen?
  97. Zou je onzichtbaar willen kunnen worden?
  98. Zou je tien jaar korter willen leven in ruil om rijk te zijn?
  99. Zou je via euthanasie de dood tegemoet willen treden?
  100. Zou je voor één dag van het andere geslacht willen zijn?
  101. Zullen mensen jou na je dood herinneren? 

Slide 5 - Tekstslide

Hoofdstappen
Examenproces
1. De voorbereiding
2. Instructie kandidaat
3. Observeren
4. Examengesprek 
5. Beoordelen
6. Consensusgesprek
7. Feedback geven

Slide 6 - Tekstslide

Hoofdstappen iets verder uitgesplitst

Focus op STARR-methodiek omdat deze bruikbaar is in WPO en BBL. 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe zorg je voor een goede voorbereiding op je rol als assessor bij een PVB afname?

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Als een student last heeft van zenuwen, hou je daar rekening mee bij het beoordelen
A
Ja
B
Nee
C
Ja, als de student dit vooraf aangegeven heeft
D
Ja, als het examenbedrijf dit vooraf aangegeven heeft

Slide 9 - Quizvraag

Trainer 2

Je zorgt er wel voor dat je de student op zijn/haar gemak stelt. 

Goede antwoord B
Wat is de WAKKER-methode en waarvoor gebruik je deze?

Slide 10 - Open vraag

Trainer 1 15.10 uur
Wanneer voer je in de BBL een examengesprek?
A
Aan het begin van de PVB, bij alle niveaus
B
Na de observatie, alleen als er aanvullende vragen zijn
C
Na de observatie, bij alle niveaus
D
Na de observatie, alleen bij niveau 3 en 4

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de ideale samenstelling voor een assessorenduo?

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat moet je doen als de assessoren niet tot een eensluidend oordeel kunnen komen?
A
Positief beoordelen
B
PVB blijft onbeslist
C
En leidinggevende betrekken
D
Negatief beoordelen

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

STARR-methode, wat is dat?

Slide 14 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

STARR-methode
  • Hulpmiddel voor het inzichtelijk krijgen van competenties van mensen
  • Inzetten bij zelfreflectie (of LATEN reflecteren)
  • Concrete voorbeelden van competenties
    en deze analyseren en beoordelen.

Slide 15 - Tekstslide

op zoek gaan naar concrete voorbeelden van deze competenties in het dagelijks handelen. De STAR-methodiek helpt om dergelijke voorbeelden te analyseren en te beoordelen.

Veel gebruikt bij sollicitaties.
STARR- methode
Situatie
Je beschrijft de context waarin de gebeurtenis plaatsvond. Wat gebeurde er? Wie waren erbij betrokken? Waar en wanneer speelde het zich af? Beschrijf puur de feiten en omstandigheden, alsof je vertelt wat er in een film te zien was.
Taak
Hierbij gaat het om jouw rol in de situatie. Wat was jouw opdracht? Wat werd er van je verwacht? Dit kan de taak zijn die je van school of van je stagebegeleider kreeg, maar maak het ook persoonlijk. Vraag je bijvoorbeeld af wat jij wilde bereiken en van jezelf verwachtte.

Actie
Vervolgens beschrijf je jouw daadwerkelijke handelingen. Wat heb je gedaan? Wat heb je gezegd? Probeer ook te onderbouwen waarom je het op die manier hebt aangepakt. 
Resultaat
Stel jezelf de volgende vragen: Wat waren de gevolgen van jouw actie? Hoe reageerden de betrokken personen op wat jij deed? Het gaat er nog niet om of je hiermee tevreden bent, maar alleen om wat er gebeurde na jouw actie.
Reflectie
Ten slotte kun je met de methode van STARR reflecteren op de voorgaande onderdelen. Hoe vond je dat jij het deed? Ben je tevreden over de uitkomst of het resultaat van je handelen? Wat heb je geleerd? Kun je dit ook toepassen in andere situaties? Wat zou je volgende keer anders doen? Probeer je voor een diepgaande reflectie ook te verplaatsen in de mensen die betrokken waren bij de situatie en je af te vragen wat zij over jouw actie zouden zeggen. 

Slide 16 - Tekstslide

Kijk even naar je eigen groep wat voor jouw groep werkt. 

Neem je het gezamenlijk door in de klas? 
Laat je de studenten het eerst in tweetallen bespreken? 
Maak hierin je eigen keuze. 
Zorg wel dat je goed voorbereid de les in gaat en dus zelf ook antwoord kan geven op de vragen.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

STARRT

Slide 22 - Tekstslide

Eventueel inzetten als extra check wat het leereffect is
Kun jij goed luisteren?

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kun jij goed luisteren?
Patricia Paay is tot over haar oren verliefd op een 40 jaar jongere automonteur. In een interview met de Limburgse TV-zender L1 verteld de diva dat haar jonge minnaar net zo gestroomlijnd is als een Porsche Carrera, zo snel en vurig als een Ferrari maar ook zo degelijk en trouw als een Volvo. Bovendien sleutelt hij graag aan oldtimers

Slide 24 - Tekstslide

Voorlezen van scherm (andere met rug naar scherm)

Doorfluisterspel
Voordat het doorfluisterspel gespeeld kan worden moet je aan aantal leuke zinnen bedenken die straks doorgefluisterd kunnen worden. Schrijf deze zinnen op op een papiertje zodat je straks precies weet met welke zin je begonnen bent.
Ga nu met alle kinderen in een grote kring zitten en neem zelf ergens in de kring plaats. Fluister nu de eerste zin die je verzonnen hebt aan de persoon naast je in de kring. Het maakt niet uit aan welke kant je start. De persoon die naast je zit, en van jou de zin heeft gehoord, moet het de zin nu doorfluisteren in het oor van de persoon naast hem.
Zo gaat de zin heel de kring door tot dat deze weer bij de spelleider uitkomt. De zin is nu dus heel de kring rond gegaan.
Nu gaan we horen of de zin nog hetzelfde gebleven is. Vertel aan de groep met welke zin er begonnen is en wat er van gemaakt is nadat hij door iedereen is doorgefluisterd.
Doordat de zin steeds opnieuw wordt doorgefluisterd en niet iedereen goed heeft kunnen horen wat er gezegd wordt zal de zin flink veranderen. Dit levert gegarandeerd komische verhalen op!
Fluisterspel zin voorbeeld
Om je te helpen met het verzinnen van een aantal fluisterspel voorbeeld zinnen hebben we er al een aantal opgeschreven. Het is aan te raden om met 'makkelijkere' zinnen (meestal korte zinnen) te beginnen en ze langzaam moeilijker te maken. Bijvoorbeeld door langere zinnen door te fluisteren of moeilijkere woorden te gebruiken.
De kabouter kocht bij de bakker twee broden.
Het gras is groener aan de overkant.
Op vakantie zwem ik graag in de zee tussen de haaien.
Mijn lievelingseten is pizza met extra veel tomaten erop.
Het clowntje uit het circus reed per ongelijk recht de sloot in.
De muzikant speelde al jaren hetzelfde monotone melodietje op zijn trompet.
Op tv kijk ik graag naar kook programma's.
Mijn favoriete muziek is K3 en ik luister het dag en nacht.
De tovenaar toverde het bloemetje om in een cactus.
De kat krabt de krullen van de trap.
Variaties
Het spel kan ook gespeeld worden met woorden in plaats van hele zinnen. Dit maakt het spel een stuk makkelijker.
Als het fluisterspel erg makkelijk is voor de deelnemers gebruik dan tongbrekers. Dit zijn zinnen die moeilijk uit te spreken zijn, moeilijk te onthouden en daarmee moeilijk door te fluisteren.
Gebruik als inspiratie een krant, en gebruik de krantenkoppen/verhalen als zinnen om door te fluisteren.
Tips
Maak duidelijke afspraken over hoe je de zin moet doorfluisteren en hoe vaak je dit mag doen (bijvoorbeeld maximaal 2 keer per 'doorfluister' moment.
Het fluisterspel is een spel waarbij gefluisterd dient te worden. Let er dus op dat deelnemers niet te hard praten en de andere deelnemers kunnen horen wat ze zeggen.
Benodigdheden
een aantal doorfluister voorbeeld zinnen
klaslokaal of ruimte waar je in een kring kan zitten
eventueel pen en papier
Kun jij goed luisteren?
De Haagse leverworst het zusje van Haagse Hopjes wordt in de toekomst gemaakt door Zwanenberg. Het transport gaat via Muller Holten en gaat in geconditioneerde wagens. De leverworst moet in Den Haag gemaakt worden en niet in Borculo, omdat in de naam Den Haag staat. Gelderse rookworst mag wel in Borculo gemaakt worden. Er is gekozen voor Muller en niet voor voor de personenauto van directeur, omdat er angst is voor een schimmel en listeria besmetting
De productie gaat om 25 ton. De inkoopwaarde is 4 € per kilo.
De chauffeurs moeten aan de HACCP eisen voldoen. Dit wordt gecontroleerd door nVWA, de vroegere RVV.

Slide 25 - Tekstslide

Doorfluisterspel
Kun jij goed luisteren?
In Almelose kringen wordt verteld dat op het Zone college een docent heeft gekust met een koe.
Hij deed dit om te controleren of de koe koorts had. De lippen van de mens en de koe zijn namelijk vochtig. Dit geeft een snelle warmteoverdracht en daarmee een snelle en effectieve meting.
De koe had inderdaad koorts 39,5 C. Er wordt nu getwijfeld of dit komt door kalverliefde of door een ziekte.
De koe keek namelijk met grote lobbige ogen knipogend de docent na. Ook zwaaide ze zachtjes met haar staart.
De melkproductie was deze dag maar de helft van de normale hoeveelheid van 40 liter.

Slide 26 - Tekstslide

Doorfluisterspel
Om STARR goed te kunnen toepassen
1. Vorm twee- of drietallen
2. Geef de linkeromschrijving van blackstories
3. Laat de ander(en) open vragen stellen om erachter te komen wat er precies aan de hand is
4. Hoeveel vragen had je nodig?
timer
3:00

Slide 27 - Tekstslide

Blackstories printen en knippen
Oefenen
  1. Kies een situatie op je werk van de afgelopen
    week om op te reflecteren 
  2. Vul het STARR-formulier zo volledig mogelijk in
  3. Wissel van formulier en bedenk welke vragen
    je zou willen stellen
  4. Voer het examengesprek
  5. Welke informatie ben je nog meer te weten
    gekomen die je kunt gebruiken voor
    beoordeling 

Slide 28 - Tekstslide

Lege STARR-formulieren mee
1. Hoeveel werkprocessen moeten er beoordeeld worden voor niveau 3 (vakbekwaam medewerker)?
2. Aan welke eisen moete de examenlocatie voldoen?
3. Hoeveel assessoren moeten er ingezet worden?
4. Wat is de minimale duur van dit examen?
5. Hoeveel tijd is naar schatting nodig voor de assessoren om een goed beeld te krijgen?
6. Wie organiseert het examen?
7. Wanneer kun je een werkproces beoordelen met goed?
8. Wat kun je zien in de blauwe kolom op het beoordelingsformulier?
timer
10:00

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Werkprocessen beoordelen m.b.v. STARR
  1. Vorm tweetallen
  2. Lees het betreffende werkproces door 
  3. Lees het STARR-verslag van de kandidaat door
  4. Bereid je voor op de mondelinge toets (CGI)
  5.  Voer het gesprek
  6. Beoordeel het werkproces

Slide 31 - Tekstslide

Werkprocessen van niveau 4: Kwaliteit, voedselveiligheid, bereidt product???
Je weet nu al een hele boel....
In de volgende film komt van alles aan bod (of niet). Geef jij mij advies?

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat mis je nog om je rol van assessor goed in te kunnen vullen?

Slide 34 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Ik vond deze assessorentraining....

Slide 35 - Open vraag

Trainer 2 16.50 uur
Ik ben er aan toe om de rol van assessor in te vullen
😒🙁😐🙂😃

Slide 36 - Poll

Trainer 2

Vraag de deelnemers om de poll in te vullen. Bekijk samen het resultaat en geef een paar mensen het woord om kort de uitslag toe te lichten.

Slide 37 - Tekstslide

Trainer 2 - einde 17.00 uur

Na 2e training: PDF van training en informatie over certificering mailen
Administratie

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies