Labreken-LVA-wk5

Hoe ziet dat er uit  ?
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Hoe ziet dat er uit  ?

Slide 1 - Tekstslide

Oplossen
Een hoeveelheid stof wordt opgelost in een volume water.
bv.  2,5 g NaCl in 250 ml water.
de concentratie is dan : 2,5 g/250 ml = 0,01 g/ml
of de concentratie is : 2,5 g/0,25 L = 10 g/L
Beide zijn juist !!      als je de eenheid noteert
Cm = m / V    van de formule   m = Cm *  V

Cm *  V
m

Slide 2 - Tekstslide

Oplossen, inweeg terug rekenen
Een concentratie is 10 g/L , hoeveel stof moet ik inwegen in een 250 ml maatkolf ?
LET OP :  kies eerst altijd je eenheid. Deze moeten op elkaar zijn afgestemd !   dus of    Cm= 10 g/L  en V = 0,25 L
                                      of    Cm= 10 mg/ml en V = 250 ml
dan invullen in de vergelijking :  m = 2,5 g
                                                              of m = 2500 mg


Cm *  V
m

Slide 3 - Tekstslide

Eenheden op elkaar afstemmen
Iedereen rekent immers heel goed met geld !!
Jan's uurtarief is 12 euro/uur (UT), hij werkt 90 minuten (t)
Hoeveel krijgt hij betaald (B) ?
B = UT * t      dus    12 euro/uur * 90 min. = 1080 euro  ???
of ??? 
12 euro/uur * 1,5 uur = 18 euro    ?   of
0,2 euro/min * 90 min. = 18 euro  ?

Slide 4 - Tekstslide

Welke formule is correct ?
A
1e is goed, 2e is goed
B
1e is goed, 2e is fout
C
1e is fout, 2e is goed
D
1e is fout, 2e is fout

Slide 5 - Quizvraag

Welke formule is correct ?
A
1e is goed, 2e is goed
B
1e is goed, 2e is fout
C
1e is fout, 2e is goed
D
1e is fout, 2e is fout

Slide 6 - Quizvraag

Welke formule is correct ?
A
1e is goed, 2e is goed
B
1e is goed, 2e is fout
C
1e is fout, 2e is goed
D
1e is fout, 2e is fout

Slide 7 - Quizvraag

Welke formule is correct ?
A
1e is goed, 2e is goed
B
1e is goed, 2e is fout
C
1e is fout, 2e is goed
D
1e is fout, 2e is fout

Slide 8 - Quizvraag

Oplossen, volume terug rekenen
Ik heb 2,5 g ingewogen, in welke maatkolf moet ik het oplossen om een concentratie te krijgen van 10 g/L  ? 
LET OP :  kies eerst altijd je eenheid. -->  afstemmen !  
       Cm= 10 g/L  en m = 2,5 g  
of   Cm= 10 mg/ml en m = 2500 mg   
dan V = m/Cm    dit wordt dan   V = 0,25 L 
                                                           of  V = 250 ml


Cm *  V
m

Slide 9 - Tekstslide

Verdunnen         C1*V1=C2*V2
Ook wel !  Cpipet*Vpipet=Cmaatkolf*Vmaatkolf

Slide 10 - Tekstslide

Voorbeeld
C1 * V1 = C2 * V2
Cp * Vp = Cm * Vm
0,72mg/ml*50ml=Cm*250ml
Cm = (0,72 * 50)/250 = 0,144 mg/ml

Slide 11 - Tekstslide

Of ..........
je rekent uit hoeveel stof je overbrengt met de pipet naar de maatkolf !!!

Slide 12 - Tekstslide

Of ..........
je rekent met verdunning factor !
F = Vmaatkolf / Vpipet
F = 250 ml/50 ml
F = 5
Cm = Cp / 5
Cm = 0,072 mg/ml / 5
Cm = 0,144 mg/ml
Verdunning factor

F=CmCp=VpVm

Slide 13 - Tekstslide

Nu jullie !!

Slide 14 - Tekstslide

Bereken de concentratie zout na verdunnen !

Slide 15 - Open vraag

uitwerking
Cz = 3,25g/l / 4 = 0,81 g/l

Cz = 81,25 mg / 100 ml = 0,81 mg/ml
= 0,81 g/l
Cp*Vp=Cm*Vm
3,25g/l*25ml=Cm*100ml
Cm=(3,25*25)/100=0,81 g/l

Slide 16 - Tekstslide

Opdracht 2
bereken de concentratie

Slide 17 - Tekstslide


Slide 18 - Open vraag

Opdracht 2

Slide 19 - Tekstslide