A5sp4 - Periode 1, Les 3 (PA4 H3, 2e les) - GSE (08-09-2022)

Bienvenidos
lessonup klascode A5sp4: kemdt
(het linkje staat op magister 1 september 2022)

1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Bienvenidos
lessonup klascode A5sp4: kemdt
(het linkje staat op magister 1 september 2022)

Slide 1 - Tekstslide

El programa 

  • Info, deberes
  • COMPROBAR LOS DEBERES (10m) 
  • VOCAB C (10m)
  • ESCUCHAR: Capítulo 3, B ej. 14, 15 (15m)
  • GRAM: los verbos reflexivos + los pasados (20m)
  • Evaluación, deberes

Slide 2 - Tekstslide

H3, Vocabulario B (p.52):

de wond
A
el movimiento
B
el auxilio
C
la herida
D
la nariz

Slide 3 - Quizvraag

H3, Vocabulario B (p.52):

de zeep
A
el veneno
B
la postura
C
el jabón
D
el estómago

Slide 4 - Quizvraag

H3, Vocabulario B (p.52):

vermijden
A
estar cansado
B
evitar
C
picar
D
romper(se)

Slide 5 - Quizvraag

H3, Lenguateca B (p.21)

Ik ben gevallen
A
Me duele la cabeza
B
Te aconsejo descansar
C
¿Qué te pasa?
D
Me he caído

Slide 6 - Quizvraag

COMPROBAR LOS DEBERES - 10 min. 
Aprender: 
Voca B (p. 52) 
Lenguateca B 
Perfecto + Indefinido + Imperfecto (libro de referencia vanaf p.4 nrs. 1-2-3 vervoegingen + het gebruik van de verleden tijden vanaf p.17 nrs. 7-8-9. 

Hacer:  
Verleden tijden extra boekje: p. 9 oef 1  -> enkele zinnen bespreken
Afmaken Capítulo 3, Fuente ej. 3-4-5 (oef 5 schriftelijk voorbereiden)  -> volgende slides
             

Slide 7 - Tekstslide

Ejercicio 4
Ejercicio 4
1 pasa
2 resfriado
3 medicamento
4 pastillas
5 alergia
6 vomitar
7 fiebre
8 me encuentro mal
9 médico
10 descansar

Slide 8 - Tekstslide

Ejercicio 5:
compara tu texto con el ejemplo -> mejorar -> hablar 
Ejercicio 5ab
1 No, no me pongo nunca enfermo/a.    /    Sí me pongo muchas veces enfermo/a.
2 La última vez que me puse enfermo tenía la gripe. Tenía fiebre. Estaba resfriado/a y tenía mucho dolor de cabeza/garganta.
3 Estuve enfermo/a dos días.
4 Tomé aspirinas y descansé mucho.
5 Sí, me rompí el brazo/la pierna hace 2 años.  /  No, no me he roto el brazo/la pierna nunca.

Extra: vergelijk de rode woorden. 
Waarom wordt in de eerste zin de indefinido gebruikt, en in de tweede zin de perfecto?


Slide 9 - Tekstslide

Vocabulario C, p.52-53
  1. Estudia el vocabulario, 2 minutos.
  2. Selecciona 5-7 palabras.
  3. Apunta 5-7 preguntas con las palabras.
  4. Habla en parejas.

Slide 10 - Tekstslide

Escuchar: el consejo del médico
HACER: H3, p. 20-21 ejerc. 14+15 (CD2, fragmento 2)

  1. Lee las preguntas del ejercicio 14ab. ¿Qué significan las preguntas? -> hacer 14ab
  2. Haz el ejercicio 15. Usa el contexto para saber el significado de las palabras.
                       ¿Ayuda? Usa tu vocabulario en p.52.

¿TERMINADO? 
Practica el vocabulario al final del lessonup.
Oef 14

Slide 11 - Tekstslide

Verbos
  1. El verbo reflexivo
  2. Los pasados 

Slide 12 - Tekstslide

Gramática: Los verbos reflexivos + los pasados (20m) 
ESTUDIAR: Gram B (H3, p.13-14)
HACER: ejercicio 10abc

¿TERMINADO?
  • PRACTICA los pasados en las próximas páginas (perfecto, indefinido, imperfecto) 
  • APRENDE los pasados de: ser, estar, tener, ir, ver, hacer (libro de referencia p.6-16)

Slide 13 - Tekstslide

Gramática: Los verbos reflexivos + los pasados (20m) 
ESTUDIAR: Gram B (H3, p.13-14)
HACER: ejercicio 10abc

¿TERMINADO?
  • PRACTICA los pasados en las próximas páginas (perfecto, indefinido, imperfecto) 
  • APRENDE los pasados de: ser, estar, tener, ir, ver, hacer (libro de referencia p.6-16)

Slide 14 - Tekstslide

Gramática: Los verbos reflexivos + los pasados (20m) 
ESTUDIAR: Gram B (H3, p.13-14)
HACER: ejercicio 10abc

¿TERMINADO?
  • PRACTICA los pasados en las próximas páginas (perfecto, indefinido, imperfecto) 
  • APRENDE los pasados de: ser, estar, tener, ir, ver, hacer (libro de referencia p.6-16)

Slide 15 - Tekstslide

DE VERLEDEN TIJDEN
Als je iets vertelt wat in het verleden ligt, gebruik je de verleden tijd. Het Spaans kent meerdere verleden tijden. Bestudeer de uitleg van drie verschillende verleden tijden. 
1. VER: Bekijk de filmpjes
2. LIBRO DE REFERENCIA: de vervoegingen vind je in libro de referencia nr. 1-2-3, het gebruik van de tijden vind je onder andere in nr. 11






Presente perfecto
Pretérito indefinido
Pretérito imperfecto

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Link

Slide 19 - Link

Slide 20 - Link

Practicar los pasados (conjugaciones)
Je oefent nu online met:
  • regelmatige ww: kies uit vocab BCD en uit de groene grammaticablokken
  • onregelmatige ww: ser, estar, tener, ir, ver, hacer
  • wederkerende ww: kies uit vocab BCD en uit de groene grammaticablokken

Ga naar Verbuga.
Links: klik de werkwoorden aan die je gaat oefenen
Rechts: klik aan perfecto en/of indefinido en/of imperfecto

Slide 21 - Tekstslide

¿Qué has
aprendido hoy?

Slide 22 - Woordweb

Welke leerstof heeft volgens jou
herhaling nodig?

Slide 23 - Woordweb

Los deberes (Paso adelante H3)

Aprender: 
Voca C (p. 52/53) 
Verbos reflexivos H3 gram. B (p.13-14) 
Los pasados: vervoegingen regelmatige en onregelmatige werkwoorden (ser, estar, tener, ir, ver, hacer), zie Libro de ref. nrs. 1, 2, 3, 4

Hacer:  
afmaken H3 ej. 10abc + 14-15  







Slide 24 - Tekstslide

Verleden tijden: perfecto - imperfecto - indefinido



EXPLICACIÓN: 
1. powerpoint 1 (perfecto - indefinido - imperfecto)
2. powerpoint 2 (indefinido - imperfecto) 


Libro de referencia nr. 11 (op pagina 18-19)


Slide 25 - Tekstslide

Info, reglas
Periodes: 2-1-1-2
Materiaal:
- Paso Adelante deel 4, libro de alumno 2
- Schrift, Mapje, Laptop,  Lessonup -> reglas para el uso del ordenador 
Toetsen in Overgangsdossier en PTA:
- Portfolio: leesdossier
- Tussentoets: verleden tijden + capítulo 3
- Leesvaardigheid (TW)

Landelijke norm: leren van een moderne vreemde taal op het vwo kost halve dag per week 

Slide 26 - Tekstslide

Pluscuamperfecto 
Toen ik de tv aandeed, was het programma al begonnen.
        Cuando encendí (indef.) la tele, ya había comenzado (plusc.) el programa.
Toen ik naar buiten ging, had het geregend. 
        Cuando fui (indef.) afuera, había llovido (plusc.).

-> Meestal vertaal je de pluscuamperfecto met 'had/hadden + voltooid deelwoord'. 

1. ESTUDIAR: H4, gramática  C, p.79
2. PRACTICAR: ej. 27 + 28abc
¿Terminado? Hacer ej. 11de





Slide 27 - Tekstslide

timer
1:00
Las partes del cuerpo: Mira un minuto -> después apuntas las palabras

Slide 28 - Tekstslide

El cuerpo humano
¿Te sobra tiempo? (Heb je tijd over?)

-> practica las partes del cuerpo en la próxima página

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Link

Slide 31 - Link