Les 12

Welkom
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare school

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom

Slide 1 - Tekstslide

Lesplanning
Terugblik

Formele berichten

Aan de slag met de opdrachten

Slide 2 - Tekstslide

Aan wie schrijf je een informeel bericht?

Slide 3 - Open vraag

In een informeel bericht spreek je de ontvanger aan met...
A
je/jij
B
u

Slide 4 - Quizvraag

Lesdoel

Je leert hoe je een formeel bericht schrijft

Slide 5 - Tekstslide

Waar denk je aan bij een
formeel bericht?

Slide 6 - Woordweb

Formeel bericht
Schrijf je vaak aan een onbekende

De brief of e-mail heeft een vaste opbouw

Je gebruikt vaste formuleringen
Geachte heer/mevrouw

Slide 7 - Tekstslide

Wanneer schrijf je een formele brief?
informatie geven of vragen

je aanmelden voor iets

een verzoek doen

iemand overtuigen

Slide 8 - Tekstslide

Vaste formuleringen
Aanhef:
Geachte heer/mevrouw,
Geachte mevrouw De Haan,

Inleiding:
Bedankt voor uw brief
In de krant van vandaag las ik …
Mijn naam is …


Slide 9 - Tekstslide

Vaste formuleringen
Afsluitende zin:
Nogmaals bedankt
Mocht u nog vragen hebben, dan hoor ik het graag.

Ondertekening:
Hoogachtend, …
Met vriendelijke groet, …



Slide 10 - Tekstslide

Opbouw brief
1. Eigen adres (zender)
2. Adres geadresseerde (ontvanger)
3. Onderwerp
4. Plaats + datum
5. Aanhef (Geachte...)
6. Inhoud (inleiding-middenstuk-slot)
7. Slotgroet
8. Naam



Slide 11 - Tekstslide

Opbouw formele brief
  • Eigen adres
  • Adres van de geadresseerde
  • Onderwerp van de brief
  • Dagtekening
  • Leeuwarden, 5 juli 2018
  • Aanhef
  • Inleiding – kern – slot




Slide 12 - Tekstslide

Wat is de aanhef in een
formele brief?

Slide 13 - Woordweb

Je eindigt een formele brief met...
A
Groetjes
B
Met vriendelijke groet
C
De beste wensen
D
Doei

Slide 14 - Quizvraag

Volgorde formele brief
Eigen adres
Plaats en datum
Geadresseerde
Onderwerp
Aanhef
Inleiding
Middenstuk
Slot

Slide 15 - Sleepvraag

Opbouw brief
1. Eigen adres (zender)
2. Adres geadresseerde (ontvanger)
3. Onderwerp
4. Plaats + datum
5. Aanhef (Geachte...)
6. Inhoud (inleiding-middenstuk-slot)
7. Slotgroet
8. Naam



Slide 16 - Tekstslide

Opdracht
Ga nu aan de slag met les 12: opdracht 1 t/m 10
Hier heb je de rest van deze les voor.

Aan het begin van de volgende les gaan we 
de opdrachten bespreken.

Slide 17 - Tekstslide

Opdrachten les 12
Bespreken opdrachten les 12.

Slide 18 - Tekstslide

1. In wat soort situaties schrijf
je een formele brief/e-mail?

Slide 19 - Woordweb

Bijvoorbeeld als je iets wilt schrijven aan een onbekende.

Slide 20 - Tekstslide

2. Waar gaat de brief op pagina 29 over?

Slide 21 - Open vraag

Dit bericht gaat over de vraag van Andreas en Malik aan mevrouw Vos of ze haar mogen interviewen over de geschiedenis van Berghouten voor hun werkstuk.

Slide 22 - Tekstslide

3. Zijn in deze brief de goede formuleringen gebruikt?
A
ja
B
nee

Slide 23 - Quizvraag

5. Wat mist er nog in
de opbouw van de brief?

Slide 24 - Woordweb

In de opbouw mist het eigen adres van de 
afzender links bovenaan.

Slide 25 - Tekstslide

6. Welke belangrijke informatie zijn Andreas en Malik vergeten in de brief?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 26 - Quizvraag

7. Wat zet je in de onderwerpbalk?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 27 - Quizvraag

8. Welke informatie over jou heeft mevrouw Sitalsing nodig, denk je?

Slide 28 - Open vraag

Je naam, adresgegevens, telefoonnummer, leeftijd en welke opleiding je doet.

Slide 29 - Tekstslide

9. Hoe kun je het beste je e-mail ondertekenen?
A
Met vriendelijke groet,
B
Groetjes,
C
In afwachting van uw antwoord verblijf ik,
D
De beste wensen,

Slide 30 - Quizvraag

10. Schrijf een e-mail.

Slide 31 - Tekstslide

Les 13: Verschillende werkwoordsvormen

Slide 32 - Tekstslide

Of bespreken toets?

Slide 33 - Tekstslide