Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
11-1: aanwijzend en vragend voornaamwoord
Welkom!
Neem het huiswerk voor je: blz. 226.
1 / 18
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
In deze les zitten
18 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
15 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Welkom!
Neem het huiswerk voor je: blz. 226.
Slide 1 - Tekstslide
Welkom!
Neem blz. 210 alvast voor je en bestudeer de groene theorie.
In Teams komen de antwoorden van het vorige huiswerk.
Slide 2 - Tekstslide
Doelen, vandaag twee onderdelen
Aan het eind van de les kun je aanwijzende en vragende voornaamwoorden herkennen.
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Wat is het aanwijzend voornaamwoord in deze zin:
Olivia ging gister met die hond naar het strand.
Slide 5 - Open vraag
Zij won de wedstrijd. Dat was een hele prestatie.
A
Zij
B
dat
C
prestatie
D
wedstrijd
Slide 6 - Quizvraag
Wat is het aanwijzend voornaamwoord in deze zin:
Hoe ver is het nog lopen naar die boerderij?
Slide 7 - Open vraag
Wat is het vragend voornaamwoord?
Wat vind je van deze trui?
A
je
B
deze
C
het
Slide 8 - Quizvraag
Wat is het aanwijzend voornaamwoord in deze zin:
Deze jongen is het snelste.
Slide 9 - Open vraag
Wat is het aanwijzend voornaamwoord in deze zin:
Deze school is echt het leukste.
Slide 10 - Open vraag
Wat is het aanwijzend voornaamwoord in deze zin:
Er zijn 5 koekjes. Die daar zijn het lekkerste.
Slide 11 - Open vraag
Straks maken/huiswerk|:
Blz. 210: opdracht 1 t/m 5.
Slide 12 - Tekstslide
Blz. 214: vragend voornaamwoord
Slide 13 - Tekstslide
Wat is het vragend voornaamwoord ?
Welke jongen is het snelste van de drie die daar rennen?
A
het
B
die
C
de
D
welke
Slide 14 - Quizvraag
Wat is het vragend voornaamwoord?
Wat is de leukste school van Nederland?
A
van
B
de
C
wat
D
de
Slide 15 - Quizvraag
Wat is het vragend voornaamwoord?
Sanne vroeg wie er morgen op haar feest komt.
A
Sanne
B
op
C
wie
D
haar
Slide 16 - Quizvraag
Wat is het vragend voornaamwoord?
Mike vroeg aan de verkoper welk koekje het lekkerst is.
A
aan
B
het
C
welk
D
Mike
Slide 17 - Quizvraag
Maken/huiswerk|:
Blz. 210: opdracht 1 t/m 5.
Blz. 214: opdracht 1 t/m 5.
Klaar: lezen of online oefenen voor de toets.
Slide 18 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
10-1: aanwijzend en vragend voornaamwoord
November 2024
- Les met
15 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
48-1: aanwijzend en vragend voornaamwoord
November 2023
- Les met
13 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
T2B Vragend voornaamwoord
November 2024
- Les met
23 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
Vragend voornaamwoord
January 2025
- Les met
17 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 2
Proefwerkweek 1: 2C
October 2024
- Les met
51 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Nieuw-Nederlands - Cursus 5 - Paragraaf 7 + 9
August 2023
- Les met
18 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
2tha1, cursus 5 grammatica, WS aanwijzend en vragend vnw., telwoord
November 2023
- Les met
22 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
2TH TH-boek §9 Vragend voornaamwoord
November 2023
- Les met
10 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t, havo
Leerjaar 2