Bijvoeglijke naamwoorden en bijwoorden (klas 3C)

Een streepje muziek

1 / 19

Slide 1: Tekstslide

NederlandsSecundair onderwijs

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Een streepje muziek

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Woordsoort?

warme landen
koude handen
oude strandhuis
grijze wolken
gammele strandhuis
mistroostige plekken.

Slide 3 - Tekstslide

Bijvoeglijk naamwoord

= een woord dat een eigenschap of een kenmerk van een zelfstandig naamwoord geeft.

Slide 4 - Tekstslide

Werkboek NTC 3

Blz. 290

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Kun je die tekst zo in de krant plaatsen? Waarom (niet)?

Slide 7 - Open vraag

Waar zou je zeker iets toevoegen?

Slide 8 - Open vraag

Bij welke woordsoort heb je elke keer iets toegevoegd?

Slide 9 - Open vraag

Slide 10 - Tekstslide

Welke (onderstreepte) woorden staan niet voor een zelfstandig naamwoord?

Slide 11 - Open vraag

De toffe leraar

Die nieuwkomer is geweldig.

Ik ben de vlugste speler van de ploeg, hij is de langste.

Bijvoeglijk gebruikt

Zelfstandig gebruikt

naamwoordelijk deel van het gezegde

Slide 12 - Sleepvraag

Slide 13 - Tekstslide

Blz. 291

Opdracht 2

Slide 14 - Tekstslide

Eigenschappen

Slide 15 - Tekstslide

Werkboek blz. 291

Opdracht 3

Slide 16 - Tekstslide

de mooiste

Dat voorspelt weinig goeds.

oud ijzer

hun grote mond

Iets leuks

Leuke jongens

Vlaams minister van Werk

het Europees Parlement

de rode fiets

Verbuigwoorden met -e

Verbuiging met -s

Geen verbuiging

Slide 17 - Sleepvraag

Slide 18 - Tekstslide

zwarte

sterke

groene

witte

volle

ijzige

gouden

doos

vingers

werkwoorden

borst

raven

handdruk

stilte

Slide 19 - Sleepvraag