Hoofdstuk 4 _12 mei

• NT2
• HBO
• Studiejaar 1

Welkom in de les

maandag en woensdag 

12-5-2025

Hoe gaat het?

Hoe was je vakantie?

Hoe gaat het?

Het gaat heel goed/fantastisch/geweldig/super. 😁

Het gaat goed.😊

Het gaat niet goed.🙂

Het gaat slecht/vreselijk. 😭

Hoe was jouw weekend?

Mijn weekend  was heel goed/fantastisch/geweldig/super. 😁

Mijn weekend was leuk.😊

Mijn weekend was  niet leuk.🙂

Mijn weekend was slecht/vreselijk. 😭

websites toets oefenen (voor mijzelf)

https://www.adappel.nl/oefenexamens

https://nt2taalmenu.nl/nt2-a1-oefeningen-2/#a1-luisteren

https://www.youtube.com/watch?v=aJxF7HPizlw

zie word doc toets

huiswerk

 Oefeningen van uitgedeelde documenten

– : oefening 27 (blz. 116 van het boek!)

– oefening 58 (blz. 247)

–: oefening 4, 5, 6 (blz. 115)

– : oefening 6 (blz. 116)

luister dialoog 1 en 2 blz 116 zonder boek, daarna maken opdracht 26 zonder boek

oefenen met dialoog in 2-tallen

oefening 22

Ik heb hier (lekkere druiven)

Ze zijn ( geel en hard)

Het kost ...  per  ... kilo/stuk/..gram

Bijvoeglijk naamwoorden: bijvoorbeeld zuur, zacht, hard, rood, wit, etc

wordwall.net

(pak een praatplaat)  = op het einde (zie sheet 28)

leren.kleurrijker.nl

blz 7 uitgedeelde doc mee oefenen in 2 tallen, eerst met tekst, daarna zonder

oef 24:

De ... zijn in de aanbieding.

De .... (bv appels) kosten 3 euro per kilo.

leren.kleurrijker.nl

taalhulp 117 luisteren zonder boek

daarna nog 1 x met boek

oef 28 :

1 luister en lees mee zonder boek

2.luister , lees mee en zeg na

3. luister en zeg na met boek

oef 29

 de weg vragen buiten van catharina/blz 10 en 11

daarna: oef 30, oef 31 (optioneel)

taalhulp blz 122 en 123 luisteren

eerst zonder boek

daarna met boek

daarna zonder boek nalezen

daarna oef 32: daarna volgende x dialoog oefenen in de winkel

ER/HIER/DAAR

Hier=dichtbij:  Ik ben hier.

Daar= verder weg: Hij woont daar. 

Er= algemeen: Ik werk er. Er zijn appels. Er ligt een bril op tafel.  

samen oefenen: 

hier/daar/er????

Ik woon niet ver weg. Ik woon ....

Mijn tas ligt niet bij mij, maar ....

Werk jij ... nog steeds?

Kom ... zitten!

Ik werk niet meer ... Nu werk ik in Amsterdam

Het is gezellig ....

Zijn jullie al lang ....

De sleutels liggen niet ... Ze liggen op tafel.

oef 34

deel 1 thuis als huiswerk

deel 2: samen spreken

oef 34

deel 2: samen spreken

a)Welke soort winkel is de Aldi?

b) De Aldi is een supermarkt

a)Wat kan je daar kopen?

b) Je kunt er brood, ijs, melk kopen. 

oef 35 en 37 is huiswerk

wie ben ik?

schrijf namen van de cursisten op een papier

1 persoon omschrijft de persoon op het papier

bv hij/zij heeft zwart haar,

 hij/zij draagt een witte trui,

 hij/zij draagt een blauwe spijkerbroek,

hij/zij heeft blond haar

hij/zij heeft een bril

Wat eet ik? Vraag aan elkaar wat je eet?

ochtend = ontbijt: Wat eet je als ontbijt? Ik eet  ... als ontbijt.

middag = lunch: Wat eet je als lunch? Ik eet ... als lunch. 

avond = avondeten: Wat eet je als avondeten? Ik eet ... als avondeten.

snacks: Wat voor snacks eet jij?

drinken: Wat drink jij? 

Wat vind jij lekker? Wat vind jij niet lekker?

samen spreken: eerst 1 cursist voor de klas/met de bal

Ik eet graag ....

Ik houd van ...

Ik vind .... lekker.

Ik vind .... niet lekker. 

Ik houd niet van ....

https://www.tekenteam.nl/lesmateriaal/basisonderwijs

wordwall.net

https://www.tekenteam.nl/lesmateriaal/basisonderwijs/groep-7-8