Erfelijkheid Geslachtelijke en Ongeslachtelijke Voortplanting BS 6 2022-2023

leerdoel
Je kunt de verschillen tussen geslachtelijke en ongeslachtelijke voortplanting noemen.

Je kunt beschrijven wat kunstmatige selectie en veredeling is.
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

leerdoel
Je kunt de verschillen tussen geslachtelijke en ongeslachtelijke voortplanting noemen.

Je kunt beschrijven wat kunstmatige selectie en veredeling is.

Slide 1 - Tekstslide

Geslachtelijke en ongeslachtelijke voortplanting
Geslachtelijke voortplanting = versmelting van een eicel en een zaadcel. Bij een plant is dat een eicel en een stuifmeelkorrel. De geslachtscellen zijn ontstaan bij de meiose. 
- ontstaan van organisme met telkens andere genotypen. 

Ongeslachtelijke voortplanting = een deel van de plant groeit uit tot een nieuwe plant. De nieuwe cellen ontstaan door mitose. 
- nakomelingen met hetzelfde genotype

Slide 2 - Tekstslide

Mitose 

Meiose

Slide 3 - Tekstslide

Geslachtelijke voortplanting bij planten
Als je iets leest van:
bloem
zaad
vrucht
stuifmeelkorrel en een eicel ..... 
dan is het geslachtelijke voortplanting

Slide 4 - Tekstslide

Ongeslachtelijke voortplanting bij planten
Als uit een deel van een plant een nieuwe plant groeit, is dit ongeslachtelijke voortplanting.

Er is GEEN eicel, GEEN stuifmeelkorrel voor nodig.

De nieuwe plant is genetisch 100% gelijk aan de moederplant

Slide 5 - Tekstslide

Ongeslachtelijke voortplanting bij planten
Voorbeelden:
  • deling           (vb eencellige alg)
  • wortelstok  
  • uitloper
  • stekken
  • weefselkweek
  • bollen en knollen

Slide 6 - Tekstslide

Deling
Eencellige wieren (bv. boomalgen)

Slide 7 - Tekstslide

Wortelstok
Wortels groeien naar de zijkant. 
Een stukje verderop groeit er uit de wortel een nieuwe plant

Slide 8 - Tekstslide

Uitlopers
Er komen speciale stengels uit  de plant.
Waar deze stengels de grond raken groeit een nieuwe plant.

Slide 9 - Tekstslide

Knollen

Slide 10 - Tekstslide

Knollen

Slide 11 - Tekstslide

BOLLEN

Slide 12 - Tekstslide

Er zijn verschillende manieren waarop planten zich ongeslachtelijk kunnen voortplanten:
- Een bol is een ondergronds stukje stengel met korte, dikke bladeren: de rokken. Tussen de rokken kunnen zijknoppen onstaan: de klisters. De klisters groeien uit tot nieuwe bollen, waaruit nieuwe planten kunnen ontstaan. 
- Een aardappelplant slaat reservevoedsel op in knollen, die aan ondergrondse uitlopers van de stengel groeien. 

Slide 13 - Tekstslide

Weefselkweek
Weefselkweek

Slide 14 - Tekstslide

Bij stekken groeit er uit een stuk van een plant weer een nieuwe plant.
Stekken

Slide 15 - Tekstslide

Hebben de dochtercellen bij de reductiedeling hetzelfde genotype of hebben ze verschillende genotypen?
A
Hetzelfde genotype
B
Verschillende genotypen

Slide 16 - Quizvraag

Hebben de dochtercellen bij gewone celdeling hetzelfde genotype of hebben ze verschillende genotypen?
A
Hetzelfde genotype
B
Verschillende genotypen

Slide 17 - Quizvraag

Hebben zaadcellen bij de man allemaal hetzelfde genotype of hebben ze verschillende genotypen?
A
Hetzelfde genotype
B
Verschillende genotypen

Slide 18 - Quizvraag

Hebben alle spiercellen van een man hetzelfde genotype of hebben ze een ander genotype?
A
Hetzelfde genotype
B
Verschillende genotypen

Slide 19 - Quizvraag

Vind ongeslachtelijke voortplanting plaats door de gewone celdeling (mitose) of door reductiedeling (meiose)?
A
Gewone celdeling
B
Reductiedeling

Slide 20 - Quizvraag

Je ziet een lelietje-van-dalen in de afbeelding hiernaast.
Kan het lelietje-van dalen zich ongeslachtelijk voortplanten?
Kan het lelietje-van dalen zich geslachtelijk voortplanten?
hint
Zie je een bloem/zaad/vrucht?  Dan is het geslachtelijk
Zie je wortelstokken/uitlopers/stekken/knol/bol?  Dan is het ongeslachtelijk
A
ja, ongeslachtelijk en ja, geslachtelijk
B
ja, ongeslachtelijk en nee, niet geslachtelijk
C
nee, niet ongeslachtelijk en ja, geslachtelijk
D
nee, niet ongeslachtelijk en nee, niet geslachtelijk

Slide 21 - Quizvraag

1. Alle dieren kunnen zich geslachtelijk voortplanten
2. Alle dieren kunnen zich ongeslachtelijk voortplanten
3. Alle planten kunnen zich geslachtelijk voortplanten
4. Alle planten kunnen zich ongeslachtelijk voortplanten
hint
Kijk goed of de bewering ALTIJD klopt!
hint 2
Kunnen alle planten zich geslachtelijk voortplanten?? Eencellige planten niet!
Denk zo ook na over de andere opmerkingen
A
alle beweringen zijn waar
B
1 en 2 zijn waar 3 en 4 zijn niet waar
C
1 en 3 zijn waar 2 en 4 zijn niet waar
D
alle beweringen zijn niet waar

Slide 22 - Quizvraag


Oeverkruid plant zich voort door uitlopers en door zaden.
Geef bij elk van deze manieren van voortplanting aan of die geslachtelijk of ongeslachtelijk is.
A
uitlopers = geslachtelijk zaden = geslachtelijk
B
uitlopers = ongeslachtelijk zaden = geslachtelijk
C
uitlopers = geslachtelijk zaden = ongeslachtelijk
D
uitlopers = ongeslachtelijk zaden = ongeslachtelijk

Slide 23 - Quizvraag

Bij ongeslachtelijke voortplanting heb je twee planten nodig
A
Waar
B
Niet waar

Slide 24 - Quizvraag

Wat is geen voorbeeld
van ongeslachtelijke voortplanting bij planten?
A
Deling en stekken
B
Bollen en knollen
C
Uitlopers en wortelsstokken
D
Stuifmeelkorrels en eicellen

Slide 25 - Quizvraag

Geef drie voorbeelden van ongeslachtelijke voortplanting

Slide 26 - Open vraag

Op welke manier kan een aardappelplant zich voortplanten?

Slide 27 - Open vraag

Een mevrouw maakt 4 stekjes van haar begonia plant. Zo krijgt ze 4 nieuwe planten. Hebben deze planten hetzelfde genotype?

Slide 28 - Open vraag

Een mevrouw maakt 4 stekjes van haar begonia plant. Zo krijgt ze 4 nieuwe planten. Hebben deze planten dan ook hetzelfde fenotype?

Slide 29 - Open vraag

Organismen die zowel geslachtelijk als ongeslachtelijk kunnen voortplanten, kiezen voor ongeslachtelijke voortplanting als omstandigheden gunstig zijn en ze daardoor snel veel nakomelingen kunnen krijgen

Ze kiezen voor geslachtelijke voortplanting als de omstandigheden ongunstig zijn, door de variatie is de kans groter dat een nakomeling overleeft

Slide 30 - Tekstslide

Veredeling
Planten met elkaar kruisen 
(= geslachtelijke voortplanting)

De beste plant selecteren en 
daarmee verder kruisen tot nog betere planten

De allerbeste plant vermeerderen door ongeslachtelijke voortplanting


Slide 31 - Tekstslide

In de landbouw en veeteelt willen de telers en fokkers zo veel mogelijk gunstige eigenschappen in één nakomeling krijgen

Daarom passen ze kunstmatige selectie toe
de individuen met de meest gunstige eigenschappen worden met elkaar gekruist

Dit wordt veredeling genoemd

Slide 32 - Tekstslide

  • Ongeslachtelijke voortplanting vind plaats door gewone celdeling (mitose).
  • Al het erfelijke materiaal wordt eerst gekopieerd en dan over twee dochtercellen verdeeld.
  • De dochtercellen zijn dus identiek aan de moedercel.
  • De nakomelingen hebben dus allemaal hetzelfde genotype (kloon)
  • De nakomelingen kunnen wel een ander fenotype hebben door verschillende milieuomstandigheden

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Video

Slide 35 - Video