ARBO, BHV en EHBO: Alles wat je moet weten!

ARBO, BHV en EHBO: Alles wat je moet weten!
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
Facilitair LeidinggevendeMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

ARBO, BHV en EHBO: Alles wat je moet weten!

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je uitleggen wat ARBO, BHV en EHBO zijn en waarom ze belangrijk zijn voor de veiligheid op de werkplek.

Slide 2 - Tekstslide

Introduceer de leerdoelen van de les aan de klas. Zorg ervoor dat je de leerdoelen duidelijk uitlegt en de nadruk legt op waarom deze onderwerpen belangrijk zijn voor de veiligheid op de werkplek.
Wat weet jij al over ARBO, BHV en EHBO?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat is ARBO?
ARBO staat voor arbeidsomstandigheden. Dit gaat over de veiligheid, gezondheid en het welzijn van werknemers op de werkplek.

Slide 4 - Tekstslide

Leg uit wat ARBO is en waarom het belangrijk is. Bespreek ook welke wetten en regels er zijn die betrekking hebben op ARBO.
Wat is BHV?
BHV staat voor bedrijfshulpverlening. Dit zijn werknemers die zijn opgeleid om eerste hulp te verlenen bij een noodsituatie op de werkplek.

Slide 5 - Tekstslide

Leg uit wat BHV is en waarom het belangrijk is. Bespreek ook welke taken en verantwoordelijkheden BHV'ers hebben en waarom het belangrijk is om deze taken en verantwoordelijkheden te begrijpen.
Wat is EHBO?
EHBO staat voor eerste hulp bij ongevallen. Dit zijn de basisprincipes van eerste hulp die iedereen zou moeten kennen.

Slide 6 - Tekstslide

Leg uit wat EHBO is en waarom het belangrijk is. Bespreek ook welke basisprincipes van EHBO iedereen zou moeten kennen en waarom het belangrijk is om deze te begrijpen.
Wetten en regels
Er zijn verschillende wetten en regels die betrekking hebben op ARBO, BHV en EHBO. Bijvoorbeeld de Arbowet en de Wet op de bedrijfsorganisatie.

Slide 7 - Tekstslide

Beschrijf de verschillende wetten en regels die betrekking hebben op ARBO, BHV en EHBO. Leg uit waarom het belangrijk is om deze wetten en regels te begrijpen.
Risico's en gevaren
Op de werkplek zijn er verschillende risico's en gevaren waar werknemers aan blootgesteld kunnen worden. Het is belangrijk om deze risico's en gevaren te kennen en te weten hoe je hiermee om moet gaan.

Slide 8 - Tekstslide

Beschrijf de verschillende risico's en gevaren die werknemers kunnen tegenkomen op de werkplek. Bespreek ook hoe je deze risico's en gevaren kunt herkennen en hoe je hiermee om moet gaan.
Veiligheidssignalering
Veiligheidssignalering is een manier om werknemers te waarschuwen voor risico's en gevaren op de werkplek. Het is belangrijk om deze signalering te begrijpen en te weten wat de verschillende kleuren en symbolen betekenen.

Slide 9 - Tekstslide

Beschrijf wat veiligheidssignalering is en waarom het belangrijk is. Bespreek ook welke kleuren en symbolen er zijn en wat deze betekenen.
EHBO-kit
Een EHBO-kit is een set hulpmiddelen die worden gebruikt om eerste hulp te verlenen bij een noodsituatie. Het is belangrijk om te weten wat er in een EHBO-kit zit en hoe je deze moet gebruiken.

Slide 10 - Tekstslide

Laat een EHBO-kit zien en bespreek wat erin zit. Laat zien hoe je de verschillende hulpmiddelen gebruikt en bespreek in welke situaties deze nodig kunnen zijn.
Reanimeren
Reanimeren is een levensreddende handeling die je kunt uitvoeren bij een persoon die een hartstilstand heeft. Het is belangrijk om te weten hoe je moet reanimeren en hoe je een AED moet gebruiken.

Slide 11 - Tekstslide

Leg uit wat reanimeren is en waarom het belangrijk is. Laat zien hoe je een AED gebruikt en bespreek in welke situaties het nodig kan zijn om te reanimeren.
Brandveiligheid
Brandveiligheid is een belangrijk onderdeel van BHV. Het is belangrijk om te weten hoe je een brand kunt voorkomen en hoe je moet handelen bij een brand.

Slide 12 - Tekstslide

Beschrijf hoe je een brand kunt voorkomen en wat je moet doen als er toch een brand uitbreekt. Bespreek ook welke blusmiddelen er zijn en wanneer je deze kunt gebruiken.
Ontruimingsplan
Een ontruimingsplan is een plan dat beschrijft hoe je moet handelen bij een noodsituatie, zoals een brand. Het is belangrijk om te weten wat er in een ontruimingsplan staat en wat je moet doen als er een noodsituatie is.

Slide 13 - Tekstslide

Leg uit wat een ontruimingsplan is en waarom het belangrijk is. Bespreek ook wat er in een ontruimingsplan staat en hoe je moet handelen bij een noodsituatie.
EHBO-oefeningen
Het is belangrijk om EHBO-oefeningen te doen om te zorgen dat je weet wat je moet doen bij een noodsituatie. Tijdens deze oefeningen kun je verschillende scenario's oefenen en leren hoe je moet handelen.

Slide 14 - Tekstslide

Organiseer EHBO-oefeningen in de klas. Gebruik verschillende scenario's om te oefenen en zorg ervoor dat de leerlingen weten wat ze moeten doen bij een noodsituatie.
Toets
Om te kijken of je de lesstof goed hebt begrepen, maak je nu de toets. Deze toets bestaat uit meerkeuzevragen en open vragen.

Slide 15 - Tekstslide

Geef de leerlingen de toets en laat ze deze individueel maken. Zorg ervoor dat de toets niet te makkelijk of te moeilijk is en dat de leerlingen voldoende tijd hebben om deze te maken.
Bespreken toets
Nu bespreken we de toets. We kijken naar de vragen en antwoorden en bespreken waarom een antwoord wel of niet goed is.

Slide 16 - Tekstslide

Bespreken de toets met de klas. Ga in op de vragen en antwoorden en leg uit waarom een antwoord wel of niet goed is. Zorg ervoor dat de leerlingen begrijpen wat ze fout hebben gedaan en hoe ze dit kunnen verbeteren.
Evaluatie
We zijn aan het einde van de les gekomen. Vul nu de evaluatie in om te laten weten wat je van deze les vond.

Slide 17 - Tekstslide

Laat de leerlingen de evaluatie invullen. Vraag naar feedback over de les en hoe deze kan worden verbeterd. Neem de feedback serieus en gebruik deze om de les te verbeteren voor de volgende keer.
Bronnen
Hieronder vind je een lijst met bronnen die zijn gebruikt voor deze les:

Slide 18 - Tekstslide

Geef een lijst met bronnen die zijn gebruikt voor deze les. Zorg ervoor dat de bronnen betrouwbaar zijn en dat de leerlingen deze kunnen gebruiken als ze meer willen weten over het onderwerp.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 19 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 20 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 21 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.