Vena punctie

• Verpleegkunde
• MBO
• Studiejaar 2

Vena punctie

26 november

Lesdoelen

• Theoretische kennis opfrissen over het uitvoeren van een venapunctie. 
• Praktische vaardigheid oefenen. 

Wanneer wordt de vena punctie uitgevoerd?

Indicaties

• Afnemen bloed voor diagnostiek.
• Afname donorbloed/plasma Sanquin.

Waar mag je allemaal prikken?

Contra-indicaties

• Niet in de arm waar een infuus zit. 
• Niet in de arm waar een borstamputatie en/of okselkliertoilet is uitgevoerd.
• Niet in een parese arm. 
• Niet in een arm vol wonden. 
• Niet in een oedemateuse arm. 
• Niet in een shunt-arm (dialyse). 

Benodigdheden

• Stuwband
• Desinfectans: chloorhexidine alcohol 70%
• Onsteriele gaasjes
  
• Celstofmatje
• Naaldhouder voor vacuümsysteem
• Bloedbuisjes + patienten-etiketten
• Windsel of pleister
• Naaldencontainer
• Afvalzak

Wat te doen wanneer je geen bloed krijgt?

Complicaties

• De naald zit niet ver genoeg in het vat. 
• De naald zit tegen een klep aan. 
• De naald zit naast het vat (rollende aders). 
• De naald zit door het vat. 
• Onwel worden zorgvrager (vasovagaal). 

Bepalen van de punctieplaats

Voorkeur: elleboog, onderarm of handpalm.

• 
  
• Breng de stuwband aan, handbreedte boven de mogelijk insteekplaats. Niet langer dan 2 minuten.
• Controleer bij de zorgvrager of de stuwband niet TE strak zit.
• Vraag na of de zorgvrager bang is voor naalden. 
• Loop de arm na voor opkomende aders. 
• Voel of de ader niet rolt. 

Zelf oefenen op elkaar met de stuwband. 

1. Zoek een mooie ader op.
2. Controleert op deze niet rolt. 
3. Laat je gevonden vat controleren door een docent.

Handeling

1. Trek handschoenen aan.
2. Doe de stuwband om. 
3. Desinfecteer de insteekopening, moet ongeveer 30 seconde drogen.
4. Leg ondertussen al je benodigdheden voor je klaar. 
5. Trek de eventueel overtollige huid strak. Raak de insteekplaats niet meer aan. 
6. Pak je naald vast, je moet in het oogje van de naald kunnen kijken. 
7. Concentreer je op het vat. 
8. Prik voorzichtig het vat aan. NIET DARTEN!
9. Sluit bloedbuisje aan. Indien volgelopen verwijder je hem weer en zwenken. 
10. Maak de stuwband los. 
11. Verwijder naald en bedek arm met een gaasje. 
12. Stop de naald in de naaldencontainer.

Prikaccident

Wanneer jij je prikt aan een gebruikte naald heet dat een prikaccident. 

Huiswerk volgende les: Ga opzoek naar het protocol over prikaccident. En naam dit volgende les mee. 

Aan de slag in twee groepen

LET OP VEILIGHEID, GA NIET LOPEN KLIEREN. 

Groep 1:

Oefen op tafel het vat aan. 

Groep 2:

Oefen op de arm. 

Volgende week:

1. Oefenen Infuus prikken.
2. Neem het protocol mee over prikaccident.