Les 6 & 7: Regels in de klas en in het land

Les 6 & 7: Regels in de klas & in het land
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
LevensbeschouwingMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Les 6 & 7: Regels in de klas & in het land

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen:
Leerlingen weten op welke manieren je kunt beslissen over regels.
Leerlingen kunnen samen tot een beslissing komen.
Leerlingen oefenen met de democratische cultuur.
Leerlingen kunnen verwoorden wat een norm is.
Leerlingen weten wat de Grondwet is.
Leerlingen kunnen drie artikelen van de Grondwet benoemen.
Leerlingen weten wat rechten en plichten zijn.





Slide 2 - Tekstslide

Lezen blz. 22
Maken opdracht 23. 

Slide 3 - Tekstslide

Wat is een norm?

Slide 4 - Open vraag

Lezen blz. 24. 
Wat zijn grondwetten en grondrechten? 

Slide 5 - Tekstslide

Waar of niet waar? 
stemmen maar!

Slide 6 - Tekstslide

In de grondwet staat dat je gekozen kan worden voor de Tweede Kamer als je 18 jaar bent of ouder.
A
Waar
B
niet waar

Slide 7 - Quizvraag

In de grondwet staat dat kinderen recht hebben op schoon drinkwater
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quizvraag

In de grondwet staat dat scholen zelf mogen weten over welk geloof zij willen vertellen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quizvraag

In de grondwet staat dat er recht is op briefgeheim (Dat betekend dat alleen degene voor wie de brief is, de brief mag openen).
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quizvraag

In de grondwet staat dat iedere burger recht heeft op een fiets
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quizvraag

In de grondwet staat dat iedereen zijn eigen vereniging - sportclub, politieke partij vakbond - mag oprichten
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quizvraag

In de grondwet staat dat ieder kind vanaf 12 jaar recht heeft op zakgeld
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quizvraag

In de grondwet staat dat je mag protesteren als je het ergens niet mee eens bent
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quizvraag

In de grondwet staat dat je zoveel huisdieren mag houden als je maar wilt
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quizvraag

In de grondwet staat dat de overheid niet mag discrimineren
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quizvraag

Maken 
opdrachten 24 t/m 26. 

Slide 17 - Tekstslide