AE-5 les 4

1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieVocational Education

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Wat ga je leren?

  • Over wisselkoersen
  • Biedkoers
  • Laatkoers
  • Hoe is wisselkoer ontstaan

Slide 2 - Tekstslide

Hoofdstuk 4
  • Betalingsbalans
  • Dekkingspercentage
  • Formeel evenwicht
  • Materieel evenwicht
  • Overschot op de BB
  • Tekort op de BB

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Slide 5 - Video

Wisselkoersen
De wisselkoers is de prijs waartegen je de ene geldsoort kunt ruilen tegen de andere geldsoort.

Slide 6 - Tekstslide

Wisselkoers
Biedkoers (de laagste): de koers waarvoor banken de geldsoort inkopen.
Laatkoers (de hoogste): de koers waarvoor banken de geldsoort verkopen

Het verschil tussen de twee koersen is winst voor de banken. 


Slide 7 - Tekstslide

Voorbeeld

Koers van de dollar is Afl. 1,78-Afl.1,80  
  • VERKOOP je dollars AAN de bank dan krijg je Afl. 1,78 voor elke dollar.
  • KOOP je dollars VAN de bank dan betaal je voor Afl. 1,80 voor elke dollar.




Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Link

Wisselkoers is de prijs van vreemd geld
A
Juist
B
Onjuist

Slide 10 - Quizvraag

Waarde van een geldsoort
De Interne waarde: de waarde van de geldsoort uitgedrukt in koopkracht in een land.

De externe waarde: de waarde van die geldsoort uitgedrukt in andere geldsoorten, ofwel de wisselkoers.  

Slide 11 - Tekstslide

Juist of onjuist?
De externe waarde van een munt wordt ook wel aangeduid met de wisselkoers.
A
juist
B
onjuist

Slide 12 - Quizvraag

Hoogte wisselkoers
komt tot stand via VRAAG en AANBOD 

Wanneer is er vraag of aanbod van een valuta?
 Verband tussen:  
-hoogte van de wisselkoers van de euro
       - de import en de export van europese landen

Slide 13 - Tekstslide

Voorbeeld
Europees bedrijf exporteert dan willen ze euro’s ontvangen dit kan op 2 manieren:
  1. Ze worden betaald in BUITENLANDSE valuta’s (bijv $) en ze wisselen deze om in €
  2. Ze worden betaald in € (het buitenland heeft hun valuta’s dan al omgewisseld in €)

In BEIDE gevallen wordt buitenlandse valuta (bijvoorbeeld $) omgewisseld in EURO’s

Slide 14 - Tekstslide

Wisselkoersen
EXPORT vanuit Europa
VRAAG naar euro’s & AANBOD van buitenlands geld.

IMPORT naar Europa
VRAAG naar buitenlands geld & AANBOD van euro’s

Voorbeeld: Is de VRAAG naar euro’s (bijv voor export) GROTER dan het AANBOD van euro’s (om de import te betalen) dan zal de KOERS van de euro STIJGEN!

Slide 15 - Tekstslide

Voorbeeld


Is de VRAAG naar euro’s (bijv voor export) GROTER dan het AANBOD van euro’s (om de import te betalen) dan zal de KOERS van de euro STIJGEN!

Slide 16 - Tekstslide

Koers stijging of daling:
VRAAG > AANBOD → koers stijgt 

VRAAG < AANBOD → koers daalt


Slide 17 - Tekstslide

Een verandering van de wisselkoers heeft gevolgen voor de import en export
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quizvraag

Als de wisselkoers van de euro stijgt:
A
verbetert onze concurrentiepositie
B
verslechtert onze concurrentiepositie

Slide 19 - Quizvraag

Als de wisselkoers van de € stijgt,
dan ...
A
wordt de € duurder
B
wordt de € goedkoper

Slide 20 - Quizvraag

Opdracht
Hoofdstuk 5
paragraaf 5.1 en 5.2

Slide 21 - Tekstslide