Qatar Nieuwsbegrip B

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Hoeveel voetbalteams doen mee met het WK in Qatar?

Slide 2 - Open vraag

Waar en wanneer werd het eerste officiële wereldkampioenschap voetbal gehouden?

Slide 3 - Open vraag

Waarom wordt het WK nu voor het eerst in de winter georganiseerd?

Slide 4 - Open vraag

Waarom wordt het WK nu voor het eerst in de winter georganiseerd?

Slide 5 - Open vraag

Hoe komt het dat Qatar een erg rijk land is?

Slide 6 - Open vraag

Doelen
Lesdoel: Je kunt de tekst actief lezen aan de hand van sleutelvragen en een mindmap maken over het onderwerp.

Leesdoel: Na het lezen heb je een beeld van het WK in
Qatar en weet je waarom het omstreden is.

Slide 7 - Tekstslide

Lees de tekst verkennend
- Titel
- Lead
- Tussenkopjes
- Illustraties
- Anders gedrukte woorden 
- Rijtjes en schema`s 
- Bron

Slide 8 - Tekstslide

WK in Qatar

Slide 9 - Woordweb

Waarom was er de afgelopen jaren veel kritiek op Qatar?

Slide 10 - Open vraag

Wie is de leider van Qatar?

Slide 11 - Open vraag

In regel 14 staat: Sindsdien vond het bijna elke vier jaar plaats.
Waarom vond het niet altijd elke vier jaar plaats, denk je?

Slide 12 - Open vraag

Waarom kreeg het WK in Qatar veel kritiek van vooral
organisaties voor mensenrechten?

Slide 13 - Open vraag

Welke tegenstelling geeft het woord Maar in regel 8 aan?

Slide 14 - Open vraag

Kijk in het stukje met het kopje Airco. Wat is er belangrijk in de Arabische cultuur?
Let op: dit kun je afleiden. Er zijn twee antwoorden goed.
A
de groei naar volwassenheid
B
de hitte
C
gastvrijheid
D
een stadion

Slide 15 - Quizvraag

Welke zin zou het beste passen als laatste zin van het stukje 200 miljard euro?
A
Daar heeft niemand het over.
B
Daar wil Qatar verandering in brengen
C
Dat is geen reden om niet naar het WK te kijken
D
Dat is nog een reden waarom het WK omstreden is.

Slide 16 - Quizvraag

In r. 30 staat het woord uitgebuit. Wat betekent uitbuiten?
A
goed behandelen
B
langzaam terugbetalen
C
ondersteunen
D
misbruik maken van

Slide 17 - Quizvraag

Wat betekent het woord
'omstreden'

Slide 18 - Open vraag

Wat betekent
'de gemoederen bezighouden'

Slide 19 - Open vraag

Wat betekent
'de primeur'

Slide 20 - Open vraag

Wat betekent het woord
'ongeacht'

Slide 21 - Open vraag

Vul de mindmap aan

Slide 22 - Tekstslide