3vm2 PW Kapitel 12

• Duits
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

Klascode lfvxt

SE-6: PW 12

Willkommen Pam!

Als je geen wifi-problemen wilt, moet je je 4G gebruiken!

Camera en microfoon aan!

Deze toets bestaat uit 23 vragen / opdrachten.

Veel succes!

Wörterliste A + B + C

Wenn man nicht so gut skifahren kann, dann ist man

1. ein Anfänger
2. ein Fortgeschrittene

Die Sichtweite war sehr gut, denn es gab keinen

1. Gewitter
2. Sonne
3. Frost
4. Nebel

Welk woord hoort niet thuis in het rijtje?

1. der Schlitten
2. schneien
3. der Frost
4. leicht

Noem 3 woorden (in het Duits) die met wintersport te maken hebben.

Noem 3 woorden (in het Duits) die met het weer te maken hebben.

Noem het tegenovergestelde in het Duits van de woorden
1. makkelijk 2. warm 3. regen

Ich habe keine Lust, .... mir ist kalt.

1. denn
2. also
3. oder
4. und

Das Skigebiet ist super, .... es so viele Abfahrten gibt.

1. dadurch
2. danach
3. weil
4. auch

Vul het juiste woord in

Wir werden zuerst die blaue Abfahrt nehmen, ..... können wir rot probieren.

1. ob
2. danach
3. weiter
4. zum Beispiel

Ichh habe Hunger ... Durst.

1. aber
2. und
3. erst
4. wie

Wir fahren nach Frankreich ... nach Deutschland diesen Sommer.

1. oder
2. ob
3. außerdem
4. auch

Maak een voltooid deelwoord van het werkwoord dat tussen haakjes staat.

Bijvoorbeeld: Ich habe heute Glück (haben).

Ich habe heute Glück gehabt.

Er hat gestern einen neuen Skipass (kaufen)

Ihr habt jede Woche (trainieren).

Sie hat mir eine schöne Geschichte (erzählen)

Sie hat uns ihr neues Haus (zeigen)

1e of 4 e naamval?

De 1e naamval wordt gebruikt als een zinsdeel het.... is.

De 4e naamval wordt gebruikt als een zinsdeel het .... is.

Möchtest du ... große Stück (o) Kuchen haben?

1. der
2. die
3. das
4. den

Hast du .... Handschuh (m) wirklich verloren?

1. der
2. die
3. das
4. den

Ich haben ... neue Netflix-Serie (v) schon gesehen.

1. der
2. die
3. das
4. den

Er hat ... Hausaufgaben (mv) nicht gemacht.

1. der
2. die
3. das
4. den

Leesvaardigheid

Vraag

Wat wordt aan de hand van deze grafiek uitgelegd?

Beantwoord de vraag in de volgende dia. 

Aan de hand van deze grafiek
wordt over zakgeld uitgelegd ...

1. welke kinderen uit Europa het krijgen
2. hoeveel kinderen wereldwijd het krijgen
3. hoe veel kinderen het regelmatig krijgen
4. hoe veel Euro ze gemiddeld krijgen

...und jetzt die letzte Frage

Vraag

Wat wordt er met het getal 13 in de grafiek duidelijk gemaakt?

Beantwoord de vraag in de volgende dia. Je kan altijd weer even terug met de pijltjes

13 % van de kinderen krijgt geld ...

1. voor een verjaardag
2. voor kerst
3. als zakgeld
4. voor iets anders