ch 2 cours hors de prix 20 01

BONHOUR H3B
BIENVENUE!!
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

BONHOUR H3B
BIENVENUE!!

Slide 1 - Tekstslide

Programme pour aujourd' hui
- interro
- bloc F
- bloc I - passé composé

Slide 2 - Tekstslide

INTERRO
A,B,C,D,G
BONNE CHANCE!!

Slide 3 - Tekstslide

BLOC F
Des lunettes de soleil plus écolo!
pag. 27 livres de textes
lees strategieën

Slide 4 - Tekstslide

leestrategie
- soort artikel?
- wat weet je al af van het onderwerp?
- introductie?
- afbeeldingen/foto's
- lettertypes? groot/klein/kleur
- onderstreepte woorden
- alinea's

Slide 5 - Tekstslide

devoirs pour lundi, 20 décembre
apprendre: vocabulaire F

faire ex: 22 A + B







Slide 6 - Tekstslide

Passé composé

Slide 7 - Woordweb

passé composé = voltooid tegenwoordige tijd
2 delen
- hulpwerkwoord (avoir of être) + voltooid deelwoord
( j'ai travaillé) anders dan de

imparfait = onvoltooid verleden tijd
1 deel
( je travaill ais)

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Regelmatige werkwoorden: 3 groepen 
Uitgangen
  • er   (parler)           é  = parlé           j'ai parlé
  • ir    (finir)                i = fin                tu as fini
  • re   (vendre)         u =  vendu         il a vendu

Slide 10 - Tekstslide

Onregelmatige ww
Uitgangen
venir = venu   (komen)                         vouloir = voulu   (willen)          
prendre = pris   (nemen)                    être = été  (zijn)
faire = fait  (doen  maken)                  pouvoir = pu  (kunnen/mogen)
avoir = eu    (hebben                             mourir = mort (sterven)
naître = né  ( geboren zijn)                                                          

Slide 11 - Tekstslide


Voltooid verleden tijd
Ik heb gedaan
Wij zijn gearriveerd
Hij heeft gewerkt
J'ai fait
Nous sommes arrivés
Il a travaillé

Slide 12 - Tekstslide


Ik heb gedaan
Wij zijn gearriveerd

J'ai fait
Nous sommes arrivés

Passé composé = twee

Hulpwerkwoord + voltooid deelwoord
(être/avoir)

Slide 13 - Tekstslide

Stap 1
In principe gebruik je het hulpwerkwoord AVOIR

Tenzij het werkwoord staat in
'maison d'être'. Dan gebruik je ÊTRE

Slide 14 - Tekstslide


Deze werkwoorden hebben in de passé composé het hulpwerkwoord

ÊTRE

Slide 15 - Tekstslide

Stap 2
Het voltooid deelwoord
bij regelmatige w.w.

parler -> parlé (gepraat)
vendre -> vendu (verkocht)
choisir -> choisi (gekozen)

Slide 16 - Tekstslide

Stap 2
Het voltooid deelwoord
bij onregelmatige w.w. (selectie)

être -> été (geweest)
avoir -> eu (gehad)
faire -> fait (gedaan/gemaakt)
prendre-> pris (genomen)
venir -> venu (gekomen)

Slide 17 - Tekstslide

Stap 3
e -> v ev    s-> m mv    es->v mv

Je suis arrivé(e)
Tu es arrivé(e)
Il est arrivé
Elle est arrivée
Nous sommes arrivé(e)s
Vous êtes arrivé(e)(s)
Ils sont arrivés
Elles sont arrivées

Slide 18 - Tekstslide

( je) ............. (finir) ........
(elle) ...........(arriver) .........

Slide 19 - Open vraag

Lisa et Luuc, vous.......(rentrer) tard?
A
êtes rentré
B
avez rentrés
C
sommes rentrées
D
êtes rentrés

Slide 20 - Quizvraag

devoirs pour lundi 24 janvier
apprendre: bloc I
apprendre: voc F
faire: 
faire ex.  30 B, C, D

Slide 21 - Tekstslide

AU REVOIR!!

Slide 22 - Tekstslide

Passé composé 
Stappenplan:
1. Hulpwerkwoord: hebben (avoir) of zijn (être).
2. Voltooid deelwoord
3. Heb je hulpwerkwoord être gebruikt? Dan kan er een extra e, s of es achter het voltooid deelwoord komen. 

Slide 23 - Tekstslide