Wereldburger Internationalisering en globalisering

Welkom!
Na 2 weken inactiviteit:  fijn om jullie weer te zien!!
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom!
Na 2 weken inactiviteit:  fijn om jullie weer te zien!!

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we vandaag doen?
  • Herhalen rechtspraak
  • Internationalisering
  • Globalisering 
  • Internationale organisaties: VN en Navo
  • EU

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een vonnis en wat kun je doen als je het er niet mee eens bent?

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wie beslist wie er voor de rechter gaat verschijnen?

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Nederland en de wereld 
Globalisering
Mondiale Problemen
Europese Unie

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Internationale samenwerking
Globalisering maakt de internationale samenwerking makkelijker. Dit gebeurt vaak in internationale organisaties. Er zijn 2 soorten: ngo's (niet gouvernementele organisatie = niet afhankelijk van overheden) zoals Amnesty International, Wereldnatuurfonds en Greenpeace en organisaties waar landen lid van zijn zoals de VN, NAVO en EU.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

VN
  • Verenigde Naties: opgericht in 1945 om wereldoorlog te voorkomen:
  1. Bemiddeling tussen landen in conflict, soms militair
  2. Hulp bieden aan mensen in nood (natuurramp, hongersnood etc)
  3. Regeringen vragen mensenrechten te respecteren

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Veiligheidsraad
  1. Raad van 15 landen, onderdeel van de VN
  2.  Vrede en veiligheid in de wereld, taak om conflicten op te lossen
  3. Er zijn vijf permanente leden (vetorecht) (VS, FR, EN, CH, RU)
  4. Er zijn tien niet permanente leden (2 jaar)
  5. Hoofd van de VN: secretaris-generaal
  • strafmaatregelen - VN leger - vechten partijen scheiden - toezien op veiligheid -acties veroordelen

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De NAVO
  • Sinds 1949 is Nederland lid van de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie. Een militair bondgenootschap van 29 landen uit Noord-Amerika en Europa. 
  • De lidstaten helpen elkaar als ze aangevallen worden. 
Na WOII hoorden de landen uit het westblok bij de NAVO

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de belangrijkste taak van de Verenigde Naties?
A
vrede bewaren
B
landen bestraffen
C
oorlog voeren
D
hulp bieden aan oorlogsgebieden

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar staat de afkorting 'NGO' voor?
A
nationaal genootschap ornithologie
B
niet-gouvernementele organisatie
C
het moet zijn: OMG = Oh my God
D
niet-gespecificeerde organisatie

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel leden heeft de Veiligheidsraad?
A
5
B
10
C
15
D
20

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Europese Unie

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Europese wetten

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Europese integratie​:
  Het proces waarbij Europese landen steeds meer gaan samenwerken.​

Bijvoorbeeld:​

  • Er komen steeds nieuwe Europese regels.​
  • Er zijn geen grenscontroles meer tussen EU-lidstaten. ​
  • De euro is ingevoerd.​
  • Steeds meer mensen gaan in een ander EU-land wonen of werken.



Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gevolgen van oorlog:​

  • Er vallen slachtoffers.​
  • De economie stort in.​
  • In basisbehoeften kan niet worden voorzien.​
  • Mensen moeten vluchten.​






Burgeroorlog​:

Een oorlog tussen verschillende groepen binnen een land.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terrorisme​:
Het plegen van geweld met een politiek of religieus doel.​

Gevolgen van terrorisme​:

  • Burgers worden bang.​
  • Politici staan onder druk.​
  • Onschuldige burgers komen om.​
  • Bestrijding kost veel geld.​
  • De privacy van burgers komt onder druk te staan.




Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke internationale organisatie ken jij?

Slide 19 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Globalisering

Slide 20 - Tekstslide

Alles is altijd en overal te koop denk aan Alibaba e.d. 
Transportkosten zijn laag en concurrentie hoog
Globalisering 
Door allerlei ontwikkelingen kom je steeds meer in contact met de rest van de wereld. Denk aan de mogelijkheden van het internet, reizen die goedkoper worden en de herkomst van de producten die jij koopt. Dit noemen we globalisering.

Globalisering => mensen op de wereld zijn steeds meer met elkaar verbonden
Kijken: Leg uit dat Nederland door globalisering meer afhankelijk is geworden van andere landen.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Veel jongeren gaan na hun studie een (half)jaartje ‘backpacken’ in Australië en Azië. Via internet houden zij dan hun ouders en vrienden op de hoogte. Dit is een voorbeeld van:
A
emotionele globalisering
B
politieke globalisering
C
economische globalisering
D
culturele globalisering

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Er is sprake van globalisering. Er is sprake van economische, culturele en politieke globalisering.

Dit leidt tot samenwerkingen tussen de landen. Dit gebeurd in Internationale organisaties.


Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Link

Tijdens het uitleggen van deze dia's ook uitleggen wat: mondiale problemen, internationale verdragen zijn.

ook de euro, wetten en de markt

Slide 25 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Europese Unie
De organen:
  • Europese Commissie; dagelijks bestuur van de EU (wetsvoorstellen en controlerende taak).
  • Europees Parlement; Europees volksvertegenwoordiging (wetgevende taak)
  • Raad van de EU; ministers van alle lidstaten (hangt van het onderwerp af welk minister aanwezig zal zijn).

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nederland is lid van
A
de Europese Unie
B
NAVO
C
Verenigde Naties
D
a,b en c

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk
Studiereader en lezen handboek
wereldburgerschap hoofdstuk 1,2,3
PJD thema hfst 1, 2 en 3
EU module (Teams>Opdracht>..) extra theoriepunt
* denk aan : Opslaan als (anders alles kwijt)

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Prettig weekend
Nog vragen:
Blijf hangen!

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies