Hoofdstuk 4 - laatste stuk ;)

H4.3 Kan het sneller en beter?
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

H4.3 Kan het sneller en beter?

Slide 1 - Tekstslide

De bedrijfskolom van een zak chips bestaat uit vijf schakels. 

Zet de schakels op de juiste plaats in de bedrijfskolom. Begin bovenaan met het bedrijf uit de agrarische sector.
supermarkt
opkoper aardappelen
aardappelteler
groothandel
chips
fabriek

Slide 2 - Sleepvraag

Programma
  • Herhaling
  • Lesdoelen
  • Theorie
  • Huiswerk

Slide 3 - Tekstslide

De verkoopprijs van een tablet is €300. De prijs is als volgt opgebouwd: grondstoffen €110, arbeidskosten €48, overige productiekosten €30, winst €102.

Wat zijn de productiekosten van deze tablet?
A
€78
B
€110
C
€158
D
€188

Slide 4 - Quizvraag

Welke van de onderstaande 4 is GEEN productiesector?
A
Agrarische bedrijven
B
Dienstverlenende bedrijven
C
Industriële bedrijven
D
Overheidsbedrijven

Slide 5 - Quizvraag

Wat is de formule om winst te berekenen?

Slide 6 - Open vraag

Lesdoelen
Aan het eind van de les:
- Kun je uitleggen wat technologische ontwikkelingen zijn
- Kun je uitleggen wat mechanisatie en automatisering is
- Weet je wat arbeidsproductiviteit is en hoe deze kan toenemen.
- Kun je de afschrijving van een kapitaalgoed berekenen.

Slide 7 - Tekstslide

Waar koop jij je bioscoopkaartje?
A
Aan de kassa
B
Online
C
via de Pathe app

Slide 8 - Quizvraag

Technologische ontwikkeling
Dat jij je bioscoopkaartje online kan kopen is mogelijk door technologische ontwikkelingen.

Nieuwe kennis van techniek en 
nieuwe uitvindingen. 

Slide 9 - Tekstslide

Als er vroeger een kanaal gegraven moest worden. Wie deed dat dan?
A
De natuur
B
Machines
C
Mensen

Slide 10 - Quizvraag

Mechanisatie & automatisering
  • Mechanisatie: Wanneer machines het zware werk van mensen overnemen.
  • Automatisering: Als computers en computerprogramma's de productie aansturen.

  • Voordelen: lagere productiekosten!

Slide 11 - Tekstslide

Een machine om straten te leggen is...
A
Automatisering
B
Mechanisatie
C
Afschrijving
D
Arbeidsproductiviteit

Slide 12 - Quizvraag

Wat zou een nadeel van mechanisatie en automatisering kunnen zijn?

Slide 13 - Open vraag

Arbeidsproductiviteit
arbeidsproductiviteit = de gemiddelde productie per werknemer in bijvoorbeeld een jaar, week of uur.


Slide 14 - Tekstslide

Arbeidsproductiviteit neemt toe door goede scholing.
A
juist
B
onjuist

Slide 15 - Quizvraag

Arbeidsproductiviteit

Slide 16 - Tekstslide

Leiden mechanisatie en automatisering tot een hogere of lagere arbeidsproductiviteit?
A
Hoger
B
lager

Slide 17 - Quizvraag

is het maken van goederen of het leveren van 
Alle middelen die je nodig hebt om te produceren, noem je
Bedrijven die na elkaar aan het product meewerken, vormen samen de 
De waardevermeerdering door deze bedrijven noem je 
de 
. Als er bij de productie meer arbeid dan kapitaalgoederen
wordt gebruikt, is de productie
. Als machines het werk van
mensen overnemen, noem je dat
.
Sleep het begrip naar de juiste plaats.
produceren
diensten
productiefactoren
bedrijfskolom
arbeidsintensief
kapitaalintensief
mechanisatie
automatisering
toegevoegde waarde

Slide 18 - Sleepvraag

Afschrijving 
NU
OVER 10 JAAR
  • € 30.000
  • € 0
  • Afschrijving per jaar = aanschafprijs  : aantal jaren
  • De bus is in 10 jaar tijd 30.000 minder waard geworden. 
  • Dat is per jaar: € 30.000 : 10 = € 3.000
Afschrijving=
de jaarlijkse waardevermindering van een kapitaalgoed

Slide 19 - Tekstslide

Een machine heeft €1.000 gekost.
Na 4 jaar is hij niks meer waard.
Wat is de jaarlijkse afschrijving?
A
€250
B
€1000
C
€200
D
€0

Slide 20 - Quizvraag

Een pizzaoven heeft €2000,- gekost. Hij gaat 5 jaar mee. Hoe hoog is de afschrijving per jaar?
A
300
B
350
C
400
D
500

Slide 21 - Quizvraag

Even testen....
Begrijp je alles?
Maak nu op bladzijde 121 van je boek
 de Herhalingsopgaven 15 tot en met 20. 
Je hebt 8 minuten en blijft in de online les.

Slide 22 - Tekstslide