SOVA afsluitende les periode 2

NU DOEN:
1. Open internet of pak je mobiel.
2. Ga naar www.lessonup.com.
3. Op de bovenste regel van de site staat 'leerling PIN code', vul hier de code in die de docent in de chat heeft gezet.
4. Wacht tot de docent begint met de les.
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
Sociale vaardighedenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

NU DOEN:
1. Open internet of pak je mobiel.
2. Ga naar www.lessonup.com.
3. Op de bovenste regel van de site staat 'leerling PIN code', vul hier de code in die de docent in de chat heeft gezet.
4. Wacht tot de docent begint met de les.

Slide 1 - Tekstslide

SOCIALE VAARDIGHEDEN
22-01-2021
Periode 2
Afsluitende les

Slide 2 - Tekstslide

PPP?

Slide 3 - Tekstslide

Vandaag
1. Quiz
2. Overzicht opdrachten en opslagplaats
3. Evalueren op SOVA in periode 2
4. Afsluiten

Slide 4 - Tekstslide

1. Quiz
*  15 meerkeuze vragen
* Wedstrijdelement 

Slide 5 - Tekstslide

Vraag 1:
Feedback is een...
A
Opgave
B
Verkrapte kritiek
C
Cadeautje
D
Feestje

Slide 6 - Quizvraag

Vraag 2:
Wat wordt er bedoeld met 'je bent zelf je eigen instrument'?
A
Dat je muziek kunt maken na deze opleiding
B
Dat je zelf de gevoelige snaar kunt raken
C
Dat je alleen jouw eigen lichaam hebt om in te zetten
D
Dat je moet stralen met je eigen lichaam

Slide 7 - Quizvraag

Vraag 3:
Negatieve feedback...
A
Is ook feedback
B
Is hetzelfde als kritiek
C
Lijkt op positieve feedback
D
Is bedoeld om je een sneer te geven

Slide 8 - Quizvraag

Vraag 4:
Je zelfbeeld wordt opgebouwd door...
A
Hoe anderen met jou omgaan
B
Alleen jezelf
C
Je afkomst
D
Het zien van bepaald gedrag bij anderen

Slide 9 - Quizvraag

Vraag 5:
Wanneer je feedback geeft is het belangrijk dat er sprake is van...
A
Gerustelling
B
Opbouwende feedback
C
Kritieke feedback
D
Overeenstemming

Slide 10 - Quizvraag

Vraag 6:
Een manier van reageren waarbij je niet opkomt voor jezelf en de belangen van de ander voor laat gaan is...
A
Assertief reageren
B
Non-verbaal reageren
C
Agressief reageren
D
Non-assertief reageren

Slide 11 - Quizvraag

Vraag 7:
De STARR-methode gebruik je voor zelfreflectie. Waar staat de T voor in STARR?
A
Trachten
B
Terugkijken
C
Taak
D
Traceren

Slide 12 - Quizvraag

Vraag 8:
Als een persoon gemakkelijk contact maakt met anderen en energie krijgt van het omgaan met anderen dan spreken we van een...
A
Karakteristiek persoon
B
Extravert persoon
C
Identiek persoon
D
Introvert persoon

Slide 13 - Quizvraag

Vraag 9:
Als PW'er, GPM'er en OA'er moet jij soms 'nee' kunnen zeggen omdat...
A
Collega's en kinderen hier maar mee om moeten gaan
B
Jij dan duidelijk bent en collega's en kinderen dan doen wat jij wilt
C
Collega's en kinderen anders aan je hoofd blijven zeuren
D
Jij een grens stelt zodat collega's en kinderen weten waar ze aan toe zijn

Slide 14 - Quizvraag

Vraag 10:
Welke stelling over 'gedrag' is juist?
A
Gedrag kan je niet zien bij iemand
B
Mensen vinden het moeilijk om te weten hoe ze zich moeten gedragen
C
Gedrag is alles wat je kan zien bij iemand, zoals lopen, rennen, dansen, eten en slapen
D
Gedrag is iets aparts

Slide 15 - Quizvraag

Vraag 11:
Wat kan jou bij zelfreflectie in de weg staan?
A
De innerlijke criticus
B
De kinderen waarmee je werkt
C
Je collega's
D
Je valkuilen

Slide 16 - Quizvraag

Vraag 12:
Welke verwoording gebruik je als je feedback geeft?
A
Jij doet het niet goed
B
Dat doe je fout
C
Ik vond, ik vind
D
Ik zie, ik hoor, ik merk, ik voel

Slide 17 - Quizvraag

Vraag 13:
Welke stelling over 'temperament' is juist?
A
Temperament zegt iets over je afkomst
B
Temperament is aangeboren en in de babytijd kan je al zien wat voor temperament de baby heeft
C
Temperament komt alleen voor in de babytijd, als jij ouder wordt verdwijnt je temperament
D
Temperament is hetzelfde als aanleg

Slide 18 - Quizvraag

Vraag 14:
Wat voor type persoon ben jij als je tijdens het omgaan met mensen sneller overprikkeld raakt?
A
Extravert type
B
Evenwichtig type
C
Introvert type
D
Ambivert type

Slide 19 - Quizvraag

Vraag 15:
Let op, twee antwoorden zijn juist!
Reflecteren op jezelf doe je als...
A
Je een positieve ervaring hebt gehad en deze nader wilt bekijken
B
Je feedback hebt ontvangen waar je het niet mee eens bent
C
Je hier zin in hebt
D
Als je een situatie nader wilt bekijken waarbij jij niet helemaal tevreden was over jouw handelen

Slide 20 - Quizvraag

2. Overzicht opdrachten en opslagplaats
De opdrachten die je in de opslagplaats zet zijn: 
  1. Thuiswerk opdrachten (zie Teams) 
  2. Opdrachten tijdens de les (zie Teams) 
  3. Huiswerk opdrachten (zelf moeten downloaden) 
  4. Aantekeningen die je zelf hebt gemaakt 

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

3. Evalueren op SOVA periode 2
* Vragen beantwoorden in google forms
* Link wordt in de chat geplaatst 

Slide 23 - Tekstslide

4. Afsluiten
* In periode 3 gaat het over communicatie

Slide 24 - Tekstslide