Unit 3 & 4 Mavo 3 Dutch-English
to solve
A
aantekeningen maken
B
oplossen
C
tellen
D
flauwvallen
1 / 31
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
to solve
A
aantekeningen maken
B
oplossen
C
tellen
D
flauwvallen
Slide 1 - Quizvraag
to count
A
aantekeningen maken
B
oplossen
C
tellen
D
flauwvallen
Slide 2 - Quizvraag
to faint
A
aantekeningen maken
B
oplossen
C
tellen
D
flauwvallen
Slide 3 - Quizvraag
to take notes
A
aantekeningen maken
B
oplossen
C
tellen
D
flauwvallen
Slide 4 - Quizvraag
to light
A
aansteken
B
vloeken
C
verbeteren
D
bedienen
Slide 5 - Quizvraag
to swear
A
aansteken
B
vloeken
C
verbeteren
D
bedienen
Slide 6 - Quizvraag
to correct
A
aansteken
B
vloeken
C
verbeteren
D
bedienen
Slide 7 - Quizvraag
to operate
A
aansteken
B
vloeken
C
verbeteren
D
bedienen
Slide 8 - Quizvraag
to scratch
A
krabben
B
zakken voor
C
afmaken
D
spieken
Slide 9 - Quizvraag
to fail
A
krabben
B
zakken voor
C
afmaken
D
spieken
Slide 10 - Quizvraag
to cheat
A
krabben
B
zakken voor
C
afmaken
D
spieken
Slide 11 - Quizvraag
to finish
A
krabben
B
zakken voor
C
afmaken
D
spieken
Slide 12 - Quizvraag
Translate
opstel
opstel
Slide 13 - Open vraag
Translate
cijfer
cijfer
Slide 14 - Open vraag
Translate
leerling
leerling
Slide 15 - Open vraag
Translate
liniaal
liniaal
Slide 16 - Open vraag
Translate
zonnesteek
zonnesteek
Slide 17 - Open vraag
Translate
afwezig
afwezig
Slide 18 - Open vraag
Translate
beurt
beurt
Slide 19 - Open vraag
Translate
etui
etui
Slide 20 - Open vraag
Translate
lesrooster
lesrooster
Slide 21 - Open vraag
Translate
eerlijk
eerlijk
Slide 22 - Open vraag
Translate
merk
merk
Slide 23 - Open vraag
Translate
geboorte
geboorte
Slide 24 - Open vraag
Translate
mededeling
mededeling
Slide 25 - Open vraag
Translate
streng
streng
Slide 26 - Open vraag
Translate
zeeziek
zeeziek
Slide 27 - Open vraag
Translate
loon
loon
Slide 28 - Open vraag
Translate
bedrijf
bedrijf
Slide 29 - Open vraag
Translate
zwak
zwak
Slide 30 - Open vraag
Translate
kerk
kerk
