Les 2.3.1 BBL Diabetes ontregeld en gebitsklachten

Diabetes ontregeld
en gebitsklachten




Triage DA2 BBL 
Periode 2.3.1     
Janine Bouwmeester
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Diabetes ontregeld
en gebitsklachten




Triage DA2 BBL 
Periode 2.3.1     
Janine Bouwmeester

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vragen?
Zijn er vanuit de voorbereiding op dit onderwerp vragen/onduidelijkheden?

Docent schrijft deze op het bord - we kijken aan het eind van de les of ze voldoende aan bod zijn gekomen

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat komt er bij je op als je denkt aan diabetes?

Slide 3 - Woordweb

Suikerziekte
Insuline = hormoon dat bloedsuikerspiegel regelt, bij DM verstoord
Type I en Type II (en zwangerschapsDM)
Risicofactoren (overgewicht, ongezonde leefstijl, leeftijd, erfelijke aanleg)
Medicijnen oraal of insuline 


Kun je oorzaken bedenken waardoor het bloedsuikergehalte 'ontregeld' raakt?

Slide 4 - Woordweb

- Te veel/weinig eten
- Te veel weinig insuline gespoten
- Overgeven/braken
- Te veel weinig beweging
- Infecties
- Medicijnen (bv Prednison)

Hoe zit het ook al weer?
Wanneer het glucosegehalte in het bloed te hoog is noemen we dit een .......
We spreken hiervan vanaf de volgende waarde: .....? 
Welke symptomen horen hier bij? 

Slide 5 - Tekstslide

Hyperglykemie
> 15 mmol/L
Dorst, veel plassen, moeheid, jeuk
Ernstig --> zwakte, kortademigheid, sufheid, uitdroging, coma --> verzuring (hier komen we later op terug)
Hoe zit het ook alweer?
Wanneer het glucosegehalte in het bloed te laag is noemen we dit een ....?
We spreken hiervan vanaf de volgende waarde ....?
Welke symptomen horen hier bij?

Slide 6 - Tekstslide

Hypoglykemie
< 3,5 mmol/L
Zweten, beven, nerveus, honger, misselijk, duizelig, hoofdpijn, verstoord zicht, hartkloppingen
Als suiker nog verder zakt: concentratie problemen, verwardheid, aggitatie, moeite met spreken, spierspasmen tot aan epileptische aanval, verlies bewustzijn, beroerte

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies



Hoe zou je een verhoogd bloedsuiker kunnen verlagen? Wat kun je adviseren? 

Slide 8 - Tekstslide

Je wilt het suiker gehalte verlagen!

Veel drinken - water (je plast dan overschot aan suiker uit)
Veel bewegen (door inspanning verbruikt je lichaam glucose)
Bij gebruik insuline: extra insuline spuiten
Hoe zou je een te laag bloedsuiker gehalte omhoog kunnen krijgen? Wat kun je adviseren? 
(patiënt is nog wel bij bewustzijn)

Slide 9 - Tekstslide

Korte termijn 'snelle suikers' 
Water met suiker drinken of sterke ranja
Snelle druivensuikers (dextrose 6-8 tabletten) 
Daarna -> koolhydraten - boterham met jam

Blijf bij de patient en blijf suiker contoleren (na 15-30 minuten) 
Maar wat nu als de hypo zo ernstig is dat de patiënt al erg suf is of zelfs buiten bewustzijn, wat zou je dan voor actie inzetten om het suikergehalte omhoog te krijgen? 

Slide 10 - Tekstslide

112 bellen --> U1 urgentie (ernstige hypo vermoed)
Honing of stroop aan binnenkant wang smeren met je vinger
Glucagon injectie toedienen!! (zie volgende dia)

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

En wat nu als je het niet weet??
Wat doe je als je niet weet of je met een hypo of een hyper te maken hebt en de patiënt heeft wel allerlei klachten, maar is niet in staat te meten? Wat doe je dan? En waarom? 

Slide 12 - Tekstslide

Behandelen als een hypo en dus suiker toedienen...
bleek het een hypo, dan zal de patiënt opknappen.
bleek het toch een hyper, dan zal het extra toegediende suiker niet zo veel uitmaken

Slide 13 - Tekstslide

bij een casus over DM is het heel belangrijk dat je vraagt of de waarde gemeten kan worden...meten is weten. Dit geeft jou en de arts heel veel informatie 
Vragen vragen vragen!!!
Bij dit onderwerp is het heel erg van belang dat je een goed toestandsbeeld krijgt: vragen vragen vragen dus!
Welke vragen zijn sowieso van groot belang om altijd te stellen bij DM? 

Slide 14 - Tekstslide

Waarde!!! METEN IS WETEN!! (vraag ook door, wanneer is dit gemeten? nog niet gemeten? waarom niet? kan dat nu alsnog?)

Tabletten of insuline?? Vraag DOOR:
Is dit al ingenomen, wanneer? hoeveel? dit is voor de arts/POH erg belangrijke informatie 
Instructie bij ontregeling DM 
- Bloedsuiker meten
- Toezicht houden

- Hypo? --> ieder half uur prikken
- Hyper? --> iedere 2 uur prikken
In sommige gevallen is het normaal dat de DM wat ontregeld - bijvoorbeeld bij infecties en/of gebruik Prednison


Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Insuline gebruik:
- Als je niet weer hoeveel er precies is gespoten - niet zomaar bij laten spuiten
Na 4 uur bloedsuiker meten (dan is kortwerkende insuline uitgewerkt) 


Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2-4-6 regel bij klachten hyper
(nooit zelfstandig adviseren - altijd in overleg met arts of POH/verpleegkundige) 
- Eerst gemaakte plan opvolgen - dit niet doorkuizen

Iedere 2 uur meten
> 15 mmol/L - 4 EH spuiten (kortwerkende insuline)
>20 mmol/L - 6 EH spuiten (kortwerkende insuline)



Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Levensbedreigend U1
Je ziet in je triagewijzer dat een ontregeling van het bloedsuikergehalte levensbedreigend kan zijn.
Zowel bij een ernstige hypo als een ernstige hyper (bijzonder ziektebeeld - keto-acidose) kan de patiënt komen te overlijden. Het is dus als DA wel zaak dat je hier goed op kunt inspelen

We nemen de triagecriteria onder U1 even door samen 

Slide 19 - Tekstslide

Let op! in digitale versie na update nog een criterium onder U1 er bij: 'Apathisch en gluc >15 bij insuline afhankelijke diabeet' 

Geef hier korte uitleg over keto-acidose
- Insuline afhankelijke diabeet
Wat gebeurt er? te weinig insuline in bloed aanwezig - hierdoor kan het glucose niet meer worden opgenomen in de cellen als brandstof - het glucose blijft dus in het bloed (hyper glykemie)
De cellen hebben echter wel brandstof nodig .... zij gaan hier nu een andere bron voor aanspreken --> vetverbranding
Hierbij komen ketonen vrij (aceton adem) en verzuurt je bloed - je kunt hierdoor in coma raken
Symptomen: misselijkheid en braken - kortademigheid (Kussmaul) - adem ruikt naar aceton 
Paniek!!
Heb je in de praktijk wel eens te maken gehad met paniek?
Hoe was dit voor jou/hoe reageerde je?
Hoe kun je nu het beste omgaan met paniek?


Slide 20 - Tekstslide

Blijf rustig!!
Heb wel aandacht voor de paniek van de beller/patiënt, benoem dit ook en geef aan dat je gaat helpen
Neem de regie, spreek duidelijk en soms zelfs streng
Stel gerichte, relevante, korte vragen om snel de situatie in te kunnen schatten en te handelen 
Meneer Jefferson belt over zijn vrouw. Zij is bekend met DM en is voortdurend aan het overgeven sinds gisteravond; ze is echt beroerd. De suiker is nu 8.0 mmol/L. Wat doe je?
A
Je stuurt direct een ambulance
B
Je geeft een afspraak met urgentie U3
C
Je geeft adviezen over braken met een duidelijk vangnet
D
Je geeft een afspraak met urgentie U2

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Yasmin Yassira belt, ze weet sinds kort dat ze DM heeft. Ze heeft haar suiker gemeten en deze is 16.1 mmol/L. Ze is wat moe en heeft een droge mond. Wat doe je?
A
Ze moet direct naar de praktijk komen. In de tussentijd niets eten en drinken
B
Je adviseert haar om even wat zoets te eten/drinken (dextrose en/of ranja) daarna moet ze opnieuw meten
C
Je plant een afspraak binnen 3 uur en adviseert om veel water te drinken en te bewegen
D
Je plant een afspraak binnen 3 uur en adviseert om nu eerst even iets zoets te eten/drinken

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De moeder van Bram Banis belt. Hij heeft DM en ze krijgt hem vanmorgen niet wakker...ze heeft al geroepen en aan hem geschud, maar hij reageert niet.Hij ademt nog wel...Jij als DA:
A
Adviseert om zijn suiker te meten en dan even terug te bellen
B
Stuurt de HA binnen een uur naar Bram toe
C
Regelt direct een ambulance
D
Plant een afspraak op het spreekuur

Slide 23 - Quizvraag

De ABCD is niet stabiel --> U1 dus 
Anneke de Jager heeft DM. Ze is vanmorgen vroeg gaan joggen. Ze had nog niet ontbeten. Ze voelt zich na het joggen helemaal niet lekker (trillerig/zweterig). Ze heeft haar suiker thuis direct gemeten en deze was 4.0 mmol/L ze is hier erg van geschrokken en belt jou direct. Jij als DA:
A
Plant een afspraak binnen een uur op het spreekuur
B
Stuurt de huisarts op spoedvisite
C
Adviseert haar om veel water te drinken en te blijven bewegen. Ze moet het suiker na een half uur opnieuw controleren
D
Adviseert haar om wat zoets te eten/drinken. Ranja, boterham met jam etc. Ze moet na een half uur het suiker opnieuw controleren

Slide 24 - Quizvraag

Ook een duidelijk vangnet meegeven!!
+ uitleg over DM en sporten
Welke urgentie past bij de volgende casus?
Vrouw bekend met DM type 2. Ze heeft alleen tabletten. Verward gedrag. Nog goed alert, niet suf, niet aan het braken, niet kortademig. Suiker = 3.0 mmol/L
A
U1
B
U2
C
U3
D
U5

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Gebitsklachten 
oorzaken:

  • Apicaal abces
  • Kaakluxatie
  • Kaakgewrichtsaandoeningen

Slide 26 - Tekstslide

Apicaal abces
Bij een ontsteking rond de wortel van een element kan een abces ontstaan. Het element wordt daardoor losgewoeld, zonder dat het pus kan wegkomen. Druk erop is erg pijnlijk.

Kaakluxatie
Het kaakgewricht is een zeer complex gewricht met zelfs een soort meniscus erin (de discus). Net als de meeste andere gewrichten kan het ook ontwrichten. De patiënt kan de kiezen niet normaal op elkaar krijgen.

Kaakgewrichtsaandoeningen
Via de kauwspieren komen er grote krachten te staan op een relatief klein gewricht. Te grote spanning in de kauwspieren (soms door psychische stress en/of anatomische afwijkingen) kan klachten veroorzaken. Het voelen of horen van knapjes in het kaakgewricht wordt veroorzaakt door het onder spanning verschuiven van de discus en is meestal niet afwijkend.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Ga in tweetallen casussen oefenen over dit onderwerp 
Denk aan je SOEP formulier 

Geef duidelijke feedback aan elkaar 
Oefen met een emotie (paniek...?) 
timer
30:00

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Benoem kort wat je van deze les vond. Wat heb je geleerd?

Slide 29 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk:
Volgende week: 
Advies, voorlichting keelpijn en neusverkouden
Oorklachten

Bereid je goed voor door je in te lezen, schrijf je vragen op 
Schrijf 2 casussen (1x advies gesprek verkoudheid , 1x oorklachten)

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies