In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.
Lesduur is: 15 min
Onderdelen in deze les
Toets bevolkingsdichtheid
Slide 1 - Tekstslide
De bevolking in de V.S. is niet gelijk over het land verdeeld. Er zijn dichtbevolkte, maar ook dunbevolkte gebieden. Zet de vier landschappen in de volgorde van lage bevolkingsdichtheid naar hoge bevolkingsdichtheid
Laagste bevolkingsdichtheid
Een na laagste bevolkingsdichtheid
Hogere bevolkingsdichtheid
Hoogste bevolkingsdichtheid
Slide 2 - Sleepvraag
Emigrant
Vertrekoverschot
Bevolkingsdichtheid
Immigrant
Vestigingsoverschot
Geboortecijfer
Sterftecijfer
Slide 3 - Sleepvraag
Hoogste bevolkingsdichtheid
Laagste bevolkingsdichtheid
Slide 4 - Sleepvraag
Hoge bevolkingsdichtheid
Hoge bevolkingsdichtheid
Lage bevolkingsdichtheid
Lage bevolkingsdichtheid
Slide 5 - Sleepvraag
Grote steden
Platteland
Bevolkingsdichtheid laag
Vergrijzing
Bevolkingsdichtheid hoog
Veel ruimte
Hoge bebouwingsdichtheid
Minder voorzieningen
Slide 6 - Sleepvraag
Hoge bevolkingsdichtheid
Lage bevokingsdichtheid
Slide 7 - Sleepvraag
Natuurlijke bevolkingsgroei
Sociale bevolkingsgroei
Slide 8 - Sleepvraag
Bevolkingsafname
Bevolkingsgroei
De Randstad
Sterfte
Geboorte
Dichtbevolkt
Emigratie
Immigratie
Slide 9 - Sleepvraag
Bevolkingsdichtheid
Natuurlijke bevolkingsgroei
Sociale bevolkingsgroei
Er worden meer baby's geboren dan dat er mensen sterven
Aantal inwoners per km2
De immigratie is groter dan de emigratie.
Slide 10 - Sleepvraag
Emigratie
Immigratie
Natuurlijke bevolkingsgroei
Sociale bevolkingsgroei
Iemand die een land binnenkomt en zich daar vestigt
Bevolkingsgroei door migratie
Bevolkingsgroei door geboorte en sterfte
Iemand die zijn land verlaat en zich ergens anders vestigt
Slide 11 - Sleepvraag
Wat betekent een hoge bevolkingsdichtheid?
A
Weinig mensen wonen op een klein oppervlakte
B
Veel mensen wonen op een klein oppervlakte
C
Veel mensen wonen op een groot oppervlakte
D
Weinig mensen wonen op een groot oppervlakte
Slide 12 - Quizvraag
Wat is de bevolkingsdichtheid in Nederland?
A
200 of meer
B
100 - 200
C
50 - 100
D
10 - 50
Slide 13 - Quizvraag
De bevolkingsdichtheid is in de Randstad het grootst?
A
Juist
B
Onjuist
Slide 14 - Quizvraag
De bevolkingsdichtheid in de bergen is.....
A
hoog
B
laag
Slide 15 - Quizvraag
De bevolkingsdichtheid is hoog .....
A
In het oosten
B
Op het platteland
C
Aan de kust
D
In het binnenland
Slide 16 - Quizvraag
De bevolkingsdichtheid in Indonesië is:
A
Hoger dan die van Nederland
B
Lager dan die van Nederland
C
Ongeveer gelijk aan die van Nederland
Slide 17 - Quizvraag
Hoe druk je bevolkingsdichtheid uit?
A
m3
B
km2
C
dm2
D
km
Slide 18 - Quizvraag
De bevolkingsdichtheid is het hoogst in Groningen
A
Juist
B
Onjuist
Slide 19 - Quizvraag
In 2012 was de bevolkingsdichtheid in Nederland 497. Wat wordt bedoeld met bevolkingsdichtheid?
A
Het aantal woningen per hectare.
B
De manier waarop de bevolking verspreid is over Nederland.
C
Het aantal mensen dat gemiddeld op een km2 woont.
D
Het aantal mensen dat in Nederland woont x 1000.
Slide 20 - Quizvraag
Bevolkingsdichtheid. In Manilla, de hoofdstad van de Filipijnen wonen 12.567.498 mensen. De stad is 8.837 km2 groot. Wat is de bevolkingsdichtheid?
Slide 21 - Open vraag
In welke werelddelen is de bevolkingsdichtheid het hoogste?
Slide 22 - Open vraag
Wat is natuurlijke bevolkingsgroei
A
Dat de bevolking snel groeit
B
Het aantal immigranten min het aantal emigranten
C
Het aantal geboorten min het aantal sterfte gevallen
D
Het aantal geboorten in een jaar
Slide 23 - Quizvraag
Sociale bevolkingsgroei is een bevolkingsgroei door
A
Migratie
B
Geboren kinderen
C
Vertrekoverschot
Slide 24 - Quizvraag
Wat is de nu de sociale bevolkingsgroei?
A
108 emigranten - 123 immigranten = -15 mensen
B
123 emigranten - 108 immigranten = 15 mensen
C
108 emigranten + 123 immigranten = 222 mensen
D
geen idee
Slide 25 - Quizvraag
Wat voor soort bevolkingsgroei?
A
Sociale bevolkingsgroei
B
Natuurlijke bevolkingsgroei
Slide 26 - Quizvraag
Wat voor soort bevolkingsgroei?
A
Sociale bevolkingsgroei
B
Natuurlijke bevolkingsgroei
Slide 27 - Quizvraag
de bevolkingsgroei
A
het toenemen van het aantal inwoners van een land
B
een godsdienst die begonnen is door Boeddha
C
Iets mooier maken dan het is
Slide 28 - Quizvraag
Steden kunnen op twee manieren groeien: door sociale bevolkingsgroei en natuurlijke bevolkingsgroei. Sociale bevolkingsgroei is:
A
Het verschil tussen immigratie en emigratie
B
Het verschil tussen geboortecijfer en sterftecijfer
Slide 29 - Quizvraag
Steden en landen kunnen op twee manieren groeien qua bevolking: door sociale bevolkingsgroei en natuurlijke bevolkingsgroei. Sociale bevolkingsgroei is:
A
Het verschil tussen immigratie en emigratie
B
Het verschil tussen geboortecijfer en sterftecijfer
Slide 30 - Quizvraag
2. Oorzaken bevolkingsgroei
Slide 31 - Open vraag
Wat zijn de economische gevolgen van bevolkingsgroei?
Slide 32 - Open vraag
Wat is het verschil tussen bevolkingsgroei en natuurlijke bevolkingsgroei