Woordraadstrategieën, vwo 1

§1 Woordraadstrategieën
Na deze les weet je:

  • welke woordraadstrategieën er zijn
  • hoe je woordraadstrategieën kunt gebruiken
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

§1 Woordraadstrategieën
Na deze les weet je:

  • welke woordraadstrategieën er zijn
  • hoe je woordraadstrategieën kunt gebruiken

Slide 1 - Tekstslide

Als je een onbekend woord tegenkomt, kun je op verschillende manieren de betekenis vinden:
  • een synoniem (=ander woord) zoeken
  • een omschrijving zoeken
  • een definitie (=nauwkeurige omschrijving) zoeken
  • een voorbeeld zoeken
  • een antoniem (=tegenstelling) zoeken
  • een bekend woorddeel zoeken
  • de afbeelding(en) bekijken

Slide 2 - Tekstslide

Lees de volgende zin:
Aanvankelijk vond ik wiskunde een moeilijk vak.
Noteer een synoniem voor 'aanvankelijk'.

Slide 3 - Open vraag

Lees de volgende zin:
Een mens heeft vijf zintuigen (=middelen om iets waar te nemen).
Noteer een voorbeeld van één van die zintuigen.

Slide 4 - Open vraag

Rationeel betekent 'verstandelijk' en dat is iets anders dan... ofwel 'gevoelig'.
A
nuchter
B
zakelijk
C
emotioneel
D
verstandig

Slide 5 - Quizvraag

Welke woordraadstrategie moest je bij de vorige vraag gebruiken?
A
zoek een synoniem
B
zoek een voorbeeld
C
zoek een omschrijving
D
zoek een tegenstelling

Slide 6 - Quizvraag

Het figuur is asymmetrisch.
Het tegenovergestelde van asymmetrisch is...
A
rond
B
aan beide kanten gelijk
C
aan beide kanten ongelijk
D
vierkant

Slide 7 - Quizvraag

De quizmaster gaf de kandidaten een hint om het goede antwoord te vinden en vanuit het publiek kwam er nog een aanwijzing.
Wat betekent 'hint'?

Slide 8 - Open vraag

Welke woordraadstrategie heb je bij de vorige vraag gebruikt?

Slide 9 - Open vraag

Lees de volgende tekst (=nieuwe dia)

  • noteer de acht onderstreepte woorden onder elkaar
  • zoek IN DE TEKST (dus niet zelf verzinnen!) naar tegenstellingen van die woorden en schrijf die erachter

Je krijgt 15 minuten de tijd om je antwoorden op te schrijven.
Succes!

Slide 10 - Tekstslide

timer
15:00

Slide 11 - Tekstslide

Antwoorden
1 leken <-> deskundigen
2 recente <-> oude
3 mentale <-> fysieke
4 misvatting <-> opvatting
5 inactieve <-> die veel bewegen
6 irrelevante <-> belangrijke
7 essentiële (zaken) <-> bij(zaken)
8 fitte <-> luie

Slide 12 - Tekstslide

Geleerd:
- Je kunt woordraadstrategieën gebruiken om de betekenis van een onbekend woord te vinden 

Woordraadstrategieën:
- synoniem
- omschrijving
- definitie
- voorbeeld
- tegenstelling
- bekend woorddeel
- afbeeldingen

Slide 13 - Tekstslide