literatuur v5

Denk na over waar de Verlichting voor stond. Wat wilden de Verlichters mee afrekenen?
A
De ratio (het verstand)
B
Altijd luisteren naar de kerk
C
De mens is van nature goed
D
De macht van het volk
1 / 17
volgende
Slide 1: Quizvraag
FraMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Denk na over waar de Verlichting voor stond. Wat wilden de Verlichters mee afrekenen?
A
De ratio (het verstand)
B
Altijd luisteren naar de kerk
C
De mens is van nature goed
D
De macht van het volk

Slide 1 - Quizvraag

De Verlichting was van:
A
1400-1500
B
1500-1600
C
1600-1700
D
1700-1800

Slide 2 - Quizvraag

De verlichting is
A
Een lamp
B
Een politiek en filosofische stroming
C
Een geloof

Slide 3 - Quizvraag

Wat is NIET kenmerkend voor een fabel? (bijvoorbeeld Le Corbeau et le Renard van De la Fontaine)
A
Er zit altijd een moraal in het verhaal
B
Er zit altijd een vos in, zoals maître Renard
C
De hoofdpersonen zijn dieren
D
Er wordt verholen kritiek gegeven op de maatschappij

Slide 4 - Quizvraag

Renaissance
A
1300-1600
B
1300-1700
C
1300-1500
D
1100-1300

Slide 5 - Quizvraag

Jean de la Fontaine a vécu au
A
16e siècle
B
17e siècle
C
19e siècle

Slide 6 - Quizvraag

Wie is geen schrijver uit de Renaissance?
A
Villon
B
Montaigne
C
Rabelais
D
du Bellay

Slide 7 - Quizvraag

Comment s'appelait le grand homme au pouvoir pendant le Moyen Age? (Hij heerste van 747 tot 814).
A
Alexandre le Grand
B
Charlemagne
C
Napoléon Bonaparte
D
Louis XIV

Slide 8 - Quizvraag

Les Fables de La Fontaine sont.....
A
réalistes
B
poétiques

Slide 9 - Quizvraag

Pourquoi Jean de la Fontaine a-t-il écrit les fables?
A
Om politieke en maatschappelijke kritiek te kunnen uiten
B
Omdat hij van dieren hield
C
Omdat hij dieren beter vond dan mensen
D
Omdat hij alleen voor kinderen schreef

Slide 10 - Quizvraag

Wie is geen auteur in de Middeleeuwen?
A
François Villon
B
Chrétien de Troyes
C
Marie de France
D
Rabelais

Slide 11 - Quizvraag

Gargantua est un personnage de :

A
Michel de Montaigne
B
François Rabelais
C
Pierre de Ronsard

Slide 12 - Quizvraag

Waarom schreef Jean de la Fontaine fabels?
A
Om politieke en maatschappelijke kritiek te kunnen uiten
B
Omdat hij van dieren hield
C
Omdat hij dieren beter vond dan mensen
D
Omdat hij alleen voor kinderen schreef

Slide 13 - Quizvraag

Renaissance betekent
Renaissance betekent:
A
nieuwe interesse voor de oudheid
B
nieuwe interesse voor andere werelddelen
C
nieuwe interesse voor het geloof
D
nieuwe interesse voor de kunst

Slide 14 - Quizvraag

Wat is Renaissance?
A
Wedergeboorte van de Middeleeuwse kunst
B
Strijd tussen keizer en paus
C
Wedergeboorte van de Grieks-Romeinse kunst
D
Ander woord voor Romeinse tijd

Slide 15 - Quizvraag

Un aspect caractéristique de la littérature au Moyen Âge est que c'est une ...
A
littérature orale
B
littérature écrite
C
littérature expérimentale
D
littérature innovatrice

Slide 16 - Quizvraag

De quoi parlent les histoires dans la littérature courtoise?
A
de l'amour
B
des contes de fées
C
des batailles

Slide 17 - Quizvraag