Popmuziek van vroeger en nu

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
MuziekBasisschoolGroep 5-8

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Lesdoel: ik ken verschillende soorten muziek van vroeger en nu.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijna iedereen heeft een favoriete band of zanger(es). Ook jouw opa en oma hadden hun 'idols'. Wie is jouw favoriet?

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke muziekstijlen ken jij?

Slide 4 - Open vraag

Door de jaren heen zijn er heel veel stijlen muziek ontwikkeld. Gelukkig maar: zo kan iedereen zijn eigen favoriete muziek uitkiezen en beluisteren. Welke stijlen ken jij?
- Hardrock
- Jazz
- House
- Metal
- Rap
- Pop
- Blues
- Klassiek
Begrippen die in de muziek veel voorkomen: wat betekent 'idool'?
A
Dat is iemand waar je helemaal weg van bent. Een superfavoriet dus.
B
Een muzikant die als solist of in een muziekgroep gitaar speelt.
C
Dit ontstaat wanneer iedereen een tijd lang enthousiast is over hetzelfde

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Begrippen die in de muziek veel voorkomen: wat is een 'rage'?
A
Een soort instrument wat onder de toetsinstrumenten valt.
B
Een rage geeft in muzikale taal aan dat er zachtjes moet worden gespeeld of gezongen.
C
Dit ontstaat wanneer iedereen een tijd lang enthousiast is over hetzelfde.

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Begrippen die in de muziek veel voorkomen: wat betekent 'hype'?
A
Dat is een plotselinge modegril waar veel media-aandacht voor is, maar eigenlijk weinig voorstelt.
B
Iemand die met de stem of een muziekinstrument in het openbaar muziek maakt.
C
Een methode om de stem te laten ontspannen.

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat vind je van deze uitspraak: "Over smaak valt niet te twisten."
Eens
Oneens

Slide 8 - Poll

Betekenis 'Over smaak valt niet te twisten': iedereen heeft een eigen smaak, een eigen persoonlijke voorkeur, niets mis mee.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Video

Bigbands en dansorkesten waren in de jaren 40 en 50 heel populair. Beroemde muzikanten waren Glenn Miller, de Andrew Sisters, Bing Crosby en Frank Sinatra. 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Houd jij van andere muziek dan jouw ouders?
JA
NEE

Slide 13 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Video

De discotheek was in de jaren ‘70 dé plek om uit te gaan. Een diskjockey zorgde voor de muziek. Discomuziek was vooral bedoeld om op te dansen. Dat hoor je aan de strakke beat. De muziek werd een rage.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Video

Dansen op muziek. Dat is van alle tijden. In de jaren 90 sprak men nog over dis- co ... nu over dance. De kleding is veranderd, net als de muziek en de plek
waar je danst. Luister en kijk naar Tiësto met het nummer Elements of life.
Noem eens een paar verschillen die je ziet met de dans van oma Anne.

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Houd een interview
Interview met je tweetal iemand in de klas over zijn of haar idool, muzieksmaak of favoriete stijl. Maak daar korte aantekeningen bij, zodat je kunt vertellen wat je hebt gehoord.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies