Deugdelijk en ondeugdelijk argumenteren

1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsSecundair onderwijs

In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Geef je standpunt over het vak Nederlands. Beargumenteer op basis van een (feitelijke!) eigenschap.

Slide 7 - Open vraag

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Wanneer zou je het liefst L.O. krijgen? Beargumenteer met een voor- of nadeel.

Slide 10 - Open vraag

Slide 11 - Tekstslide

Condooms verergeren de verspreiding van aids, want dat zegt de paus.
A
Geldige argumentatie
B
Ongeldige argumentatie

Slide 12 - Quizvraag

Graancirkels zijn echt van buitenaardse wezens, want dat staat op internet.
A
Geldige argumentatie
B
Ongeldige argumentatie

Slide 13 - Quizvraag

Volgens mijn huisarts blijft zonnecrème ongeveer twee jaar houdbaar.
A
Geldige argumentatie
B
Ongeldige argumentatie

Slide 14 - Quizvraag

Morgen zal het mooi weer worden. Jeroen Meus heeft het gezegd!
A
Geldige argumentatie
B
Ongeldige argumentatie

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Tekstslide

Slagen in het vijfde jaar is moeilijker dan in het vierde jaar.
(Geef een bewijs als argument.)

Slide 17 - Open vraag

Slide 18 - Tekstslide

Waarom krijg ik niet meer zakgeld?
Mijn oudere zus krijgt toch ook €10 meer?
A
Geldige argumentatie
B
Ongeldige argumentatie

Slide 19 - Quizvraag

Slide 20 - Tekstslide

Formuleer een argument op basis van een van de schoolregels.

Slide 21 - Open vraag

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Link

Slide 24 - Video

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Je hebt amper gestudeerd voor die toets. Je zal moeilijk een goed resultaat behalen.
A
Geldig
B
Ongeldig

Slide 27 - Quizvraag

Ik heb gisteren een kaarsje doen branden. Nu zal ik zeker slagen!
A
Geldig
B
Ongeldig

Slide 28 - Quizvraag

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Vul aan met een drogreden van het hellend vlak: Als ik dat snoepje opeet, dan...

Slide 31 - Open vraag

Slide 32 - Tekstslide

Vul aan met een drogreden van de stok:
Als je geen goed rapport hebt, dan...

Slide 33 - Open vraag

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Vul aan met een pathetische drogreden:
"Mevrouw, buis mij alsjeblieft niet...

Slide 39 - Open vraag

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide

Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Tekstslide

Slide 44 - Tekstslide

Slide 45 - Tekstslide