Bedrijvende en lijdende zin

Bedrijvende en lijdende vorm
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
TaalBasisschoolGroep 8

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Bedrijvende en lijdende vorm

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel:
- Je weet wat een bedrijvende en lijdende zin is.
- Je moet ze kunnen herkennen in de zin.
- Je moet ook een zin van bedrijvend naar lijdend kunnen omzetten en andersom.
Hoe doe je dit?

Slide 2 - Tekstslide

De theorie
- In de bedrijvende vorm is degene die iets doet het onderwerp van de zin.


De man wast de auto. Bedrijvende zin De man = onderwerp, wast= pv de auto = lv


De auto wordt door de man gewassen. Lijdende zin


De auto = o wordt gewassen = wwg de man = lv


Tip, twijfel je of het een bedrijvende of lijdende zin is?
In de zinnen die lijdend zijn, staat altijd een vorm van het werkwoord worden en voltooid deelwoord.

Slide 3 - Tekstslide

Bedrijvende vorm
Jara| laat | de hond | uit

Onderwerp:

Slide 4 - Tekstslide

Bedrijvende vorm
Jara| laat | de hond | uit
  • Jara is het onderwerp
  • Jara doet iets in deze zin: Ze laat de hond uit
  • Bedrijvend of actief


Slide 5 - Tekstslide

Lijdende vorm
De hond | wordt | door Jara |uitgelaten

Onderwerp: 

Slide 6 - Tekstslide

Lijdende vorm
De hond | wordt | door Jara |uitgelaten

  • De hond is het onderwerp
  • De hond doet niets in deze zin: Hij wordt uitgelaten
  • Lijdend of passief

Slide 7 - Tekstslide

Bedrijvend of lijdend?
  1. Zoek het werkwoordelijk gezegde in de zin.
  2. Zoek het onderwerp in de zin.
  3. Doet het onderwerp wat in het werkwoordelijk gezegde staat?
  4. Ja --> Bedrijvend
  5. Nee --> Lijdend

Slide 8 - Tekstslide

De hond en Jara worden door de harde wind van de weg geblazen.
Is deze zin bedrijvend of lijdend?

Slide 9 - Open vraag

Heel lang geleden poetsten de mensen hun tanden niet.
A
Bedrijvende vorm
B
Lijdende vorm

Slide 10 - Quizvraag

Later werden as, eierschalen, mirre en puimsteen door de
oude Egyptenaren vermengd en dat mengsel gebruikten ze
A
Bedrijvende vorm
B
Lijdende vorm

Slide 11 - Quizvraag

Met een stokje werd het poeder over het gebit verdeeld.
A
Bedrijvende vorm
B
Lijdende vorm

Slide 12 - Quizvraag

Grieken en Romeinen vervingen het poeder door een pasta
A
Bedrijvende vorm
B
Lijdende vorm

Slide 13 - Quizvraag

Even oefenen. Sleep de zinnen naar het juiste hokje. Is de zin bedrijvend of lijdend?
Bedrijvend
Lijdend
Hij zal waarschijnlijk de iPhone kopen.
De auto is door de man gekocht.
Mijn dochter zoekt een kamer in Utrecht.
Je moet hem niet zo plagen.
De menigte werd door de politie verspreid.
Hij zou dat zelf gedaan hebben.
De kamer was door de brand zwartgeblakerd.

Slide 14 - Sleepvraag

Ik snap het verschil tussen een bedrijvende zin en een lijdende zin?
A
Ja
B
Nee, ik zou graag nog extra uitleg willen

Slide 15 - Quizvraag