H3 Steden - Par 3 Steden in verandering - les 2

H3 Steden
Paragraaf 3
Steden in verandering
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H3 Steden
Paragraaf 3
Steden in verandering

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
1. Je kunt de 3 fases van urbanisatie beschrijven en benoemen.
2. Je kun het verband tussen welvaart en verstedelijkingsgraad in eigen woorden uitleggen.
3. Je kunt minstens 2 verschillen benoemen tussen de opbouw van een niet-westerse en westerse stad.

Slide 2 - Tekstslide

Herhalen 

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Hoofdstad
Wereldstad
Megastad

Slide 5 - Sleepvraag

Een primate city
A
Heeft altijd meer dan 8 miljoen inwoners
B
Is altijd de hoofdstad
C
Is verre weg de grootste stad in een land
D
Ligt altijd aan de kust

Slide 6 - Quizvraag

............................
............................
urbanisatie
sub-urbanisatie

Slide 7 - Sleepvraag

site
situation
Het gebied is erg vlak en vruchtbaar
De stad is goed verbonden met andere steden.
De plaats ligt naast een rivier.
Het is eenvoudig om met andere steden te handelen.
In de grond zitten veel grondstoffen

Slide 8 - Sleepvraag

Omdat Maastricht bestaat uit 2 gedeelten (gescheiden door de Maas) noemen we Maastricht een koloniale dubbelstad.
A
goed
B
fout

Slide 9 - Quizvraag

Deel de kenmerken in de juiste tabel in.
Dorp
Stad
Veel inwoners
Hechte gemeenschap
Landelijk karakter
Hoge gebouwen
lage bevolkingsdichtheid
Veel voorzieningen

Slide 10 - Sleepvraag

Urbanisatieproces
Urbanisatie-suburbanisatie-re-urbanisatie
Wat betekent het allemaal?
1

Slide 11 - Tekstslide

Verstedelijkingsgraad
  • Rijke landen hebben een hoge verstedelijkingsgraad 
  • Arme landen hebben een lage verstedelijkingsgraad 

Hoe hoger de verstedelijkingsgraad, hoe minder de stedelijke bevolking toeneemt 

Slide 12 - Tekstslide

Model van een westerse stad
Chicago

Slide 13 - Tekstslide

Europese stad   
Model Europese stad
Utrecht
Roermond

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Gated Community - Kaapstad
Rio De Janeiro

Slide 16 - Tekstslide

Westerse stad      Niet-westerse stad
Welke kenmerken horen waarbij?
verspreid liggende industrieter-reinen
Historische binnenstad (vooral in Europa)
Krottenwijken
Woonwijken voor de rijken
Central Business District
Oude woonwijken met veel immigranten
Weinig structuur door explosieve groei.
Suburbs rond de stad (hoge inkomens

Slide 17 - Sleepvraag

Leerdoelen
1. Je kunt de 3 fases van urbanisatie beschrijven en benoemen.
2. Je kun het verband tussen welvaart en verstedelijkingsgraad in eigen woorden uitleggen.
3. Je kunt minstens 2 verschillen benoemen tussen de opbouw van een niet-westerse en westerse stad.

Slide 18 - Tekstslide

Huiswerk
Opdrachten 1, 2, 3, 4, 5 van H3.6

Slide 19 - Tekstslide