TALENT 5 : Thema 1, les 3 : Graag Aangename Straffen ! (inhoudsvragen)

TALENT 5
Thema 1, les 3 : 
Graag aangename straffen !
Vragen inhoud
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsLager onderwijs

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 75 min

Onderdelen in deze les

TALENT 5
Thema 1, les 3 : 
Graag aangename straffen !
Vragen inhoud

Slide 1 - Tekstslide

Doelen van de les
- Woordenschat / zegswijze begrijpen (woordenboek gebruiken)
- Werkwoorden herkennen
- Letterlijk en figuurlijke taal herkennen en benoemen
- Weten hoe het hoofdpersonage zich voelt

Slide 2 - Tekstslide

Tekst deel 1 

Slide 3 - Tekstslide

Welke twee werkwoorden beschrijven dat juf Veronique opgejaagd het bureau van de directeur binnenkomt ?

Slide 4 - Open vraag

Tekst deel 2 

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Op regel 5 lees je : 'En dan volgt er een tsunami van tranen.' Een tsunami is een enorme vloedgolf als gevolg van een onderzeese aardbeving. Waarom gebruikt de auteur dit woord ?

Slide 7 - Open vraag

Tekst deel 3

Slide 8 - Tekstslide

Juf Veronique heeft minder fraaie namen voor de kinderen van 5b. Zoek de betekenis op en verplaats.
gemeen persoon
slecht of gemeen mens
de ellendeling
het loeder

Slide 9 - Sleepvraag

Welke uitdrukking of zin gebruikt de auteur om te zeggen : 'Wat denken ze wel, dat ze met mijn voeten kunnen blijven spelen?'

Slide 10 - Open vraag

Op welke manier gebruikt de auteur deze uitdrukking ? 
Figuurlijk
Letterlijk
'de draak steken met iemand'

Slide 11 - Sleepvraag

Welke gevoelens passen bij de personages ? 
Emoties van de directeur
Emoties van juf Veronique
boos
vastberaden
rustig
hulpvaardig
gefrustreerd
hulpeloos

Slide 12 - Sleepvraag

Wat doet jouw juf of meester als iet misloopt in de klas ?

Slide 13 - Open vraag

Bedenk een leefregel of alternatieve straf als er iets misloopt.

Slide 14 - Open vraag

Doelen van de les
Hoe ging dit voor jou ?
Kleur je vakjesblad 

- Woordenschat / zegswijze begrijpen (woordenboek gebruiken)
- Werkwoorden herkennen
- Letterlijk en figuurlijke taal herkennen en benoemen
- Weten hoe het hoofdpersonage zich voelt

Slide 15 - Tekstslide