Formulier 2 (herhaling)

Taalklas
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2PraktijkonderwijsLeerjaar 1

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Taalklas

Slide 1 - Tekstslide

Welke dag en datum is het vandaag?

Slide 2 - Open vraag

welk seizoen/jaargetijde is het?

Slide 3 - Open vraag

Wat betekent:
het seizoen / het jaargetijde
A
de dagen van de week
B
de zomer, de herfst, de winter, de lente
C
ander woord voor het jaar
D
de maanden van het jaar

Slide 4 - Quizvraag

Welk seizoen na de lente en wanneer start?
A
Zomer 21 juni
B
herfst 21 juni
C
Zomer 12 juni
D
Herfst 12 juni

Slide 5 - Quizvraag

Schrijf de 4 seizoenen op:

Slide 6 - Open vraag

Wat gaan we doen?
  • Lesson up 
  • Formulier invullen!!!!! (niet meer oefenen)
  • samen lezen
  •  Numo

Slide 7 - Tekstslide

Wat kun je allemaal
schrijven op een formulier?

Slide 8 - Woordweb

Wat is een formulier?
Wanneer moet je een formulier invullen?

Slide 9 - Tekstslide

Wat is een formulier?
een papier  om informatie over jezelf door te geven 
=
gegevens invullen
WAT IS EEN FORMULIER?

Slide 10 - Tekstslide

Hoofdletters
Punten
vul in        ->  invullen        -> Ik vul het formulier in

kruis aan  ->  aankruisen  -> Jij kruist het antwoord aan.
   
schrijf op  ->  opschrijven ->  Wij schrijven onze namen op.

beantwoord  ->  beantwoordden  ->  Hij beantwoordt alle vragen.
OPDRACHTEN  ->  WERKWOORDEN
Spelling
LET OP:
Notatie

Slide 11 - Tekstslide

Maak een zin met het werkwoord invullen.

Slide 12 - Open vraag

Wat betekent n.v.t.?
A
Niet veel tegen
B
Niet van toepassing
C
Naar voren toe
D
Niet veel tellen

Slide 13 - Quizvraag

Wat betekent de afkorting 'n.v.t.'
A
niet voor tekenen
B
niet van toepassing

Slide 14 - Quizvraag

1) Schrijf altijd precies binnen de daarvoor bestemde ruimte
     (papier). 
2) Schrijf nooit iets op plaatsen waar je niks mag invullen. 
3) Zet op papier een streepje of n.v.t (= niet van toepassing)
    als dit onderdeel niet voor jou van toepassing is.
4) Alles ingevuld?   Lees het dan nog eens aandachtig door
    en kijk of je alles goed hebt ingevuld. 
REGELS INVULLEN FORMULIER

Slide 15 - Tekstslide

Waar moet je aan denken als je een formulier gaat invullen?

- Met pen schrijven
- In blokletters schrijven
- Hoofdletters
- Netjes / leesbaar schrijven
- Blaadje netjes en ongekreukt houden
- Niet goed gegaan? Opnieuw / typex .. Niet doorstrepen.. 

Slide 16 - Tekstslide

Een formulier invullen

Slide 17 - Tekstslide

Uitleg
Herhaling

Slide 18 - Tekstslide

voorbeeld van een formulier

Slide 19 - Tekstslide

Dhr./Mevr.
Dhr. = de heer           Mevr. = mevrouw
/ = of

Slide 20 - Tekstslide

Postcode
6042 CX
1043 AJ
1781 AB
9743 AK
2132 JG

Slide 21 - Tekstslide

Plaats

Slide 22 - Tekstslide

Straatnaam

Slide 23 - Tekstslide

Huisnummer

Slide 24 - Tekstslide

Adres

Slide 25 - Tekstslide

Telefoonnummer
023 – 55 55 777
+31 6 821 90477
+380 156769344

Slide 26 - Tekstslide

Leeftijd

Slide 27 - Tekstslide

E-mailadres
s.berg@hoofdvaartcollege.nl

Slide 28 - Tekstslide

Oefenen
Opdrachten / Vragen

Slide 29 - Tekstslide

adres
dhr.
postcode
plaats
telefoon
mevr.

Slide 30 - Sleepvraag

Adres:
A
Hammarskjoldstraat
B
Haarlem
C
Hammarskjoldstraat 30
D
Anne Jansen

Slide 31 - Quizvraag

Plaats:
A
Beekstraat 45
B
Tristan Boersma
C
Dhr.
D
Rotterdam

Slide 32 - Quizvraag


Wat ben jij?
Dhr.
Mevr.

Slide 33 - Poll

Postcode:
A
2131 VN
B
VN 2131
C
2131
D
06-32891461

Slide 34 - Quizvraag

Bas
Bergstraat 65
Jansen
Kampen
0612345678
basjansen@geenmail.nl
1234 AB

Slide 35 - Sleepvraag

samen lezen

Slide 36 - Tekstslide

Aan de slag
zelf een formulier invullen
Numo

Slide 37 - Tekstslide


Hoe goed heb jij gewerkt deze les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 38 - Poll

Wat vond jij van deze les?
0 = niet goed, 100 = heel goed
0100

Slide 39 - Poll