3.3 Breuken

Wiskunde!
Wiskunde

1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Wiskunde!
Wiskunde

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
Bespreken huiswerk.
Herhalen 3.1 en 3.2

en vandaag leren we meer over breuken!

Slide 2 - Tekstslide

Herhaling!
Herhaling!

Slide 3 - Tekstslide

Wat is de volgorde van een som berekenen?
A
Haakjes, plus en min, machten, keer en delen
B
Haakjes, machten, keer en delen, plus en min
C
Haakjes, keer en delen, machten, plus en min
D
Plus en min, haakjes, machten, keer en delen

Slide 4 - Quizvraag

Bereken de uitkomst. Denk aan de volgorde van berekenen.
15 : 3 + 4 x 3
A
1
B
17
C
27
D
15

Slide 5 - Quizvraag

4 ...............6
A
kleiner dan
B
groter dan

Slide 6 - Quizvraag

238 ..................237
A
kleiner dan
B
groter dan

Slide 7 - Quizvraag

Breuken
Wat leren we vandaag?

Welk deel van een breuk gekleurd is.

Wat de teller en  de noemer is van een breuk?

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Een deel van een geheel
Een deel

Slide 10 - Tekstslide

Hoeveel delen van deze pizza zijn benoemd?





Hoeveel delen zijn er totaal?
1 deel
1 deel

Slide 11 - Tekstslide

Hoeveel delen van deze pizza zijn benoemd?

Slide 12 - Open vraag

Hoeveel delen zijn er totaal?

Slide 13 - Open vraag

Hoeveel delen van deze pizza zijn benoemd?

Slide 14 - Open vraag

Hoeveel delen zijn er totaal?

Slide 15 - Open vraag

Maar...

Hoe schrijf je een breuk op?

Slide 16 - Tekstslide

De schrijfwijze:

Hoeveel delen benoemd?
-----------------------------
Hoeveel delen totaal?
----
5

Slide 17 - Tekstslide

De schrijfwijze:

Hoeveel delen benoemd?
-----------------------------
Hoeveel delen totaal?

----
5

Slide 18 - Tekstslide

Wat is de schrijfwijze van deze breuk?

Slide 19 - Open vraag

Breuken
1/2 deel
3/8 deel
5/6 deel
1/4 deel

Slide 20 - Sleepvraag

Welk getal is in deze afbeelding de teller en welke de noemer?
A
4 is de teller 1 is de noemer
B
1 is de teller en 4 is de noemer
C
1 is de teller en 4 is de teller
D
1 is de noemer en 4 is de noemer

Slide 21 - Quizvraag

12/85 Wat is de teller?
A
85
B
12

Slide 22 - Quizvraag

2/6 Wat is de teller?
A
2
B
6

Slide 23 - Quizvraag

3/9 Wat is de noemer?
A
3
B
9

Slide 24 - Quizvraag

25/75 Wat is de noemer?
A
25
B
75

Slide 25 - Quizvraag

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Wat ga je doen?
Maken blz. 102 t/m 105

Slide 28 - Tekstslide