Grammatica M4: Conditionals

• Engels
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 4

Grammar: Conditionals

Leerdoelen

• Je weet wat een conditional is
• Je weet welke drie soorten conditionals er zijn en je kunt deze herkennen 

Conditionals

Een conditional is een zin waarin een voorwaarde staat en waarin het woord 'if' gebruikt wordt.

Bv. If it rains later, we will stay home.

We will stay home if it rains later.

First conditional

Als iets kan gebeuren en het waarschijnlijk ook gaat gebeuren.

Bv. If you study hard, you will get good grades.

Als je hard studeert dan krijg je goede cijfers.

First conditional

If + present simple              will + hele werkwoord

Bv. If you study hard, you will get good grades.

Als je hard studeert dan krijg je goede cijfers.

Second conditional

Als iets kan gebeuren maar het niet waarschijnlijk is dat het gaat gebeuren.

Bv. If you studied harder, you would get better grader.

Als je meer zou studeren dan zou je betere cijfers halen (maar dit ga je waarschijnlijk niet doen).

Second conditional

If + past simple                             would + hele werkwoord

Bv. If you studied harder, you would get better grader.

Als je meer zou studeren dan zou je betere cijfers halen (maar dit ga je waarschijnlijk niet doen).

Third conditional

Als iets niet meer kan gebeuren omdat het tot het verleden behoort.

Bv. If you had studied harder, you would have gotten better grades.

Als je meer had gestudeerd dan had je beter cijfers gehad.

Third conditional

If + past perfect            would have + voltooid deelwoord

Bv. If you had studied harder, you would have gotten better grades.

Als je meer had gestudeerd dan had je beter cijfers gehad.

Oefening

Welke van de drie conditionals is de zin? Kijk goed naar de tijd van de werkwoorden en de betekenis van de zin.

If it rains tomorrow, we'll go to the cinema.

1. First
2. Second
3. Third

If I had a lot of money, I would travel around the world.

1. First
2. Second
3. Third

If I had gone to bed early, I would have caught the train.

1. First
2. Second
3. Third

If she had studied, she would have passed the exam.

1. First
2. Second
3. Third

If I met the Queen of England, I would say hello.

1. First
2. Second
3. Third

If I study today, I'll go to the party tonight.

1. First
2. Second
3. Third

She would travel all over the world if she were rich.

1. First
2. Second
3. Third

If I hadn't eaten so much, I wouldn't have felt sick.

1. First
2. Second
3. Third

If I have enough money, I'll buy some new shoes.

1. First
2. Second
3. Third

If we had taken a taxi, we wouldn't have missed the plane.

1. First
2. Second
3. Third

She wouldn't have been tired if she had gone to bed earlier.

1. First
2. Second
3. Third

She'll be late if the train is delayed.

1. First
2. Second
3. Third

She'll miss the bus if she doesn't leave soon.

1. First
2. Second
3. Third

She would have become a teacher if she had gone to university.

1. First
2. Second
3. Third

She would pass the exam if she ever studied.

1. First
2. Second
3. Third

If I see her, I'll tell her.

1. First
2. Second
3. Third

He would have been on time for the interview if he had left the house at nine.

1. First
2. Second
3. Third