7.1 Import of export? - deel 2

Vak: Economie 
Hoofdstuk: 7.1 Import of export? 
1.
Lesopening
2.
Lesdoel
3. 
Mini-check + arrangementen
4. 
Instructie 
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Vak: Economie 
Hoofdstuk: 7.1 Import of export? 
1.
Lesopening
2.
Lesdoel
3. 
Mini-check + arrangementen
4. 
Instructie 
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie

Slide 1 - Tekstslide

1. Lesopening
Pak je boek van economie op tafel en laat deze nog dicht op tafel liggen. 


Huiswerk controle:
7.1 opdracht 1 t/m 9

Slide 2 - Tekstslide

2. Lesdoel
Aan het eind van deze les:
- weet je waarom we producten importeren
- weet je wat het verschil is tussen een open en een gesloten economie
- kun je uitleggen wanneer je vreemd geld gebruikt.

Slide 3 - Tekstslide

3. Arrangementen
- Verdiept: kijk of je zelfstandig aan de slag kunt of dat je mee wil doen aan de instructie. 
Je maakt zelfstandig paragraaf 7.1 opdracht 10 t/m 15 op blz. 190 t/m 191.
Jochem & Jessica

- Basis: doe mee aan de mini-check. Alles goed? Zelfstandig aan de slag. Niet alles goed? Instructie volgen, daarna aan de slag. 
Jaysen, Jamie, Gijs & Zouhir

- Intensief: doe mee aan de mini-check. Instructie volgen, kom aan de groepstafel zitten. 
Niek

Slide 4 - Tekstslide

Mini-check
Leerlingen in het basis en intensief arrangement doen mee met de mini-check. 

Slide 5 - Tekstslide

Wat is import?
A
Het uitvoeren van goederen
B
Het samenvoegen van producten
C
Het invoeren van goederen
D
Het verspreiden van goederen

Slide 6 - Quizvraag

Een land dat geen handel wil drijven met andere landen heeft een
A
open economie
B
export probleem
C
gesloten economie
D
import probleem

Slide 7 - Quizvraag

Is Nederland een open of gesloten economie
A
Open, maar alleen voor de Europese Unie (EU)
B
Gesloten, maar handelt wel met de (EU)
C
Open, Nederland drijft met bijna de hele wereld handel
D
Gesloten, Nederland maakt alles zelf.

Slide 8 - Quizvraag

Ik maak gebruik van vreemd geld als ik op vakantie ga naar .....
A
Spanje
B
Griekenland
C
Noorwegen
D
Italië

Slide 9 - Quizvraag

Wie maakt wat:
3 vragen of meer goed? Ga zelfstandig aan de slag:
paragraaf 7.1 opdracht 10 t/m 15 op blz. 190 t/m 191.

De rest doet mee met de instructie.

Slide 10 - Tekstslide

4. Instructie
Lees en kijk mee naar de volgende dia. 

Slide 11 - Tekstslide

Import
Import (invoer) = het kopen van producten of diensten in het buitenland


Slide 12 - Tekstslide

Wanneer worden er producten geïmporteerd? 
Producten worden om de volgende reden geïmporteerd: 

  • Als die in een ander land goedkoper worden gemaakt; 
  • Als de producten een betere kwaliteit hebben;
  • Als bepaalde grondstoffen in ons land niet in de bodem voorkomen;
  • Wanneer het Nederlandse klimaat niet geschikt is om bepaalde 
       landbouwproducten hier te laten groeien;
  • Zodat we dan meer producten hebben waar we uit kunnen kiezen.

Slide 13 - Tekstslide

EXPORT
IMPORT
Overzicht import en export

Slide 14 - Tekstslide

Open en gesloten economie
  • Een land dat veel invoert en uitvoert heeft een open economie.

  • Een land dat bijna niet invoert en uitvoert heeft een gesloten economie

Slide 15 - Tekstslide

Vreemd geld
Vreemd geld: geld in een land dat niet de euro als betalingsmiddel heeft. 

Bijv: 
- Amerika (VS): Amerikaanse Dollar
- Engeland: Britse Pond
- Zweden: Zweedse Kroon

Slide 16 - Tekstslide

Vreemd geld
De waarde van de euro en het pond kunnen per dag verschillen. 

- Als de waarde van het pond stijgt ten opzichte van de euro, wordt het voor jou duurder om iets in Londen te kopen.
 
- Als de waarde van het pond daalt, worden producten uit het Verenigd Koninkrijk voor jou goedkoper.

Slide 17 - Tekstslide

5. Begeleid inoefenen
Wie kan zelfstandig aan de slag (verdiept)(basis)?
Jessica, Jochem, Jaysen, Jamie, Gijs & Zouhir: jullie gaan zelfstandig les 7.1 opdracht 10 t/m 15 op blz. 190 t/m 191.

Wie heeft nog extra instructie/leeshulp nodig (intensief)?
Niek (of had je alle vragen in de mini-check fout?): Wij maken samen opdracht 10.

Slide 18 - Tekstslide

10. Noem twee voordelen die jij hebt doordat er producten geïmporteerd worden.

Slide 19 - Tekstslide

6. Zelfstandig werken
Je leest de blauwe & groene stukjes tekst. 
Je maakt zelfstandig 7.1 opdracht 10 t/m 15 op blz. 190 t/m 191.

Tip: je kunt vanaf blz 219 alle formules vinden 
voor rekenopdrachten.

Ben je klaar?
1. Nakijken en verbeteren
2. Herhalingsopdrachten 7.1 op blz. 210
3. Begrippen leren paragraaf 7.1

 
timer
1:00

Slide 20 - Tekstslide

7. Evaluatie
Hoe ging de les?
Zijn er nog opdrachten waar je moeite mee hebt?

- weet je waarom we producten importeren?
- weet je wat het verschil is tussen een open en een gesloten economie?
- kun je uitleggen wanneer je vreemd geld gebruikt?



Slide 21 - Tekstslide

8. Huiswerk en toetsen
Huiswerk:
Dinsdag 21 mei
7.1 opdracht 10 t/m 15
Toetsen:
-

Slide 22 - Tekstslide